Terug naar de cursuspagina

Luister deze les als podcast:


Het zijn precies negen woorden. Samen geven ze een beeld van wat het betekent om een mooi mens te zijn! Ik vind het allemaal prachtige eigenschappen. Maar ik ken mezelf ook wel een beetje. In elk van die eigenschappen ben ik nog een groentje. Ik ben nog maar amper begonnen er in te groeien. En op sommige punten lijkt het er weleens op dat ik nog helemaal vanaf het begin moet beginnen. Daarom heb ik zelf ook steeds weer de behoefte om de boodschap te horen die ik in deze cursus tot klinken wil laten komen. 

Negen woorden

Neem nu eerst even een moment om stil te staan bij de negen eigenschappen. Kies er één uit waarvan je zegt: daar kan ik nog wel een beetje groei gebruiken! 


Hoewel we allemaal wel een eigenschap kunnen aanwijzen waarin we echt minder sterk zijn, is het eigenlijk niet de bedoeling dat je er maar één eigenschap uitkiest en vervolgens geen aandacht geeft aan de rest. Want de vrucht van de Geest vormt een geheel. Er wordt ook niet gesproken over een méérvoud: ‘vruchten van de Geest’, maar over een énkelvoud: ‘vrucht van de Geest’. Als je bijvoorbeeld wilt groeien in vriendelijkheid, heb je ook groei in liefde, zachtmoedigheid en zelfbeheersing nodig.

Daarom is het ook goed om alle negen woorden te kennen, ze uit je hoofd te leren en er niet maar een paar uit te pakken die het beste bij je passen. Dat kan trouwens op verschillende manieren, er een paar uitpakken. Je kiest bijvoorbeeld de eigenschappen die

  • met ‘vr’ beginnen (vreugde, vrede, vriendelijkheid),
  • of met de ‘g’ (geduld, goedheid, geloof),
  • of met de ‘z’ (zachtmoedigheid, zelfbeheersing).

Het is ook nog verhelderend om te zien dat

  • de eerste drie eigenschappen vooral over de relatie met God gaan,
  • de middelste drie over de relatie met je naaste en
  • de laatste drie over de relatie met jezelf.

Gebed om de vrucht van de Geest

Zelf bid ik heel regelmatig om de vrucht van de Geest. Want ik geloof dat dat de belangrijkste weg is waarlangs ik mer op Jezus kan gaan lijken. Dat gebed gaat zo:

Heer Jezus Christus, 
Zoon van God, 
ontferm u over mij.

Uw liefde in mij,
uw vreugde in mij,
uw vrede in mij!

Heer Jezus Christus, 
Zoon van God, 
ontferm u over mij.

Uw geduld in mij,
uw vriendelijkheid in mij,
uw goedheid in mij!

Heer Jezus Christus, 
Zoon van God, 
ontferm u over mij.

Uw geloof in mij,
uw zachtmoedigheid in mij,
uw zelfbeheersing in mij!

Heer Jezus Christus, 
Zoon van God, 
ontferm u over mij.

Zo probeer ik de vrucht van de Geest me biddend eigen te maken. In dit gebed gebeuren voor mij twee belangrijke dingen.

In de eerste plaats: ik zie steeds opnieuw dat Jézus me deze eigenschappen moet geven.

In de tweede plaats: door ook steeds om ontferming te bidden, houd ik het besef wakker dat ik vaak tekort zal schieten en dat Jezus dat voor mij op zich genomen heeft.

Alleen voor christenen?

Een vraag die we nu wel onder ogen moeten zien, is deze: heb je echt Jezus nodig om te groeien in liefde? Zijn er niet heel veel mensen die zonder dat ze christen zijn, zonder dat ze geloven in God, heel liefdevolle mensen zijn, heel geduldig, heel goed? Inderdaad! Ik zie zoveel mensen die Jezus helemaal niet kennen, die niet in God geloven, en nog nooit van de heilige Geest hebben gehoord, laat staan van de vrucht van de Geest – en van wie ik toch zeg: wat is dat een liefdevolle man, wat is dat een geduldig mens, wat is zij zachtmoedig!

Staat dat dan niet haaks op wat het christelijk geloof zegt? Dat denk ik toch niet. Ménselijk zijn, écht menselijk zijn heeft alles te maken met liefdevol zijn, vrede kennen, geduldig zijn, zachtmoedig zijn. En ook christelijk geloof gaat over mens zijn, menselijk zijn. Jezus is er het bewijs van: hij werd echt méns. Eén van de claims van het christelijk geloof is dat hoe meer je met Jezus leeft, hoe menselijker je wordt. Je wordt steeds meer echt mens. 

Er is wel een verschil, want anders zouden we de christelijke kerk wel kunnen opdoeken en met z’n alleen bijvoorbeeld één groot Humanistisch Verbond sluiten. Maar dat verschil is niet dat bijvoorbeeld een geduldige christen beter zou zijn dan een geduldige niet-christen. Maar er is wel een verschil als het gaat om de inspiratiebron. Als je christen bent, zul je zeggen: ik put de liefde die ik geef aan een ander uit Jezus. En als je geen volgeling van Jezus bent, zul je zeggen: ik vind liefde voor anderen gewoon een heel erg belangrijke waarde in mijn leven, die liefde zit gewoon in mij, of die put ik uit iets goddelijks dat in ons allemaal zit. 

Maar ik wil nu vooral benadrukken dat we met een thema aan de gang gaan dat voor ieder van ons heel belangrijk is. Iets waar we alle dagen mee te maken hebben. Heel eenvoudig omdat we allemaal ménsen zijn. Op een heel enkele echte slechterik na wil iedereen in deze wereld graag een mooi mens zijn: echt, authentiek, eerlijk, liefdevol, geduldig, bewogen, moedig. Iedereen wil graag een mooi mens zijn. En op volmaakte mensen na (en die ben ik eerlijk gezegd nog nooit tegengekomen) worstelt iedereen daar ook mee, omdat je merkt dat er momenten zijn dat je helemaal niet zo liefdevol, zo vredelievend en zo zachtmoedig bent.

Brief aan de Galaten

Die negen eigenschappen van de vrucht van de Geest komen niet zomaar uit de lucht vallen. Ze staan in een brief die in de Bijbel is terecht gekomen. Een brief van een volgeling van Jezus, de apostel Paulus, gericht aan christenen in de eerste eeuw, in een provincie van Griekenland, Galatië. We kijken dus niet naar een tekst op een wandtegeltje, maar naar een tekst die voorkomt in een breder betoog. Lees maar: Galaten 5 vers 13 tot 26.

13 Broeders en zusters, u bent geroepen om vrij te zijn. Misbruik die vrijheid niet om uw aardse begeerten vrij spel te geven, maar dien elkaar in liefde, 14 want de hele wet is vervuld in één uitspraak: ‘Heb uw naaste lief als uzelf.’ 15 Maar wanneer u elkaar aanvliegt en verscheurt, pas dan maar op dat u niet door elkaar wordt verslonden. 16 Ik zeg u dus: laat u leiden door de Geest, dan zult u niet toegeven aan aardse begeerten. 17 De aardse begeerte gaat in tegen de Geest, en wat de Geest verlangt gaat in tegen de aardse begeerte. Het een is in strijd met het ander, en u kunt dus niet zomaar doen wat u wilt. 18 Maar wanneer u door de Geest geleid wordt, bent u niet onderworpen aan de wet. 19 De praktijken waartoe de aardse begeerte aanzet zijn bekend: ontucht, zedeloosheid en losbandigheid, 20 afgoderij en toverij, vijandschap, tweespalt, jaloezie en woede, gekonkel, geruzie en rivaliteit, 21 afgunst, bras- en slemppartijen, en nog meer van dat soort dingen. Ik herhaal de waarschuwing die ik u al eerder gaf: wie zich aan deze dingen overgeven, zullen geen deel hebben aan het koninkrijk van God. 22 Maar de vrucht van de Geest is liefde, vreugde en vrede, geduld, vriendelijkheid en goedheid, geloof, 23 zachtmoedigheid en zelfbeheersing. Er is geen wet die daar iets tegen heeft. 24 Wie Christus Jezus toebehoort, heeft zijn aardse natuur met alle hartstocht en begeerte aan het kruis geslagen. 25 Als we leven door de Geest, laten we de Geest dan ook volgen. 26 Laten we elkaar niet uit eigenwaan de voet dwars zetten of een kwaad hart toedragen.

Vers 22 begint met het woordje ‘maar’: ‘Máár de vrucht van de Geest is…’. Er wordt met dat woordje een tegenstelling uitgedrukt. De vrucht van de Geest staat tegenover iets anders. Kijk maar in vers 19: ‘Het is bekend wat onze eigen wil allemaal teweegbrengt: ontucht, zedeloosheid en losbandigheid enzovoort.’ Dat is een nogal pittige opsomming van wangedrag waarmee de meesten van ons denk ik niet zo graag worden geïdentificeerd.

Je moet je voorstellen dat Paulus in deze brief mensen aanspreekt die nog maar vrij recent tot geloof in Jezus zijn gekomen. Het leven dat ze achter zich lieten was niet altijd een net, burgerlijk en fatsoenlijk leven geweest. Voor heel veel van hen was het een leven geweest waarin ze zich van God noch gebod iets aantrokken, een leven van sex, drugs en rock and roll. Dat was nu anders, want ze hadden echt een heel nieuw leven gekregen door Jezus, maar heel ver weg was dat oude leven toch ook weer niet. Soms voelden ze zomaar weer de vreemde aantrekkingskracht van dat leven.

Als Paulus dan spreekt over ‘onze eigen wil’, dan heeft hij het wat letterlijker vertaald over ‘de werken van het vlees’. ‘Vlees’ staat dan niet voor een varkenslapje van de keurslager, maar is een Bijbelse term voor de slechtheid die je in mensen kunt aantreffen en die ook op een weinig fraaie wijze naar buiten kan komen. Die werken van het vlees vormen de donkere achtergrond waartegen Paulus het licht van de vrucht van de Geest scherp wil laten afsteken. 

Heerlijk!

Wat Paulus vervolgens doet, na het tekenen van die lelijkheid, is dit: hij laat zijn lezers watertanden door te spreken over de vrucht van de Geest. Dat is een prachtig beeld: een vrucht. Watertand maar even door nu een moment te denken aan een heerlijke sinaasappel of een kiwi, of tros druiven! 


Het gaat dus om een vrucht: heel aantrekkelijk en heerlijk. Maar er zijn nog wel meer associaties die belangrijk zijn om in beeld te hebben als we ons verdiepen in de vrucht van de Geest. Want als je daar in de lessen 1 tot en met 9 intensief mee bezig gaat, kan er ook maar zo de vraag opkomen: Wordt dit niet een nieuwe wet? Een nieuwe last waaronder we gebukt gaan? Wordt de lat hier weer niet heel hoog gelegd?

Maar dan vergeten we dat het gaat over de vrúcht van de Geest. En een vrucht heeft tijd nodig om te groeien. De ontwikkeling van een vrucht is onderworpen aan natuurwetten. Ik kan geen vrucht groeien. God geeft groei. Dus we worden direct al door het gebruik van het woord vrucht in de armen van God gedreven: hij geeft de groei. Wij mogen het láten gebeuren terwijl we tegelijkertijd ook zelf een bijdrage kunnen leveren. 

Geen nieuwe wet

Zo kun je bij de vrucht van de Geest spreken over de God-factor en de mens-factor. De God-factor houdt in dat de vrucht uiteindelijk echt een geschenk van God is, dat het de Geest is die de vrucht laat groeien in je leven. Maar de mens-factor is dat je je wel bewust richt op die vrucht, dat je belemmeringen wegneemt, dat je onkruid weghaalt, dat je op tijd water geeft, dat je ruimte geeft en zorgt dat er voldoende licht is.

