10.1 Lezen uit ‘Alles nieuw’

Hieronder kun je uit ‘Alles nieuw’, hoofdstuk 3 ‘Zoek van harte’ het onderdeel ‘gemeenschapsleven’ lezen en als podcast beluisteren. Onder de leestekst vind je enkele reflectievragen.

“Zoek van harte

Gemeenschapsleven

De discipline van de afzondering staat niet op zichzelf. Ze is nauw verbonden met de discipline van het gemeenschapsleven. 

Gemeenschapsleven als discipline is het streven om tussen mensen een vrije en lege ruimte te scheppen waarin wij samen tot echte gehoorzaamheid kunnen komen. Dankzij de discipline van het gemeenschapsleven voorkomen we dat we ons in angst en eenzaamheid aan elkaar vastklampen, en maken we ruimte vrij om te luisteren naar Gods bevrijdende stem.

Het klinkt ons misschien vreemd in de oren als we het gemeenschapsleven een discipline noemen. Maar zonder discipline wordt gemeenschap een soft woord dat veeleer verwijst naar een veilige, knusse en exclusieve plek dan naar de ruimte waarin we nieuw leven ontvangen en tot ontplooiing kunnen brengen. Overal waar echt gemeenschapsleven zichtbaar is, is discipline een beslissende factor, niet alleen in de vele oude en nieuwe vormen van gemeenschapsleven, maar ook in wederzijds steunende relaties zoals familie, huwelijk en vriendschap.

Als we ruimte willen scheppen voor God in ons midden, dan vraagt dat van ons dat we Gods Geest voortdurend weten te herkennen in elkaar. Wanneer we de leven gevende Geest van God hebben leren kennen in het centrum van onze afzondering en daardoor onze eigenlijke identiteit hebben mogen ontdekken, zijn we tevens in staat diezelfde Geest tot ons te zien spreken in onze medemensen. En wanneer we deze leven gevende Geest hebben leren herkennen als de bron van ons samenleven, zullen wij bovendien zijn stem gemakkelijker horen als we alleen zijn.

Familie, huwelijk en vriendschap, religieus leven en alle andere vormen van gemeenschapsleven kunnen we beschrijven als: afzondering die afzondering begroet; geest die tot geest spreekt; hart dat roept naar een ander hart. Het is de dankbare erkenning dat God ons roept om het leven samen te delen. We kunnen het ook zien als het blije aanbieden van een gastvrije ruimte waar de herscheppende kracht van Gods Geest zichtbaar wordt. Aldus kunnen we in alle vormen van samenleven Gods echte tegenwoordigheid in ons midden aan elkaar openbaren.

Gemeenschap heeft weinig van doen met wederzijds bij elkaar passen. Overeenkomst in karakter, opleiding of sociale status kan ons wel bijeenbrengen, maar kan nooit de basis zijn voor gemeenschap. Want deze is gefundeerd in God die ons samenroept, en niet in de aantrekkingskracht die mensen op elkaar uitoefenen.

Er bestaan veel groepen die ten doel hebben hun eigen belangen te beschermen, hun eigen status te verdedigen of hun eigen doelstellingen te bevorderen, maar geen daarvan is een christelijke gemeenschap te noemen. In plaats van de muren van angst af te breken en nieuwe ruimte voor God te scheppen, sluiten ze zich af voor echte of vermeende indringers. Het geheim van gemeenschap zit ‘m er nu juist in dat ze alle mensen omvat, hoezeer ze als individuen ook van elkaar verschillen, en dat het hen in staat stelt samen te leven als broeders en zusters van Christus en als zonen en dochters van zijn Vader in de hemel.

Ik zou één concrete vorm van deze discipline van het gemeenschapsleven willen beschrijven, en wel de oefening van het samen luisteren. 

In onze wereld vol woorden brengen we onze tijd samen meestal pratend door. We voelen ons prettig en op ons gemak als we belevenissen uitwisselen, interessante onderwerpen bespreken of over actuele kwesties debatteren. Door een zeer actieve verbale gedachtewisseling proberen we iets van elkaar te ontdekken. Maar dikwijls moeten we constateren dat woorden meer fungeren als muren dan als poorten; meer als manieren om afstand te houden dan om elkaar te naderen. Vaak merken we – ook al is het niet onze opzet – dat we met elkaar aan het wedijveren zijn. We proberen elkaar als het ware te bewijzen dat we de aandacht van anderen waard zijn, dat we iets naar buiten kunnen brengen wat ons bijzonder maakt.

