Terug naar de cursuspagina

Luister deze les als podcast:


Lang geleden vroegen we als kinderen aan elkaar: ‘Weet jij wat het toppunt van geduld is?’ Er waren meerdere antwoorden, maar de bekendste was wel deze: ‘Een vis op de muur tekenen en dan wachten tot die wegzwemt.’ Dan kun je dus lang wachten! Dat is dus geduld hebben: lang wachten.

Lang wachten

Vaak moeten we lang wachten. Als we in de file staan. Als we in de wachtkamer van de dokter zitten. Als een gebroken been hebben. Of als we herstellen van een ingrijpende ziekte of moeten leren leven met beperkingen. Of als je iets heel graag wilt kopen maar je moet het bedrag eerst bij elkaar sparen. Dat vraagt veel van ons geduld. 

Maar geduld is ook belangrijk als je aanloopt tegen mensen. Ook met bepaalde mensen moet je soms veel geduld hebben. Misschien wel allereerst met jezelf, want je valt jezelf zo vaak ook tegen. Maar geduld is ook een schone zaak als je je kinderen opvoedt, als je samenwerkt met collega’s die niet altijd hun afspraken nakomen, als je voor de zoveelste keer geconfronteerd wordt met je buurman die zijn auto wéér voor jouw huis heeft geparkeerd of als je partner het dopje van de tandpasta weer niet op de tube heeft gedaan.

En zo kunnen er in ons leven ook veel momenten zijn waarop we ons geduld verliezen. Dat we geërgerd, boos, kortaangebonden reageren. We zijn ongeduldig. En soms is dat ook echt als een nare karaktertrek in ons leven aanwezig: dat het een patroon is geworden, dat we een kort lontje hebben, dat we stelselmatig snel geprikkeld en boos zijn, dat ergens op moeten wachten het lelijkste in onszelf naar boven haalt. Kan dat dan veranderen? 

Een lange adem hebben

De goede boodschap over de vrucht van de Geest houdt onder meer in dat dat inderdaad kan. Maar dan komen we er niet als we alleen maar zeggen: ‘Je moet maar eens wat vaker tot 10 tellen.’ Het moet een paar stapjes dieper gaan. Waar komt ongeduld vandaan? En wat is een blijvende bron van geduld?

In de Griekse taal van het Nieuwe Testament wordt voor geduld dit woord gebruikt: makrothumía. Daar zitten twee woorden in. Makro betekent groot of lang. Thumía heeft te maken met je gemoed, je animo of ook met fut. Je hebt dus geduld (makrothumía) als je fut genoeg hebt om het lang vol te houden met moeilijke mensen of in moeilijke situaties. Makrothumía is: een lange adem hebben. Dat klinkt ook goed door in een ouderwets Nederlands woord: lankmoedigheid. Dat is de moed hebben om het lang uit te houden, de moed hebben om iemand lang te verdragen of te dulden. 

Het geduld van God

Ook nu moet het eerst weer over het geduld van God gaan. Een christelijke leider uit de derde eeuw, de kerkvader Cyprianus die woonde en werkte in Afrika, heeft het zo onder woorden gebracht:

‘Geen mens kan over geduld iets zinnigs zeggen, tenzij hij het geduld van God heeft leren kennen. In God heeft alle geduld zijn oorsprong en vanuit Gods geduld krijgt alle menselijke geduld haar schittering en waardigheid.’

Laten we er een Bijbelgedeelte bij pakken: Exodus 34:1-10. Hier wordt verteld over een ontmoeting van Mozes met God op de berg Sinaï. En daar gebeurt iets bijzonders: God roept zijn naam uit! Hij vertelt daar op die berg in een ongetwijfeld ongelooflijk indrukwekkende verschijning wie hij is. Hij maakt duidelijk: ‘Als je wilt weten wie ik ben, luister dan! Dit is mijn karakter! Zó ben ik.’ Dat doet hij met deze woorden:

‘Een God die liefdevol is en genadig, geduldig, trouw en waarachtig, die duizenden geslachten zijn liefde bewijst, die schuld, misdaad en zonde vergeeft.’