Als Paulus zegt: ‘Wanneer u door de Geest geleid wordt, bent u niet onderworpen aan de wet’ dan betekent dat niet dat wij helemaal niets hoeven te doen. De Geest bevrijdt ons inderdaad van de wet van Mozes, van de wet met vele geboden en verboden waaraan je je moet houden, van de wet van de regels die buiten jou zijn en waar je geen innerlijk contact mee hebt en waar je je dan toch aan moet houden. Die wet heeft afgedaan.

Maar er komt in zeker zin wel een nieuwe wet (of liever nog: weg), namelijk deze: kom dichtbij Jezus, laat je leiden door de Geest, geef van binnen ruimte aan de vrucht van de Geest! En dan zul je merken dat niet op een wettische maar op een goddelijke manier tot stand komt waar het de wet uiteindelijk ook om ging: dat je een mooi mens wordt, dat je het beeld van God gaat vertonen, dat je gaat lijken op Jezus.

Terug naar de cursuspagina


Oefeningen

Als de vrucht van de Geest echt tot bloei komt in ons leven, is dat allereerst een geschenk van God. Maar ook onze eigen inspanning speelt een rol. Hier volgen drie oefeningen om gericht bezig te zijn met de vrucht van de Geest.

1. Leer negen woorden uit je hoofd 

Leer deze negen woorden uit je hoofd. Vul je gedachten met de door de Geest aangereikte karaktereigenschappen. Vergelijk ze trouwens ook eens met andere rijtjes: Filippenzen 4:8-9; 1 Timotheüs 6:11; 1 Petrus 3:8-9; 2 Petrus 1:3-7) 

2. Bid om de vrucht van de Geest

Maak gebruik van het gebed dat je eerder in deze les aantreft. Richt je met die woorden tot de mooiste mens die ooit heeft geleefd: Jezus Christus! Bid, en laat Gods Geest je karakter vormen zodat je op Gods Zoon gaat lijken.

3. Kijk anders naar mensen 

Als je de vrucht van de Geest in je hoofd en je hart meedraagt, heb je als het ware ook een geestelijke bril tot je beschikking. Kijk eens anders naar een conflict waar je midden in zit, naar een collega met wie de samenwerking heel moeizaam gaat. Kijk in de buurt waar je woont eens rond. Kijk naar je partner, naar je kinderen, naar je leraren, naar je baas, naar je broeders en zusters in de kerk. Kijk, en vraag je af: wat zou er veranderen als onze omgang werd gekleurd door een Geest van liefde, vreugde en vrede, een Geest van geduld, vriendelijkheid en goedheid, een Geest van geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing?


Citaten om over na te denken

  • Gloria Dei, vivens homo. [De glorie van God is een volledig levend mens.] – Irenaeus, 2eeeuw
  • Onderdeel van de claim van het christelijke geloof is dat christen-zijn inhoudt dat je meer echt mens wordt. – Tom Wright, Surprised by Hope, 2010
  • We verlangen niet naar een overvloediger oogst van de vrucht van de Geest omdat onze redding op het spel staat of omdat we geloven dat God meer van ons zal houden als we meer vrucht dragen. In plaats daarvan is onze zorg verbonden met Gods missie in deze wereld: God heeft ons geroepen om de verzoening waar God naar verlangt voor heel de schepping voor de wereld zichtbaar te belichamen. – Philip D. Kenneson, Life on the Vine. Cultivating the Fruit of the Spirit in Christian Community, 1999.
  • Het christendom is het ‘goede nieuws’ dat schoonheid, waarheid en goedheid te vinden zijn in een persoon. – Frank Viola en Leonard Sweet, Het Jezusmanifest. Terug naar de kern van het christendom, 2011.
  • Wanneer een boom goed is, dan zijn ook zijn vruchten goed. Is een boom daarentegen slecht, dan zijn ook zijn vruchten slecht. Want aan de vruchten  herkent men de  boom. – Jezus in Matteüs 12 vers 33.
  • Ik ben de wijnstok en veel vrucht dragen. Maar zonder mij kun je niets doen. – Jezus in Johannes 15:5

