Soms komt een opmerking gemaakt in een pastorale ontmoeting opeens heel erg binnen. ‘De kerk is er niet voor sociale contacten. De kerk is er om God te ontmoeten en te bidden.’
Ik was in gesprek iemand die, groot geworden in de Russich-orthodoxe kerk, zich onlangs, na een zoektocht naar een kerk in Zwolle, als lid aangemeld heeft bij de geloofsgemeenschap van de Plantagekerk.
‘De kerk is er niet voor sociale contacten.’
Waarom raakt die uitspraak me zo? Omdat ik enerzijds het gevoel heb dat de uitspraak volkomen waar is. Om het wat scherp te zeggen: het lijkt er wel eens op dat de kerk een zoveelste sociale club is waar je mensen ontmoet die bij je passen. Veel mensen zijn vandaag de dag ook op zoek naar een kerk waar ze mensen aantreffen van hun eigen soort (zelfde leeftijd, zelfde opleidingsniveau, zelfde interesses). En we delen in de kerk van alles met elkaar tijdens mooie ontmoetingen, maar we vinden het toch vaak heel moeilijk om het evangelie te delen (dat vind ikzelf overigens ook; op de preekstoel en op internet vind ik het niet zo moeilijk, maar op andere plekken ervaar ik dezelfde verlegenheid).
‘De kerk is er niet voor sociale contacten. De kerk is er om God te ontmoeten en te bidden.’ Wat heerlijk om dat eens te horen. Want er zat honger naar het evangelie achter, verlangen om Gods stem te horen en iets van Jezus mee te maken. En mijn gesprekpartner deelde ook iets over hoe de Woordverkondiging hielp in het leven van elke dag.
‘De kerk is niet voor sociale contacten.’ Nee, de kerk heeft iets unieks, wat misschien wel eens wat te veel naar de achtergrond raakt: het evangelie van Jezus, een totaal nieuwe visie op de werkelijkheid, een levensstijl die echt anders is – en wat is het nodig om daarover steeds opnieuw te horen vanuit het evangelie.
Maar de uitspraak raakte me ook omdat ik tegelijk ervaar hoe wezenlijk die sociale contacten zijn. Een kerkdienst is voor mij ook heel sterk: mensen ontmoeten, mensen zien, elkaar leren kennen, proeven wat anderen bezig houdt, delen wat mij bezighoudt, concreet met elkaar meeleven, liefde delen. Een kerkdienst bijwonen en vervolgens zonder contacten met mensen weer weggaan ervaar ik echt als een geamputeerde kerkdienst. Er ontbreekt iets wezenlijks: de ontmoeting met elkaar.
Als ik hierover nadenken vanuit de drieslag waar we ons in de Plantagekerk door laten inspireren de komende tijd (samen lezen – samen delen – samen eten), dan ontdek ik dat de opmerking ‘De kerk is er niet voor sociale contacten’ vooral recht doet aan het ‘samen lezen’. Dat het goede nieuws tot klinken komt, verassend, anders dan gedacht, troostend, confronterend. Dat God aan het Woord komt dus!
Het zou best kunnen zijn dat we in de kerk (hoewel dat van kerk tot kerk uiteraard sterk kan veschillen) beter zijn in ‘samen delen’ dan in ‘samen lezen’. De sociale contacten bloeien, maar er is veel verlegenheid rond het evangelie en hoe dat ter sprake te brengen. We delen van alles over ons wel en wee, over onze gevoelens en teleurstellingen, over onze vakanties en onze plannen – maar plek geven aan het gehoorde of gelezen evangelie is veel moeilijker.
Misschien kan het geen kwaad om toch nog iets langer te blijven luisteren naar de stem die klonk in die pastorale ontmoeting. Misschien was het wel de stem van God. Misschien was het wel de Geest die inzicht gaf.
De kerk is er niet voor de sociale contacten. De kerk is er (allereerst) voor dat Gód (weer) ter sprake komt in onze levens.
31/08/2015 op 20:33
Mooi ! Een teken van volwassen gelovige
31/08/2015 op 23:18
Je allerlaatste zinnetje maakt eigen het hele schrijfsel erboven overbodig…God ontmoeten, met elkaar, is heel bijbels.
02/09/2015 op 19:56
Wat een prachtig mooi eerlijk tussenzinnetje: “(dat vind ikzelf overigens ook; op de preekstoel en op internet vind ik het niet zo moeilijk, maar op andere plekken ervaar ik dezelfde verlegenheid)”
16/09/2015 op 12:17
Het gaat niet om ons, het gaat om Gods Liefde voor deze wereld!
De start van alle acties begint in de individuele gelovige. De overtuiging te leven met de gouden regel: “Al wat je wilt dat de mensen u doen, doe evenzo. Het gaat primair niet om ons als geloofsgemeenschap. Het gaat om Christus te zijn in deze wereld”. God liefhebben betekent automatisch dat je je onderdeel weet van de Kerk. Hierin is “mijn” aandeel essentieel en onderdeel van het grotere geheel, namelijk samen Gods liefde uitdragen in de praktijk van iedere dag. Als die praktijk wordt fijngeslepen door samen lezen, delen, eten of welke andere vorm dan ook is onbelangrijk.