Vijf karaktertrekken worden er dus genoemd: liefde, genade, geduld, trouw, waarachtigheid. Geduld behoort dus tot de kern van Gods karakter! Als je nog nooit over Gods geduld hebt gehoord, heb je in wezen nog nooit iets over God gehoord. Deze karakterisering van de God van Israël, komt in de loop van het Oude Testament maar liefst een kleine tien keer terug, als een soort refrein: het moet steeds weer gezegd en gezongen worden.

God is geduldig, hij is lankmoedig, hij heeft een lange adem, hij houdt het lang vol om mensen te verdragen die zich tegen hem keren, mensen die niet de weg gaan die hij wijst. De Bijbel zegt het ook zo: God is langzaam tot toorn. Want er gebeurt natuurlijk van alles waar God boos en kortaangebonden op zou kunnen reageren. Neem alleen al Mozes die, toen hij geroepen werd om leider van zijn volk te worden, het gewoon vertikte en met allerlei uitvluchten kwam. Neem heel die lange veertig jaren durende reis die het volk Israël maakte door de woestijn. Veertig jaar lang mopperde het volk op Mozes en op God. En telkens opnieuw gaf God weer nieuwe kansen. God is geduldig, hij is niet kortaangebonden maar lankmoedig. Onze God heeft een lange adem. Zijn geduld betekent dat God zichzelf kan beheersen, dat hij zijn gevoelens en reacties onder controle heeft. Want met dat God een schepping maakte, creëerde hij de mogelijkheid dat zijn schepselen een eigen weg zouden gaan, dingen zouden doen die niet in zijn bedoeling lagen, dingen die hij niet wilde en waar hij geen controle over had. Dat maakte deel uit van zijn Schepper zijn en van zijn Vaderschap.

Onder controle

Alle ouders kennen dat: je kind is niet maar een verlengstuk van jezelf dat altijd doet wat jij wilt en altijd reageert zoals jij wilt, maar je kind staat apart van je, heeft een eigen identiteit en heeft een eigen wil. En precies op dat punt zit de uitdaging tot geduld. Want waar heeft geduld ten diepste mee te maken? Je geduld wordt gevraagd in situaties waar je geen controle over hebt. Je kind luistert niet. Je partner heeft weer het dopje niet op de tube tandpasta gedaan. Je collega heeft de afgesproken deadline niet gehaald. Of je zit in de wachtkamer en je weet werkelijk niet hoe lang het nog gaat duren.  Ons ongeduld ontmaskert onze behoefte om controle te hebben en te houden: over andere mensen en over situaties. Terwijl dit is wat we moeten leren: we hebben niet altijd de controle. Ons ongeduld is dus ten diepste een controleprobleem. 

Dat betekent niet dat je dus nooit boos mag worden. Want als God zelf zijn naam uitroept, aanduidt wat zijn karakter is, gaat hij ook nog iets verder: ‘die schuld, misdaad en zonde vergeeft, maar niet alles ongestraft laat en voor de schuld van de ouders de kinderen en kleinkinderen laat boeten, en ook het derde geslacht en het vierde.’ God is niet een tandeloze God. Zijn geduld is inderdaad ongelooflijk ruim, maar niet zo ruim dat er nooit sprake kan zijn van een boze reactie, van straf. Maar dan wel zo dat dat niet op een ongecontroleerde manier gebeurt. Als wij in ongeduld reageren gaat dat meestal gepaard met geprikkeldheid, boosheid, agressiviteit. Niks om trots op te zijn. Maar als de grens van je geduld wordt bereikt, dan kun je nog steeds op een geduldige, een weloverwogen manier reageren: je kunt op een gepaste manier boos worden, je kunt maatregelen nemen die helder zijn en voor de betrokkenen ook onplezierig, maar waarin je je niet door boosheid en agressie laat leiden. Geduld betekent dat je tijd over je reactie heen laat gaan, dat je de tijd neemt om goed naar je emoties te luisteren (je boosheid, je gekwetstheid, je verdriet) en ze recht te doen zonder dat je zelf op jouw beurt iets verkeerds zegt of doet.

En bedenk eens: hoe lang houdt God het al met jou uit? We kennen onszelf allemaal hoop ik goed genoeg om te weten dat er veel op ons valt aan te merken. Hoe lang houdt God het al met jou uit? Denk eens na over je gebreken, over de domme dingen die je hebt gezegd of gedaan, over je minder plezierige karaktertrekken waarmee je anderen soms tot wanhoop drijft. Hoe geduldig is God met jou? 

