In het Nederlands Dagblad van zaterdag 2 oktober staat een artikel van Dick Schinkelshoek over stille tijd: Bevrijd van stille tijd. Het artikel start met de constatering dat heel erg veel christenen vinden dat je dagelijks stille tijd moet houden (Bijbellezen en bidden) maar dat evenzovele christenen zich er schuldig over voelen dat ze dat nauwelijks doen.
Hoe is dat bij jou?
Ik herken het in elk geval heel goed. Als predikant ben ik wel dagelijkse met Gods woorden bezig en bid ik vaak – maar de meeste tijd doe ik dat omdat er een preek moet komen, omdat er een meditatie geschreven moet worden, omdat er in een pastorale context van mij verwacht wordt dat ik voorga in gebed. Als dat er niet was, zou ik waarschijnlijk even veel moeite hebben om dagelijks tijd uit te trekken voor Bijbellezen en gebed met als enige doel de persoonlijke ontmoeting met God en de eigen geloofsopbouw .
Schuldgevoel alom dus. Is dat terecht? Overvragen we elkaar niet als we zeggen dat we dagelijks stille tijd moeten houden? Past het wel bij iedereen? Zijn er niet heel veel andere manieren om God te zoeken?
Dat laatste is in elk geval waar: er zijn veel manieren om God te zoeken. De EO vraagt daar met de Spiritualiteitwijzer terecht aandacht voor. De Spiritualiteitwjzer kent negen talen:
1 De spirituele taal van de natuur – God zoeken in de buitenlucht
2 De spirituele taal van de zintuigen – God zoeken in beleving en ervaring
3 De spirituele taal van de traditie – God zoeken in rituelen en symbolen
4 De spirituele taal van de eenvoud – God zoeken in toewijding en ascese
5 De spirituele taal van de idealen – God zoeken door activisme en appelleren
6 De spirituele taal van het zorgen – God zoeken door anderen te helpen
7 De spirituele taal van het enthousiasme – God zoeken in spontaniteit en vreugde
8 De spirituele taal van de verdieping – God zoeken door stilte en contemplatie
9 De spirituele taal van het denken – God zoeken met kennis en verstand
Als ik deze talen nog eens op me in laat werken, denk ik nu wel: Waarom wordt ‘God zoeken in de Bijbel en in gebed’ niet als aparte taal genoemd? Ik begrijp wel dat dit een plek heeft in met name de taal van de verdieping en de taal van het denken. Maar hoe kan het dat deze taal niet speciaal wordt genoemd? Ik hou het er maar even op dat deze taal als een fundament onder de andere talen ligt.
Maar terug naar de vraag: is het terecht als christenen een schuldgevoel hebben als ze voor hun eigen gevoel (veel) te weinig lezen in de Bijbel en (veel) te weinig tijd nemen voor gebed? Dringen we elkaar niet een manier van God zoeken op die nu eenmaal niet bij iedereen past? Niet iedereen is een lezer. Niet iedereen is een bidder.
Toch kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat de Bijbel er redelijk helder over is. Talloze malen worden we in de Bijbel direct opgeroepen om te bidden, om Gods aangezicht te zoeken, om tijd door te brengen in Gods aanwezigheid. En er kan ook geen misverstand over bestaan dat de Geest primair Gods woorden wil gebruiken om ons te laten groeien in geloof. Komt het alleen maar omdat ik predikant ben dat ik deze woorden zo belangrijk vind: ‘Laat Christus’ woorden in al hun rijkdom in u wonen’ (Kolossenzen 3:16)?
Dat we het niet meer gewend zijn om tijd apart te zetten om alleen met God en zijn woorden te zijn, dat er ook andere wegen zijn waarlangs God zich laat vinden, dat we allemaal overvolle agenda’s hebben – het kan toch niet zo zijn dat we het daardoor legitiem gaan vinden dat de Bijbel zelden of nooit voor ons persoonlijk open gaat?
Kick Bras zegt in het genoemde artikel dit: ‘Stop eens met stille tijd als prestatie of plicht te zien. Zie het als cadeau aan jezelf. Gun jezelf eens een moment van rust en stilte, en contact met God’. Dat snap ik en ik kies zelf ook graag de weg van het mensen ‘verleiden’ tot iets goeds dan hen te ‘verplichten’. Maar zit hier ook niet een groot probleem? Zijn ‘gehoorzaamheid’, ‘discipline’, ‘vechten tegen je eigen ik’, ‘zelfverloochening’ misschien niet gewoon ‘verboden woorden’ geworden in een bubbelbadchristendom?
We begrijpen allemaal heel goed dat je voor je lichamelijke gezondheid goed moet letten op je eten. En we respecteren het dat we overal geconfronteerd worden met de oproep om 30 minuten per dag te bewegen. Maar als ik in een preek iets zou roepen over 30minutenbijbellezenenbidden.nl dan zou me dat niet in dank worden afgenomen door heel erg veel kerkgangers (of het zou minzaam aangehoord worden: ‘hij heeft wel gelijk, maar zo werkt het niet natuurlijk’). Dat is immers moralistisch, wettisch zelfs, dat is een ‘moeten’ terwijl we juist ‘in de vrijheid van Jezus’ staan (want die uitdrukking is wel blijven hangen).
Als we fysiek ongezond zijn voelen we dat, en dan willen we er wel wat voor doen: beter eten, matiger leven en meer bewegen. Dan is er urgentiebesef. Hoe gezond zijn we in geestelijk opzicht?
01/10/2010 op 16:10
Mooi thema Jos en mooi beschreven. Vooral wat Kick Bras hier zegt over het plichtmatige eraf halen spreekt mij aan. Misschien nog meer in de Joodse traditie dat het plichtmatige, verantwoordelijke mag blijven vragen, maar dat je als mens je eigen ruimte (vrijheid) vindt om erop in te gaan.
Met mijn agogische achtergrond heb ik de neiging om het te vergelijken met de menselijke ontwikkeling. Een puber is nog geimponeerd door wat zijn ouders hem voorhouden, maar ontwikkelt – vaak met veel confrontatie – zijn eigen ruimte. Hij kan afhaken als zijn ouders onverbiddelijke maatstaven hanteren of hij kan ook zoeken naar een andere zelfstandige manier om zijn loyaliteit invulling te geven. De bevestiging van de ouders zal hierin welkom zijn.
Volgens mij geldt dit ook voor velen die de bijbel lezen. Het wordt vaak onterecht als dwang ervaren, terwijl in de bijbel de liefde in alles centraal staat. Als ik de liefde niet had ware het niets. Dwang houdt angst in en in de Geest van God is vrijheid. Hij zette mij in de ruimte zegt de psalmist.
Volgens mij vraagt dit om een groeiproces naar een volwassen geloof, waarbij we in Gods ruimte ontdekken wie we daarin zijn en wie God voor ons wil zijn. Een beetje wat Anselm Grun spiritualiteit van beneden heeft genoemd. Dit ontdekken en van daaruit weer loyaal verbinding zoeken met spiritualiteit van boven (wat er wordt gevraagd)
Ik denk dat je een goede suggestie geeft om de bijbel als basis van de 9 talen te zien. Maar ik denk eigenlijk dat Jezus zoals de bijbel (apostelen) over Hem getuigt de bron/orientatie/basis/fundament is van de negen talen als het gaat om christelijke spiritualiteit. Dit voorkomt dat we niet stiekum onze rationalistische omgang met de bijbel tot primaat verheffen.
De bijbel lijkt mij meer dan een rationalistisch boek, zoals een liefdesbrief meer is dan grammatica en een grondige interpretatie. Je hoort de stem, je ziet de mond bewegen en ruikt de geur etc etc. Je voelt de vlinders in je buik en je ziet/ruikt/hoort nog meer in de brief. En dat maakt de bijbel vanuit de 9 spirituele talen ook weer voller en rijker, zodat we onszelf ook weer hervinden in de bijbelse woorden en zo ook de verbinding met Jezus mogen beleven.
Lees hoe Paulus schrijft over ascese (eenvoud) en hoe Johannes schrijft over de contemplatie (verdieping) ook de natuur in de psalmen komt groots tot je evenals Gods trouw in de traditie (etc.) En daarbij vooral ook de God waar dit uit komt en die in relatie met ons treedt.
Goed… mijn beleving is eerder dynamisch, cyclisch waarin de bijbel mijn zicht verlicht, maar ook verheldert mijn ontdekking op wie ik ben en hoe God daarin ook mens is geworden, hoe ik de bijbel kan lezen. Een wisselwerking zou je kunnen zeggen.
Dat is voor mij een rijker beeld dan enkel de bouwmetafoor van basis, fundament en bouwwerk. Gelukkig kent de bijbel vele metaforen om ons leven met God te omschrijven. En dat vind ik enorm verrijkend.
Op die manier zie ik ook stille tijd. God zoeken en je op Hem richten kent vele mogelijkheden en de bijbel blijft hierin een “dynamisch meerdimensionaal orientatiepunt” voor mij. Zoals “logos” ook meer inhoud dan onze vertaling met “woord”. Het lijkt me het werk van Gods Geest die deze logos voor ons tot leven wekt. Het rijke, kleurrijke, veeltalige leven met God.
vriendelijke groet,
Ronald
02/10/2010 op 09:11
“Maar zit hier ook niet een groot probleem? Zijn ‘gehoorzaamheid’, ‘discipline’, ‘vechten tegen je eigen ik’, ‘zelfverloochening’ misschien niet gewoon ‘verboden woorden’ geworden in een bubbelbadchristendom?”
