Kort geleden hoorde ik, toen ik onderweg was in de auto, een radioreclame langs komen over een boek dat net verschenen is. ‘Niksen’ is de titel van het boek. Het is geschreven in het Engels en nu vertaald in het Nederlands.

De auteur ontdekte het Nederlandse woord ‘niksen’ en vond het een prachtig concept: ‘Embracing the Dutch Art of Doing Nothing’. Even niets doen. Uit het raam staren. Tijd doorbrengen met niks wat nuttig is. Gewoon in je stoel zitten en door het raam naar buiten staren.

Niksen als gebed

Ik zou vandaag wel een pleidooi willen voeren voor bidden in de vorm van niksen. Niksen is immers niks anders dan: er gewoon maar zijn. Gewoon aanwezig zijn zonder dat dat nu of een doel heeft. Dat is inderdaad een hele kunst (wat er Nederlands aan is weet ik niet precies;-)). Want ik ben gewend om altijd maar bezig te zijn. Er is altijd wel weer iets wat afgemaakt moet worden, wat gelezen moet worden, wat gedaan moet worden, waarover nagedacht moet worden. Wat is het dan goed en gezond, ontspannend en rustgevend om even een tijdje te niksen.

Maar is dat ook niet precies de zegen van het bidden dat Jezus ons leert (Matteüs 6:6)?

Trek je terug in je huis, sluit de deur en niks…

Bij de Vader kun je thuis komen, even alleen met hem, en dan… niks. Alleen maar zijn. In zijn liefdevolle en vertrouwenwekkende aanwezigheid.

Ga maar even niksen

Bij deze de uitnodiging aan jou: ga nu even niksen. En vertrouw erop dat jouw niksen in Gods nabijheid ook een vorm van bidden is.