Gisteren gaf Jean-Jacques Suurmond in Trouw een leesimpressie van drie boeken (Kluun, God is gek, Erik Borgman, Wortelen in vaste grond en mijn Geworteld leven) die met het oog op de maand van de spiritualiteit zijn gepubliceerd: De auteurs plassen geen cappuccino. Alle drie publicaties worden vriendelijk-kritisch benaderd. Maar de eindconclusie over de auteurs luidt:

Ze verrassen niet, ze helpen niet mijzelf te vergeten. Ik kijk door het raam van mijn coupé: daar glijdt de werkelijkheid met haar glinsterende sloten en gak-gak ganzen op armlengte afstand voorbij, zonder dat ik er contact mee kan maken. Want ik zit opgesloten in mijn trein en kan er niet uit. Ook deze drie boekjes blijven elk in hun eigen coupé, in het wereldje van Happinez of een gereformeerd of rooms-katholiek denksysteem.

Is dat erg? Och, veel reizigers in die coupés laten zich comfortabel voortwiegen, en dat zij ze van harte gegund. Maar zelf zou ik zo graag dichterbij een Werkelijkheid komen die ik denken noch beseffen kan. Ik heb iets nodig wat dronken maakt en het glas breekt. Iets waardoor deze zondag een Dag des Heren wordt.

Deze opmerkingen raken zonder meer een belangrijk punt: hoe kun je zo schrijven dat de lezer daadwerkelijk tot zijn verrassing in contact wordt gebracht met die Andere Werkelijkheid? Ik denk dat dat heel moeilijk is. Het vraagt om de vaardigheden van een spiritueel leraar, een mystagoog die in staat is de ziel van de ander te verbinden met het Mysterie van het Leven, en dat is niet een ieder gegeven. Het vraagt overigens ook de bereidheid van de lezer om leerling te zijn, zich te laten inwijden en inleiden in het Geheimenis zoals de schrijver daarvan getuigt. Maar het is heel goed mogelijk, zeer waarschijnlijk zelfs, dat dat maar zelden werkelijk gebeurt.

Ook Suurmond blijft in eigen treincoupé. Graag kom ik zo nu en dan bij hem zitten als ik een column of iets anders van hem lees. Op een of andere manier kom ik dan thuis. Maar ook maakt zich altijd weer een gevoel van eenzaamheid van me meester. Dat komt denk ik hierdoor: leven is bij Suurmond de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste spiritualiteit. Daarmee (even) contact maken is meer dan verrijkend, altijd verdiepend en uitdagend. Maar steeds weer ontdek je: ik moet mijn eigen weg gaan.

Ook Suurmond blijft in eigen treincoupé. Het is niet het wereldje van Happinez of van een gereformeerd of katholiek denksysteem. Het is de ruimhartige en verrassende wereld van Jean-Jacques. Is dat erg? Ik denk het niet. Het is pas erg als je niet mee wilt reizen door het landschap van de Andere Werkelijkheid.