God heeft geen haast

We kunnen nog iets leren over Gods geduld. Dat geduld betekent ook dat hij geen haast heeft. Christenen geloven in een God zonder haast, in een God die de tijd heeft. Dat is dus een hele uitdaging in een cultuur waarin tijd geld is, waarin we dingen zo snel mogelijk tot stand moeten brengen, waarin wachten niet wordt gewaardeerd. We leven in een cultuur waarin productiviteit de toon aangeeft: er moeten dingen gemaakt worden, er moet gepresteerd worden en graag snel. De alomtegenwoordige deadlines in ons leven staan haaks op het kennen van een God die geen haast heeft.

Als we willen groeien in de vrucht van de Geest, als we mooie mensen willen zijn, als we ons willen oefenen in geduld, dan moet we ook de kunst van het wachten leren, de kunst van het tijd hebben. Onthaasten is daarmee ook bij uitstek een christelijke levenskunst geworden. De bekende uitdrukking ‘Geduld is een schone zaak’ wordt ook wel eens iets uitgebreid: ‘Geduld is een schone zaak, maar je moet er wel de tijd voor hebben.’ Dat is natuurlijk humoristisch bedoeld. Het illustreert dat het een hele kunst is om in een opgejaagde samenleving als de onze je te oefenen in geduld. Maar ik geloof dat hier juist voor christenen en voor de christelijke kerk een prachtige uitdaging ligt: oefenen in geduld, mensen zijn die tijd hebben, een geloofsgemeenschap vormen waar je ervaart dat we geen haast hebben omdat we geloven in een God zonder haast.

Maar kan dat? Kun je geduldiger worden en lankmoedigheid leren als karaktertrek? Kun je minder gehaast leven? Dat is zo’n beetje dezelfde vraag als deze: kun je een vreemde taal leren spreken? Kan dat? Zou ik bijvoorbeeld Spaans kunnen leren spreken? Ja, dat kan. Dat kost tijd. Daar moet ik dan een cursus voor volgen. Ik moet oefeningen doen. Zorgen dat ik in situaties terecht kom waar ik wel Spaans moet spreken eenvoudig omdat ik anders niet met andere mensen kan communiceren. En ik zou het doen als ik dat heel graag zou willen: in Spanje wonen en daar zo met mensen communiceren dat ik me er thuis kan voelen.

Ik kan Spaans leren spreken. Zo kan ik ook geduldiger worden.


Oefeningen 

Ik denk dat geduld leren heel veel overeenkomsten heeft met het leren van een vreemde taal. Geduldig leren zijn heeft alles te maken met de wens om je thuis te voelen in het koninkrijk van God waar alles erom draait dat we aan Christus gelijkvormig worden. En dat kan dus ook niet zonder oefening. Daarom ten slotte weer enkele oefeningen die je helpen geduldiger te worden.

1. Wacht even

Wachten is een moment dat je even niks doet. Dat is er voor sommigen juist zo ergerniswekkend aan. Leer eens om de verplichte wachtmomenten te gebruiken, niet om je op te winden (want je bent daardoor niet sneller aan de beurt bij de dokter, en je bent ook niet eerder thuis als je je ergert in de file), maar om bewust te oefenen in geduld. We hebben geen haast. Want we geloven in een God die geen haast heeft. Moeten wachten is een unieke kans om meer op Jezus te gaan lijken.

2. Laat los

Ongeduld heeft er ten diepste mee te maken dat je controle wilt uitoefenen, mensen wilt beheersen, de situatie altijd meester willen zijn. Dat hoeft niet. Leer om dat los te laten. Als je kind van twee jaar of van 22 jaar niet doet wat jij graag wilt, oefen je dan in geduld door los te laten en niet krampachtig vast te houden. Als je in een situatie bent die je niet kunt veranderen of die niet snel genoeg naar je zin verandert, laat los. Laat je kortaangebondenheid varen en wees lankmoedig. Open je handen en klem ze niet krampachtig dicht. Dat is geduld, en daarin mag je weer iets van Gods beeld gaan vertonen.

