In de vorige vijf blogposts heb ik wat verteld over een workshop die ik heb gegeven waarin we samen oefenden met de Lectio Divina en het Stiltegebed. Begin juli hoop ik weer een workshop aan te bieden. Deze keer overdag, namelijk op woensdag 4 juli van 10.30 tot 12.15 uur in de Fonteinkerk Haarlem (meer informatie).

Een van de boeiende aspecten van de Lectio Divina vind ik dat we in deze vorm van Bijbellezen c.q. Bijbelbidden haar oorsprong vindt in de monastieke traditie.

Deze heel eigen vorm van omgang met de Schrift breng is in beeld te brengen met behulp van een brief die al in de twaalfde eeuw is geschreven. Het gaat om een brief van Guigo II de Kartuizer (hij is gestorven in 1188). Deze brief is bekend geworden als de Scala claustralium (de ladder van de monniken) en is een klassieke tekst in de literatuur van de spiritualiteit. Guigo ontwerpt in zijn brief een model voor het contemplatieve leven. Dit model is ook van groot belang voor de omgang met de Schrift. Hij vertelt in zijn brief, die is gericht aan een zekere broeder Gervasius, dat hij op zekere dag, toen hij bezig was met handenarbeid, begon na te denken over het geestelijke leven. En eensklaps stond hem helder voor ogen dat er in dat geestelijke leven vier trappen zijn: de lectio (de lezing), de meditatio (de overweging), de oratio (het gebed) en de contemplatio (het schouwen). Guigo koppelt deze vier trappen aan een woord van Jezus uit de Bergrede (Mat. 7:7): ‘Vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan.’ Het zoeken vindt plaats in de lezing en het vinden in de overweging, het kloppen vindt plaats in het gebed en het opengedaan worden in het schouwen.

Deze vier trappen hebben elk een eigen functie. Hoewel ze van elkaar kunnen worden onderscheiden, is het niet de bedoeling van Guigo om ze van elkaar te scheiden. Daarom legt hij veel nadruk op het onderlinge verband van de verschillende trappen. Hij schrijft daarover: ‘De lezing brengt als het ware vast voedsel in de mond; de overweging kauwt en vermaalt het; het gebed verkrijgt er de smaak van; het schouwen is de zoetheid zelf die verblijdt en verkwikt.’ En: ‘De lezing blijft bij de schors, de overweging dringt door in het merg, het gebed is het verlangend vragen, het schouwen is het genieten van de verkregen zoetheid.’

De Lectio Divina vandaag beoefenen is dus niets minder dan de monastieke traditie omarmen en de vruchten plukken van een eeuwenoude traditie.

Lees meer over Lectio Divina in mijn bijdrage over dat thema in onderstaand boek: