Ik was blij verrast toen mijn oog kort geleden in de VU boekhandel viel op een boek van Jan Hoek met de titel: ‘Gereformeerde spiritualiteit. Een actuele bezinning’. Ik ben zeer geïnteresseerd in spiritualiteit en zie het als een wat moeizame uitdaging om dat vandaag de dag te verbinden met het bijvoeglijke naamwoord ‘gereformeerd’. Dus ik sloeg het boek met enige verwachting open, helemaal omdat het een ‘actuele’ bezinning beloofde te zijn.

Welnu, gereformeerd is het boek in elk geval. Voor de lezer die zelf met liefde staat in de gereformeerde (spirituele) traditie én daar ook behoorlijk vertrouwd mee is, is het een boeiend en diepgravend boek terwijl het tegelijk toegankelijk en vriendelijk is geschreven. Alleen wordt al vrij snel duidelijk dat het boek eigenlijk niet de gereformeerde spiritualiteit maar de gereformeerde geloofsinhoud (c.q. de gereformeerde dogmatiek) in beeld brengt. En dat gebeurt dan ook nog vooral door veel te citeren uit de gereformeerde confessies en uit de werken van gereformeerde voorgangers als Calvijn, Bucer, Luther en Flavel. Dat is op zich niet erg, maar erg actueel is het ook niet. En dat vind ik toch wel erg jammer.

Het boek belooft een actuele bezinning. Maar helaas wordt op geen enkele manier een poging gedaan om aannemelijk en inzichtelijk te maken wat in het Woord vooraf op blz. 7 wordt gesteld:

Het is mijn overtuiging dat gereformeerde spiritualiteit actuele betekenis en relevantie heeft. Zij zal als een fiere bloem de storm van de secularisatie overleven en kracht ontvangen om tot nieuwe bloei te komen. Moderne en postmoderne mensen zullen vroeg of laat gaan inzien dat zij slechts tot hun schade aan deze rijkdom voorbijgaan.

Zeker, voor de inside-gereformeerde die is gepokt en gemazeld in de gereformeerde geloofstraditie is dit boek relevant en vol rijkdom (bijvoorbeeld in het weergeven van de discussie tussen Kohlbrugge en da Costa over het gereformeerde mensbeeld). Maar voor de (geïnteresseerde) outsider, die je mijns inziens toch zou moeten willen bereiken met een actueel boek over gereformeerde spiritualiteit, gaat de deur van deze gesloten binnenwereld met haar eigen (regelmatig latijns en oud-Nederlands jargon) al spoedig op slot.

Nogmaals: helaas. Want de toon van het boek is warm en betrokken. En Jan Hoek is zelf in elk geval overtuigd van de relevantie en rijkdom van de gereformeerde spiritualiteit. Maar als dit de gereformeerde spiritualiteit is die ik zelf zo zou moeten beleven en door zou moeten geven aan 21e eeuwse (jonge) mensen die op zoek zijn naar God en met hem willen leven in het spoor van Jezus en aangevuurd door de Geest, dan haak ik af. Dat spijt me.

En tegelijk zie ik ook voor mezelf een levensgroot probleem: is het überhaupt nog mogelijk om voor een nieuwe generatie op een eigentijdse en relevante manier te spreken over een gereformeerde spiritualiteit?