Reflectievragen

  1. Wat doet het met je als tegen je gezegd wordt: ‘Je bent een mooi mens!’ Hoe reageer je daar op?
  2. Welke van de negen eigenschappen van de vrucht van de Geest is bij jou het minst ontwikkeld? Hoe zou daar verandering in kunnen komen?
  3. Heb je de negen eigenschappen van de vrucht van de Geest al uit je hoofd geleerd (gememoriseerd)? Zo ja, wat vind je daar waardevol aan? Zo nee, wat maakt het dat je dat niet doet?
  4. Bekijk en bespreek enkele andere ‘rijtjes’ uit het Nieuwe Testament: 1) Filippenzen 4:8-9; 2) 1 Timoteüs 6:11; 3) 1 Petrus 3:8-9; 4) 2 Petrus 1:3-7.
  5. Hoe ga je proberen om in je alledaagse leven gericht te zijn op groei in de vrucht van de Geest?
  6. Hoe zie jij de verhouding tussen de God-factor en de mens-factor als het gaat om
    karaktervorming?
  7. Welk voornemen maak je waardoor je je toewijdt aan Gods verlangen dat de vrucht van de Geest in jouw leven (meer) tot bloei komt?

Vrucht: vijf meditaties

1

Bijbelgedeelte: Genesis 1:26-31

Laten wij mensen maken die ons evenbeeld zijn, die op ons lijken.
Genesis 1:26

Evenbeeld
De meditaties in dit boek gaan over de vrucht van de Geest en over karaktervorming. Want God ziet ons als mooie mensen. Tegelijk ontbreekt daar ook nog veel aan. God zet alles op alles om weer te herstellen hoe het oorspronkelijk was. De Heer wil namelijk graag dat we zijn evenbeeld zijn: een spiegel van zijn karakter. Maar die spiegel is stuk gegaan, in scherven gevallen. In Jezus is die spiegel weer hersteld en de Geest werkt eraan dat Gods kinderen in het spoor van Jezus ook weer spiegels van hem worden. Dat is een nieuwe schepping: een werk van God zelf! Maar we worden tegelijkertijd ook ingeschakeld. Te beginnen bij ons verlangen. Verlang jij ernaar weer evenbeeld van God te zijn?

Heer, werk in mijn hart en mijn gedachten een verlangen om te lijken op Jezus.

2

Bijbelgedeelte: Psalm 1

Hij zal zijn als een boom, 
geplant aan stromend water. 
Op tijd draagt hij vrucht.
Psalm 1:3

Vrucht dragen
Een mooi mens worden heeft alles te maken met gericht zijn op de God die ons naar zijn evenbeeld heeft geschapen. Psalm 1 maakt dat concreet met het beeld van een boom. Die boom die aan het water wortelt is het kind van God dat steeds opnieuw het woord van God indrinkt. Langs die weg komt er vrucht: heerlijke vruchten aan de boom die staat geplant aan stromend water, de vrucht van de Geest in het leven van Gods kinderen. Dus als je een mooier mens wilt worden, iemand die vrucht draagt, blijf dan dicht bij Gods woorden.

Heer, ik verlang ernaar uw woorden in te drinken. Geeft u dat ik daardoor vrucht zal dragen, de vrucht van de Geest.

3

Bijbelgedeelte: Matteüs 3:1-12

Breng liever vruchten voort die een nieuw leven waardig zijn.
Matteüs 3:8

Een nieuw leven waardig
Met deze woorden spreekt Johannes de Doper de Israëlieten aan. Hij verkondigt de komst van de messias en van het koninkrijk. Als je daar klaar voor wilt zijn, is het niet voldoende dat je bij Gods volk hoort omdat je Abraham als je vader hebt. Geschikt zijn voor het koninkrijk heeft alles te maken met een nieuw leven dat gekenmerkt wordt door vruchten. Welke vruchten? Johannes zegt het er niet bij. Maar hij doelt ongetwijfeld op de liefde, de vreugde en de vrede die tot bloei komen als je in verbondenheid met messias Jezus gaat leven.

Heer, breng door uw Geest vruchten van nieuw leven voort in mijn bestaan.

4

Bijbelgedeelte: Matteüs 13:16-23

Het zaad dat in goede grond is gezaaid, dat zijn zij die het woord horen en begrijpen. Zij dragen dan ook rijkelijk vrucht, deels honderdvoudig, deels zestigvoudig, deels dertigvoudig.
Matteüs 13:23

Rijkelijk vrucht
Als je vrucht wilt dragen in je leven, de vrucht van de Geest, dan is het van belang om te beseffen dat dat alles te maken heeft met Gods woorden. Jezus is daar helder over in de bekende gelijkenis van het zaad. Rijkelijk vrucht dragen is het gevolg van het horen en begrijpen van het woord dat hij spreekt. Het evangelie horen, erover mediteren, het persoonlijk maken – langs die weg bloeit de vrucht van de Geest op in je leven. Richt je dus niet allereerst op de vrucht zelf (liefde, vreugde, vrede enzovoort) maar op de woorden van je Heer! Luister ernaar en laat ze binnen komen in je leven!

Heer, spreek uw woorden en geef mij een luisterend hart. Laat me ontdekken dat ik vrucht zal gaan dragen.

5

Bijbelgedeelte: Johannes 15:1-8

Blijf in mij, dan blijf ik in jullie. Een rank die niet aan de wijnstok blijft, kan uit zichzelf geen vrucht dragen.
Johannes 15:4

Blijf in mij
Als we verlangen naar de vrucht van de Geest in ons leven, als we graag een mooi mens willen zijn, dan is het van het allergrootste belang om in Jezus te blijven. Hij in ons en wij in hem. Dat duidt op een intense verbondenheid met Jezus, die beoefend wordt in een leven van gebed en in het luisteren naar zijn woorden. Want de vrucht groeit niet als we ons er op eigen kracht naar uitstrekken. De vrucht groeit alleen in verbondenheid met de Heer die zichzelf de ware wijnstok noemt. Verlang je naar vrucht, naar meer vrucht, naar veel vrucht zelfs? Blijf dan in Jezus!

Heer, blijf in mij en help me in u te blijven. Laat me zo groeien in de vrucht van de Geest.


Extra materiaal

Citaat Stefan Paas

In een column in het zomernummer van De Nieuwe Koers in 2016 schreef Stefan Paas het volgende rond de vraag wat onze samenleving nodig heeft:

“Wat we nodig hebben, is trouwens helemaal niet zo moeilijk te zien. Er zijn mensen nodig die hun naasten liefhebben, zelfs hun vijanden. Er zijn mensen nodig die hun tong en tweets in toom houden, omdat niet elke mening gehoord hoeft te worden. Er zijn mensen nodig die zich fundamenteel geborgen weten, omdat die verbeten drift tot absolute veiligheid onze samenleving kapot maakt. Maar zulke mensen moeten gevormd worden; ze groeien niet aan de bomen. Gemeenschappen zijn nodig, kloosters desnoods, waarin dit gebeurt: mensen vormen en zieltjes winnen. De toekomst van onze beschaving hangt hiervan af. Voor andere levensbeschouwingen kan ik niet spreken, maar voor de kerk ligt hier een prachtige roeping.”

Gebed van John Stott

Het onderstaande gebed gaat terug op een gebed dat John Stott, een bekende bijbelleraar, dagelijks bad. Het is een gebed waarin het verlangen doorklinkt om zich te laten leiden door de aanwezigheid van God en om te groeien in de vrucht van de Geest.

Hemelse Vader, u aanbid ik, Schepper en Onderhouder van het heelal. Heer Jezus, u aanbid ik, Redder en Heer van de wereld. Heilige Geest, u aanbid ik, Vernieuwer van het volk van God.

Glorie aan de Vader, de Zoon en de heilige Geest.

Hemelse Vader, ik bid dat ik vandaag leef in uw aanwezigheid en u meer en meer verheug. Heer Jezus, ik bid dat ik vandaag mijn kruis op me neem en u volg. Heilige Geest, ik bid dat u me vandaag vult met uzelf en dat u uw vrucht in mijn leven laat groeien: liefde, vreugde en vrede, geduld, vriendelijkheid en goedheid, geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing.

Heilige, gezegende en glorievolle Drie-enige God, ontferm u over mij. Amen.

Terug naar de cursuspagina