Het Marcusevangelie biedt mooie kansen om inclusief te preken. Onder inclusiviteit versta ik de wens om zo te preken dat zoekers de preek ondergaan als een toegankelijke en eenvoudige kennismaking met het evangelie en christenen de preek meemaken als een vernieuwende verdieping van datzelfde evangelie. Daar kunnen deze twee trefwoorden aan verbonden worden: missionair en mystagogisch.

De missionaire kansen van het Marcusevangelie zijn dat het een kort, levendig en beweeglijk verhaal  vormt dat mensen uitnodigt om kennis te maken met de hoofdpersoon ervan: Jezus. De centrale vraag van het evangelie luidt: Wie is Jezus? Dat is voor zoekers natuurlijk een zeer relevante vraag. Daarom wordt zoekers en nieuwe christenen ook vaak aangeraden om hun kennismaking met de Bijbel te beginnen met het lezen van het Marcusevangelie. Zelf zeg ik er ook altijd bij dat je, als beginnende christen, de Bijbel niet van voor naar achter moet lezen, maar dat je dit boek vanuit het centrum moet leren ontdekken.

Het Marcusevangelie biedt ook mystagogische kansen. Het laat zich zelfs verdedigen dat Marcus de inwijding in het geheim als primaire doel heeft. Want daar gaat het in mystagogie om: dat mensen (opnieuw) worden ingeleid en ingewijd in het mysterie van het evangelie, het mysterie van God: Jezus Christus. Deze mystagogie vormt niet alleen een gebeuren dat het begin van de weg van een leven met Jezus markeert, maar dat juist ook tijdens die weg, ook als je al een ‘gevorderde’ christen bent, van groot belang is. Mystagogie is een levenslang proces: steeds dieper worden ingewijd in Gods mysterie.

Waar een missionaire benadering primair vraagt om toegankelijkheid en eenvoud, vraagt een mystagogische benadering vooral om spiritualiteit en diepgang. Die twee met elkaar combineren is het gaan van de weg van inclusief bijbellezen en preken.