kruisstilleweekDat is uw zoon… dat is je moeder.
(Johannes 19:26-27)

Jezus hangt aan het kruis. We bevinden ons op Golgota in het middelpunt van de geschiedenis. Hier gebeuren de allergrootste en allerdiepste dingen. En Jezus vormt daarvan het centrum.

Maar opnieuw valt op dat Jezus niet met zichzelf bezig is, maar met anderen. En we leren weer iets over het koninkrijk: het koninkrijksleven is een leven dat op anderen gericht is. Nu is het Jezus’ moeder. Maria. De gezegende onder de vrouwen. Bij de aankondiging van de geboorte van Jezus had ze gezegd: ‘De Heer wil ik dienen: laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd’ (Luc. 1:38). Nu staat ze bij het kruis en ziet ze haar zoon sterven, haar oudste. Haar moederhart scheurt.

Jezus ziet zijn moeder. En het is zijn liefde als zoon voor haar waardoor hij nu bewogen is om haar lot. Maria zal alleen blijven. Maar ze heeft zorg en liefde en aandacht nodig. En daarvoor heeft Jezus zelfs op dit stervensmoment aandacht voor. Ongelooflijk: in het midden van de wereldgeschiedenis, op het moment dat de allergrootste en allerdiepste dingen aan het gebeuren zijn, is Jezus bezig met de zorg voor zijn geliefde moeder. Hij draagt er zorg voor dat het Maria aan aandacht en liefde niet zal ontbreken. ‘Dat is uw zoon… dat is je moeder.’

Als Jezus op dit diepe moment van lijden al in staat is om te zorgen voor zijn moeder, hoeveel te meer is Jezus als de verhoogde koning dan niet in staat om voor al Gods kinderen te zorgen! Ook dat is het koninkrijk van God: de liefdevolle zorg van de levende Heer voor al zijn broers en zussen op aarde.

Met woorden van de apostel Paulus: ‘Mijn God zal uit de overvloed van zijn majesteit elk tekort van u aanvullen, door Christus Jezus’ (Fil. 4:19).