Jos, helemaal mee eens! Mooie blogpost.
03/10/2010 op 17:57
Stille tijd houden is gewoon een goede gewoonte. Ik krijg ook wel eens te horen dat dagelijks stille tijd houden ‘wettisch’ zou zijn. Tsja, ik eet elke dag rond de klok van 17.30 met dezelfde vrouw… wettisch? En ik kruip elke avond rond de klok van 22.30 met dezelfde vrouw in bed… wettisch? Nee, gewoon een goede gewoonte. Ik zou niet anders willen. Zo heb ik ook elke dag stille tijd. Gewoon een goede gewoonte en ik vind het nog leuk ook! Jezus trouwens ook. Zo heb je dus een win-win situatie… 🙂
04/10/2010 op 20:26
Het beleven van Stille Tijd, persoonlijk en bijbel lezen houd mij al jaren bezig. Zowel wat mijzelf betreft als wat betreft hetgeen ik bij en van medechristenen hoor en zie. Wat ik zie en hoor is vaak de beleving van aanvankelijk (jong) enthousisame, maar later een afzakken naar veel ach en wee, met af en toe een herlevinkje. ‘Van de kansel’ en in (goede) boekjes worden veel goed handreikingen gedaan. Maar: de praktijk is vaak weerbastiger. Mijn hypothese is steeds meer geworden: ik en wij geloven en houden wel van deze God en zijn Zoon, maar hebben als we EERLIJK zijn gewoonweg ALLERLEI VORMEN VAN WEERSTAND naar Hem. (Nog steeds) Niet: geen tijd, drukte, prioriteit, maar het zien van de goede motieven, het doen in vrijheid is het probleem, enz. Volgens mij wordt het tijd om eerlijk te worden. Net als Job, eerlijk was. En dan kan het zijn dat we zeggen dat we geen zin in God hebben, weerstand hebben naar zijn woord. De bijbel is soms gewoon erg moeilijk, of vervelend. (Naast dat het schitterend en reddend enz). Ik zie en voel hoop gloren waar we hierover eerlijk zijn, worden en blijven naar God. Daarom een pleidooi voor eerlijkheid over onszelf naar God. Over wat wij (NIET) beleven aan bidden en bijbel.
05/10/2010 op 09:14
Tegenwoordig is iedereen eraan gewend om snel en met één druk op de knop informatie te vinden op internet. Alles wat je wil of moet weten, kun je in vijf seconden vinden. Of even gauw een (onpersoonlijke) krabbel via hyves of een sms’je. Zo werkt het niet met God. Daar gaat het om een persoonlijke relatie waar je tijd voor moet nemen en in moet investeren! Wat mag het je kosten???
05/10/2010 op 11:43
Volgens mij is het eerst zaak, voordat mensen geconfronteerd worden met, of zichzelf confronteren met oproepen tot zelfverloochening, gehoorzaamheid etc. om alle oneigenlijke dingen uit de discussie weg te filteren. Wat deels al gebeurt in deze post en in de reacties.
‘Stille tijd’ is heel erg gaan staan voor een bepaalde manier van bijbellezen en bidden. Rationalistisch, fragmentarisch (deze tekst moet nu iets tot mij zeggen, terwijl het misschien wel de bedoeling is de brief in zijn geheel te lezen), alle bijbelteksten op dezelfde manier (terwijl er behoorlijk wat variatie is binnen de bijbel), ’s morgens vroeg voordat dat dag echt begint (terwijl sommige mensen echt geen ochtendmensen zijn) etc. Daarnaast ontstaat er steeds meer ‘analfabetisme’ bij mensen. Sommigen lezen nauwelijks nog een boek, alleen af en toe een tijdschrift en kijken verder tv en films of luisteren veel muziek.
Ik zou meer voor de algemene vraag gaan, op wat voor manier het ‘verhaal van God’ kleur krijgt in het leven van mensen. Kunnen mensen bewust hun persoonlijke leven koppelen aan het verhaal van God (ook bewust tijdens momenten op een dag)? En andersom: Op wat voor manieren laten ze inhouden van dat verhaal van God, tijdens een dag binnen komen? (En dat kan op zeer veel verschillende manieren.)
En is er wel eens onderzoek gedaan naar de achtergrond/uitwerking van oproepen in de bijbel om ‘het woord van Christus’ in je te laten wonen. Hoe heeft de hoorder dat destijds opgevat en welke uitwerking heeft men aan die oproep gegeven? Volgens mij heeft er destijds veel meer in gemeenschapsverband plaatsgevonden, zoals ook de brieven van Paulus (ook rondzendbrieven) aan gemeenten werden geschreven en daar binnen een gemeenschap werden voorgelezen. En in de begintijd van de christelijke kerk kwam men dagelijks bijeen.