De discipline van het gemeenschapsleven helpt ons echter om samen stil te zijn. Deze bewust gezochte stilte is geen gênant stilzwijgen, wel een situatie waarin we gezamenlijk aandacht geven aan de Heer die ons samenroept. Op deze manier leren we elkaar pas echt kennen, niet als mensen die zich angstig vastklampen aan hun wankele identiteit, maar als mensen van wie een en dezelfde God houdt op een heel intieme en unieke wijze.

Net als bij de discipline van de afzondering zijn woorden uit de Schrift hierbij vaak de beste wegwijzer naar deze gemeenschappelijk beleefde stilte. Geloof, zegt Paulus, is uit het gehoor. We moeten van elkaar het woord horen. Als we bijeenkomen uit verschillende geografische, historische, psychologische en religieuze achtergronden, kan het luisteren naar een en hetzelfde woord, gesproken door uiteenlopende mensen, ons op een gemeenschappelijke manier innerlijk open en kwetsbaar maken, zodat we kunnen erkennen dat we samen geborgen zijn in dat woord. Langs die weg zijn we tot veel in staat. Zo kunnen we: onze ware identiteit als gemeenschap ontdekken; ervaren wat het betekent om samen geroepen te zijn; erkennen dat dezelfde Heer die we ontdekten in onze afzondering, ook spreekt in de afzondering van onze medemensen – ongeacht hun taal, karakter of kerkelijke achtergrond. Als we samen luisteren naar het woord van God, kan er een echte creatieve stilte ontstaan die gevuld is met zijn zorgzame aanwezigheid. Op die manier kan het samen luisteren naar het woord ons bevrijden van onze wedijver en rivaliteit, en ons doen inzien wie we werkelijk zijn: zonen en dochters van dezelfde liefdevolle God, en broeders en zusters van onze Heer Jezus Christus en daardoor ook elkaars broeders en zusters.

Dit voorbeeld van de discipline van het gemeenschapsleven is slechts een van de vele. Samen vieren, samen werken, samen spelen – het zijn allemaal manieren om deze discipline te beoefenen. Maar welke concrete vorm of gewoonte de discipline van het gemeenschapsleven ook aanneemt, altijd wijst ze ons verder dan de grenzen van geslacht, karakter, leeftijd, nationaliteit of ras en openbaart ons wie we zijn in de ogen van God en wie we zijn voor elkaar.

De discipline van het gemeenschapsleven maakt ons tot personen, dat wil zeggen: tot mensen die naar elkaar iets laten doorklinken – het Latijnse woord personare betekent: ‘laten doorklinken’ – van waarheid, schoonheid en liefde die groter, voller en rijker zijn dan wijzelf kunnen vatten. Daar waar echte gemeenschap heerst, zijn we vensters waardoorheen we elkaar steeds opnieuw uitzicht geven op het mysterie van Gods aanwezigheid in ons midden. Daarom is de discipline van het gemeenschapsleven een echte discipline van het gebed. Ze maakt ons opmerkzaam op de aanwezigheid van de Geest die ‘Abba’, Vader uitroept, en op die manier  biddend aanwezig is in het hart van ons gemeenschapsleven.

Kort samengevat betekent gemeenschap dus: samen gehoorzaam zijn. De vraag luidt niet alleen: ‘Waarheen leidt God mij als individuele persoon die probeert zijn wil te doen?’ Maar fundamenteler en van meer betekenis is de vraag: “Waarheen leidt God ons als gemeenschap?’ Voor deze laatste vraag dienen we zorgvuldig te onderzoeken hoe God leiding geeft in ons gemeenschapsleven, en samen te zoeken naar een creatief antwoord. Op dit punt merken we hoe bidden en handelen in feite op een en hetzelfde geënt zijn. Want datgene wat we doen als gemeenschap, kan pas dan gehoorzaam worden genoemd als het de weerklank is van Gods stem in ons midden.

Laten we ten slotte niet vergeten dat gemeenschapsleven, net als afzondering, allereerst een eigenschap is van het hart. Ook al is het zo dat we nooit zullen weten wat gemeenschap is als we nooit op één plaats zijn samengekomen, betekent gemeenschap niet noodzakelijkerwijs dat we fysiek bijeenzijn. We kunnen heel goed in gemeenschap leven terwijl we fysiek alleen zijn. In die omstandigheid kunnen we vrij handelen, oprecht spreken en geduldig uithouden, aangezien een innige liefdesband ons verenigt met anderen, ook al zijn wij door tijd en plaats van hen gescheiden. De liefdesgemeenschap reikt niet alleen over de grenzen van landen en continenten heen, maar ook over de grenzen van jaren en eeuwen. Zowel de gedachte aan mensen die ver weg zijn, als de herinnering aan mensen die langgeleden geleefd hebben, kan ons doen deelhebben aan een gemeenschap die genezing, steun en richting geeft. De ruimte die er voor God is in een gemeenschap, overstijgt alle beperkingen van tijd en plaats.

