Deze dagen tussen Kerst en Oud en Nieuw nodigen uit tot enige overdenking. In mijn geval richt die overdenking zich op de vraag welke accenten 2017 wat mij betreft met zich meebrengt. Ik heb er altijd nogal behoefte aan om me daar een beeld van te vormen.

Het overdenken van deze vraag gaat dezer dagen even gelijk op met een hernieuwde kennismaking met de Regel van Benedictus, de Regel voor het leven in het klooster die als sinds de zesde eeuw meegaat en nog weinig aan actualiteit heeft ingeboet.

In deze Regel van Benedictus speelt ook de lectio divina een belangrijk rol. Daar houd ik me al vele jaren mee bezig, en ik krijg de indruk dat dat alleen maar meer gaat worden. Want ik heb steeds meer de indruk dat heel veel van de monastieke spiritualiteit samen komt in die leespraktijk. die tegelijk ook een leefpraktijk kan en wil zijn.

Daarover ging de retraite die ik onlangs deels leidde in Abdij Sion in Diepenveen: ‘Lectio divina als leefregel‘. Lectio divina, dat is: luisterend lezen, met een liefdevol hart, om de stem van de Geest te verstaan.

Luisteren. Dat is misschien wel de kern van de monastieke spiritualiteit zoals die via Benedictus tot ons is gekomen. Het is ook het eerste woord van de Regel van Benedictus, die ik net al noemde: ‘Luister aandachtig, mijn zoon, naar wat je meester voorschrijft en neig naar hem het oor van je hart. Aanvaard gewillig de aanmaning van een milde vader en voer haar vastberaden uit’ (Proloog, 1).

Als je die Proloog op je in laat werken, gaat het steeds meer opvallen hoe vaak het gaat over ‘luisteren’ en ‘horen’ en ‘gehoorzamen’. Wil Derkse stelt in zijn boekje ‘Een levensregel voor beginners. Benedictijnse spiritualiteit voor het dagelijkse leven’ (blz. 33-34) dan ook:

Het ‘luister’, het eerste woord van de Regel, heeft een speciale klank. Het Latijn gebruikt hier obsculta of ausculta: het gaat om een zeer aandachtig luisteren (…). Dit aandachtig luisteren is erop gericht te horen wat de situatie van ons vraagt, om daarop vervolgens respons te geven. Benedictijns leven is zo in één regel samen te vatten: heel aandachtig luisteren en van harte en daadwerkelijk respons geven. En niet uit zweverige braafheid, maar om tot resultaat te komen. Om het theologisch te zeggen: het beluisterde woord moet geïncarneerd worden, omgezet in werkelijkheid, in resultaten.

Terug naar de vraag:  welke accenten brengt 2017 wat mij betreft met zich? Als ik aandachtig luister en kijk naar wat er de voorbije tijd was en wat er de komende tijd zal zijn, kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat ‘monastieke inspiratie’ de rode draad is. Ik illustreer dat hieronder in een aantal aandachtspunten:

  • In mijn boek ‘Verlangen naar het goede leven’ staat een hoofdstukje met de titel ‘Monastieke inspiratie’ (blz 52-56). Maar in zekere zin is dat boek in zijn geheel behoorlijk monastiek geïnspireerd, en dat niet alleen door de uitgebreide aandacht voor de lectio divina. Ik vind het daarom ook mooi dat Dom Bernardus, abt van Koningshoeven, in zijn bespreking van het genoemde boek opmerkt: ‘Is het vanwege de monastieke invloed dat dit boek mij zo aanspreekt? Het is in ieder geval een verademing dat de auteur vanuit de essentie van het kerk-zijn iets positiefs opbouwt dat zin en waarde heeft voor een gelovige christelijke gemeenschap in de 21ste eeuw.’
  • In 2016 was een belangrijk moment de monastieke inspiratiedag die in samenwerking met het Dominicanerklooster werd georganiseerd door een interkerkelijk werkgroepje waar ik deel vanuit maakte. ‘Monastiek: anders missionair!?’ was de titel van de dag. Zelf pleitte ik die dag ervoor om de lectio divina te gaan zien als een mogelijke leefregel voor kerken die zoeken naar verdieping, verbinding en verandering. Zou dat kunnen: dat de kerk verkloosterlijkt?
  • In 2017 staan er al heel wat activiteiten in de planning die allemaal draaien om monastieke inspiratie en lectio divina. Zo ga ik samen met mijn Zwolse collega Wim Noordzij een cursus geven over de inspiratie van Benedictjnse spiritualiteit voor ons leven met God, komt Thomas Quartier (bekend auteur van boeken over monastieke spiritualiteit) in de Zwolse Plantagekerk spreken, ga ik enkele retraites in Nieuw Sion begeleiden en komt er een inspiratiedag voor Katholieken en Protestanten rond lectio divina (oktober 2017, in de Abdij van Berne) waar ik samen met Dom Bernardus iets ga zeggen over lectio divina als bron van oecumene (dat past mooi in het Reformatiejaar – meer informatie volgt in januari).
  • Een activiteit die nauw verbonden is met de Plantagekerk is de zogenaamde Vrijdagkerk: vanaf 13 januari stellen we de kerk open voor bezoekers die verlangen naar rust en stilte, bezinning en verbinding. Elke tweede vrijdag van de maand leid ik op de vrijdagochtend ook een lectio divina-samenzijn.

Dat laatste is ook een aanknopingspunt voor de vraag hoe dat monastieke zich nu verhoudt tot kerk zijn. Hoe kan monastieke inspiratie van belang zijn voor de kerk van de 21e eeuw? Bestaat dit: monastieke gemeenteopbouw, monastiek pastoraat, monastieke catechese, monastiek geestelijk leiding geven, monastieke prediking?

Hoe dan ook, als ik probeer aandachtig te luisteren naar de situatie, naar wat er is en wat zich aandient, dan wordt steeds duidelijker dat ‘monastieke inspiratie’ in 2017 voor mij een heel belangrijke rode draad zal zijn. En waar komt dat, als je de Benedictijnse lijn volgt, op neer? Wil Derkse: ‘Heel aandachtig luisteren en van harte en daadwerkelijk respons geven.’ Misschien is ook dat wel een heel belangrijk trefwoord voor 2017: Luisteren. Aandachtig luisteren.