3. Ken God

Dit is misschien wel de belangrijkste oefening. Laat die uitspraak van Cyprianus nog eens op je inwerken: ‘In God heeft alle geduld zijn oorsprong en vanuit Gods geduld krijgt alle menselijke geduld haar schittering en waardigheid.’ God is langzaam tot toorn. Als we hem in Christus leren kennen zullen we daar ook in kunnen groeien: langzaam zijn tot toorn. En God heeft geen haast: hij nam alle tijd voordat Jezus in de wereld kwam, Jezus nam alle tijd (maar liefst dertig jaar) voordat hij werkelijk aan de slag ging. En zo gunt God ons ook allemaal de tijd. Hij heeft geduld met jou. Leer daarom om in Christus met God verbonden geduld te hebben met jezelf en met je naaste.


Citaten om over na te denken

  • Geduld is een schone zaak. – Spreekwoord
  • Iets verdragen met Jobsgeduld. – Spreekwoord
  • Geen mens kan over geduld iets zinnigs zeggen, tenzij hij het geduld van God heeft leren kennen. In God heeft alle geduld zijn oorsprong en vanuit Gods geduld krijgt alle menselijke geduld haar schittering en waardigheid. – Cyprianus, 3e eeuw
  • De beweging die Jezus is gestart wordt gevormd door mensen die geloven dat ze alle tijd van de wereld hebben, mogelijk gemaakt door Gods geduld, om de ongeduldige agressie van de wereld uit te dagen met het kruis en de opstanding. – Stanley Hauerwas

Reflectievragen

  1. Geef een eigen omschrijving van wat jij verstaat onder geduld.
  2. Lees Exodus 34:1-10. Wat leer je hier over Gods karakter? Wat betekent dat voor jouw leven?
  3. Herken je de betekenis van ‘lankmoedigheid’? Lijd jij wel eens aan ‘kortmoedigheid’ (ongeduld, kortaangebondenheid)?
  4. Ongeduld heeft te maken met er niet tegen kunnen dat je de ander of de situatie niet ‘onder
  5. controle’ hebt. Ben je het daarmee eens?
  6. Lees Jakobus 5:7-11. Wat leer je uit deze passage over geduld?
  7. Zoek de zeven Bijbelwoorden hieronder op en lees ze een voor een hardop voor. Wat is de betekenis?
  8. Gods geduld betekent ook dat God geen haast heeft. Waaraan zie je dat? Wat is het doel van Gods geduld? (Lees ook: Romeinen 2:4).
  9. Maak voor jezelf concreet hoe je de drie praktische oefeningen in geduld deze week vorm geeft:
    – Wacht even!
    – Laat los!
    – Ken God!

Geduld: vijf meditaties

1

Bijbelgedeelte: Galaten 5:13-26

Maar de vrucht van de Geest is liefde, vreugde en vrede, geduld…
Galaten 5:22

Vrucht van de Geest: geduld
Lankmoedigheid – dat is het oude woord voor geduld. Want naast zachtmoedigheid (ook een onderdeel van de vrucht van de Geest) is ook lankmoedigheid belangrijk: dat je de moed hebt om lang te wachten. Want soms moet je lang wachten tot de situatie verbetert, tot de ander een stap in jouw richting zet, tot er een zichtbare verandering in je eigen leven tot stand komt. Als je de moed hebt om lang te wachten en om erop te rekenen dat God toch aan het werk is, dwars door alles heen en vaak onzichtbaar voor jou – dan ben je geduldig. En we voelen aan: dat krijg je niet zelf voor elkaar. Dat gebeurt alleen als de Geest in je werkt en je vrucht laat dragen.

Vader, geef dat er in mijn hart geduld groeit om vol te houden en het uit te houden, in Jezus’ naam.

2

Bijbelgedeelte: Kolossenzen3:12-17

Omdat God u heeft uitgekozen, omdat u zijn heiligen bent en hij u liefheeft, moet u zich kleden in innig medeleven, in goedheid, bescheidenheid, zachtmoedigheid en geduld.
Kolossenzen 3:12

Kleed je in geduld
Geduldig leren zijn is vrucht van de Geest. Tegelijk vraagt het ook van onze kant om activiteit. Paulus legt daar wel eerst een basis onder: omdat God jou heeft uitgekozen, moet je je in geduld kleden. Dus eerst is er een levend besef nodig dat God het is die je kiest om voor hem te leven. En we wórden geen heiligen door geduldig te zijn, maar we zíjn al heiligen! Meer nog: we zijn Gods geliefden, hij houdt van ons. Als we die basis kennen, als we leren om hierin de bron te vinden van elke oproep om nieuw te leven – dan heeft ook die oproep om je te kleden in geduld de goede ondergrond gekregen. Probeer niet zelf geduldig te zijn, maar kleed je met het geduld van Jezus, de Zoon van Gods liefde, het geduld dus dat Jezus je aanreikt.

Heer Jezus, kleed mij met uw geduld!

3

Bijbelgedeelte: Psalm 145:1-9

Genadig en liefdevol is de HEER, 
hij blijft geduldig en groot is zijn trouw.
Psalm 145:8

God is geduldig
Het is Gods diepe verlangen dat we zijn beeld weer gaan vertonen. Dat betekent ten diepste dat zijn karaktereigenschappen ook zichtbaar worden in ons leven. Als zijn schoonheid dankzij het werk van de Geest ons leven gaat beheersen, worden we steeds meer mooie mensen. Daarom is het van belang dat we ons verheugen in het karakter van God, en zijn karakter steeds beter leren kennen. Dit vers uit Psalm 145 toont een paar prachtige eigenschappen van God. Naast zijn schitterende genade, liefde en trouw zien we hier ook zijn geduld. ‘Hij blijft geduldig.’ Laat dat eens op je inwerken. Hij geeft het niet op met ons. Hij heeft de tijd en hij gunt ons de tijd.

Dank u, Heer, dat u zo ongelooflijk geduldig bent. Laat uw geduld inspiratiebron mogen zijn voor mijn omgang met andere mensen en met mezelf.

4

Bijbelgedeelte: Spreuken 14:26-35

Wie geduldig is geeft blijk van groot inzicht, 
wie onbesuisd is stapelt dwaasheid op dwaasheid.
Spreuken 14:29

Geduld en inzicht
De Spreuken bevatten talloze uitspraken die levenswijsheid bieden. Vaak worden er in de uitspraken zaken tegen over elkaar gezet. Zo wordt hier geduld tegenover onbesuisdheid geplaatst. Onbesuisdheid betekent dat je ondoordacht te werk gaat, dat je te haastig bent in je reacties en je oordelen. Herken je dat? De Spreukendichter waarschuwt je dan dat dit ertoe zal leiden dat je dwaasheid op dwaasheid stapelt. Daartegenover staan inzicht en verstand. Geduld hebben is een bron van verstandig inzicht en van passende reacties op de dingen die gebeuren. Daar kan iedereen voordeel mee doen. Bid dus om deze vrucht van de Geest: geduld dat blijk geeft van inzicht.

Heer, laat er geduld in mij mogen zijn. Geef dat ik mag groeien in inzicht en verstand.

5

Bijbelgedeelte: 1 Korintiers 13:1-7

De liefde is geduldig en vol goedheid. De liefde kent geen afgunst, geen ijdel vertoon en geen zelfgenoegzaamheid.
1 Korintiers 13:4

De liefde is geduldig
Bij elk volgende onderdeel van de vrucht van de Geest is het goed om weer te zien dat de liefde aan het begin staat. De liefde die God aan ons geeft en die hij in ons wakker roept is zo ook de bron van ons geduld. Wachten met oordelen, een ander de tijd gunnen, jezelf oefenen in wachten – het is allemaal het gevolg van een liefdevolle houding die vooral belangrijk is in moeilijke situaties. Je zou het ook zo kunne zeggen: geduld is de liefde die in een moeilijke situatie tot uitdrukking komt. Dat moet er inderdaad wel eerlijk bij gezegd worden: je hebt moeilijke situaties nodig om je te oefenen in geduld. Maar die situaties dienen zich vanzelf aan. Herken ze en gebruik ze. Laat het geduld van Jezus je dan leiden.

God van liefde, dank u dat u me wilt leren om op een liefdevolle manier geduld te oefenen.


Extra materiaal

Preek: Uitbanning van de haast

In een preek die ik in de zomer van 2024 hield, sloot ik aan bij een boek met de titel ‘De meedogenloze uitbanning van de haast’. Hieronder kun je de preek terugkijken. Teruglezen en als podcast beluisteren kan hier.