Op die manier maakt de discipline van het gemeenschapsleven ons vrij om overal heen te gaan waar de Geest ons leidt, zelfs naar plaatsen waar we liever niet vertoeven. Dat is de kern van de pinksterervaring. Toen de Geest neerdaalde op de leerlingen die angstig bij elkaar gekropen waren, werden ze zo vrij dat ze hun vergrendelde kamer konden verlaten om de wereld in te trekken. Zolang ze bevreesd bijeen zaten, vormden ze nog geen gemeenschap. Maar nadat ze eenmaal de Geest ontvangen hadden, werden ze een groep vrije mensen die in gemeenschap met elkaar konden blijven, ook al bevonden ze zich op een zo grote afstand als die tussen Rome en Jeruzalem. En wanneer het de Geest van God is die ons verenigt, en niet de angst, kan die gemeenschap tussen ons niet verbroken worden door afstand in tijd of plaats.”

Reflectie

  • Op welke manieren kun je de discipline van de gemeenschap integreren in je eigen relaties en interacties?
  • Wat betekent het voor jou om ruimte te scheppen voor God in gemeenschap met anderen? Op welke manieren kun je actief luisteren naar Gods bevrijdende stem te midden van relaties en verbindingen?
  • Reflecteer op je eigen ervaringen met gesprekken en interacties binnen gemeenschappen. Op welke momenten heb je gemerkt dat woorden eerder als muren dan als poorten fungeerden? Hoe kun je samen met anderen leren om echte stilte te omarmen en naar Gods stem te luisteren?
  • Wat betekent het voor jou om samen te luisteren naar het Woord van God? Hoe kan dit gezamenlijke luisteren bijdragen aan het ontdekken van jullie ware identiteit als gemeenschap en het ervaren van eenheid?
  • Hoe kun je gemeenschap zien als een eigenschap van het hart, zelfs wanneer fysieke afstand aanwezig is? Op welke manieren kun je je verbonden voelen met anderen, zelfs over tijd en ruimte heen?
  • Wat betekent het voor jou om de Geest van God centraal te stellen in je gemeenschapsleven, en niet angst?

10.2 Bonhoeffer: de dag samen en de dag alleen

In zijn boek ‘Leven met elkander’ stelt Dietrich Bonhoeffer, net als Henri Nouwen, de spirituele disciplines van de afzondering en de gemeenschap aan de orde. Hij begint bij de gemeenschap en bespreekt daarna de afzondering. Dat doet hij in twee hoofdstukjes met respectievelijk de titels ‘De dag met elkaar’ en ‘De dag alleen’.

Het hoofdstuk over ‘De dag alleen’ begint Bonhoeffer met reflecties over de verhouding tussen samen zijn en gemeenschap enerzijds en alleen zijn en afzondering anderzijds. In onderstaande podcast kun je luiteren naar de voorlezing van ruim twee bladzijden (69-71) die Bonhoeffer daarover schrijft. Hopelijk helpt dit je om nog beter te zien hoe gemeenschap en afzondering niet zonder elkaar kunnen.

Dit is wat mij betreft het kerncitaat:

“Slechts levend in de gemeenschap, kunnen we alleen zijn; en slechts hij, die alleen is, kan leven in de gemeenschap. Beide dingen horen bij elkaar. Slechts in de gemeenschap leren wij op de juiste manier alleenzijn en slechts in het alleenzijn leren wij op de juiste manier in de gemeenschap te leven. Het is niet zo, dat het een aan het ander zou voorafgaan, maar beide beginnen tegelijkertijd, namelijk met de roepstem van Jezus Christus.”

10.3 Podcasts

In de Verenigde Staten bestaat een zeer actieve Henri Nouwen Society. Regelmatig verschijnen er afleveringen van de podcast ‘Henri Nouwen, Now and than’. Heel inspirerend om naar te luisteren, wel in het Engels. Op deze pagina vind je alle afleveringen bij elkaar. Je kunt ze ook via Spotify beluisteren.

Een heel recente bevat een gesprek met de bekende schrijfster Ann Voskamp:

Er zijn ook afleveringen waarin je kunt luisteren naar toespraken van (of gesprekken met) Henri Nouwen. Bijvoorbeeld deze over onze zending in de wereld: