We ontdekten op de vorige dag dat Jezus de gave van de Geest is en dat hij alles wat hij op aarde kwam doen, deed in de kracht van die Geest. Maar nadat Jezus is opgestaan, lijken de rollen helemaal te zijn omgedraaid. Het is nu de verheerlijkte Christus die zijn Geest geeft aan de gemeente.

Zo spreekt Petrus daarover op de Pinksterdag, in een preek die vol is van Jezus: ‘Jezus is door God tot leven gewekt, daarvan getuigen wij allen. Hij is door God verheven, zit aan zijn rechterhand, en heeft van de Vader de heilige Geest, die ons beloofd is, ontvangen. Die Geest heeft hij op ons doen neerdalen, en dat is wat u ziet en hoort’ (Handelingen 2:32-33). Nu is de Geest dus de gave van Christus geworden aan zijn gemeente op aarde.

En dan is het heel belangrijk om weer de intense verbondenheid tussen de Geest en de Christus te zien. In de laatste gesprekken van Jezus met zijn leerlingen, ging het ook veel over de Geest die komen zou. En dan zijn er eigenlijk twee lijnen in het spreken over de Geest.

Op de eerste lijn lijken Christus en de Geest bijna samen te vallen. Zo kan Jezus, als hij zijn leerlingen troost in verband met zijn naderende afscheid, zeggen: ‘Ik laat jullie niet als wezen achter, ik kom bij jullie terug’ (Johannes 14:18). Hij doelt hier op het komen van de Geest. In die Geest hebben we weer helemaal met Jezus zelf te maken. De Geest is om zo te zeggen de nieuwe manier waarop hij onder ons en in ons op aarde is.

De tweede lijn laat meer afstand tussen de Geest en Christus. Want Jezus zegt ook: ‘Dan zal ik de Vader vragen jullie een andere pleitbezorger te geven, die altijd bij je zal zijn’ (Johannes 14:16). De Geest is dus aan ándere pleitbezorger. Jezus gaat naar de hemel om daar aan de rechterhand van de Vader te zitten, en vanuit de hemel stuurt hij dan zijn plaatsvervanger op aarde.

Ik geloof dat het belangrijk is om deze twee lijnen niet van elkaar los te maken, of om de ene lijn ten koste van de andere eenzijdig te benadrukken. Ik zeg dat zo nadrukkelijk omdat dat volgens mij wel veel gebeurt. Heel vaak heb ik, als er aandacht werd gevraagd voor het werk van de Geest, waarschuwend horen zeggen: ‘Maar het is wel de Geest van Chrístus! De Geest vraagt geen aandacht voor zichzelf, hij verheerlijkt de Zoon!’ En daarbij werd dan een brede armzwaai gemaakt: ‘De Geest wijst van zichzelf af naar Christus: gekruisigd op Golgota, zittend aan Gods rechterhand en weerkomend op de wolken’. 

Maar deze voorstelling van zaken doet geen recht aan de intense verbondenheid van de Geest en Christus. Zeker, het is helemaal waar: de Geest verheerlijkt Jezus! Hij wil niets liever. Het is zijn lust en zijn leven om Jezus Christus groot te maken en om het volle licht op hem te laten vallen, die het licht voor de wereld is. Zo spreekt Jezus daar zelf ook over: ‘De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer hij komt, de weg wijzen naar de volle waarheid. Hij zal niet namens zichzelf spreken, maar hij zal zeggen wat hij hoort en jullie bekendmaken wat komen gaat. Door jullie bekend te maken wat hij van mij heeft, zal hij mij eren.’ (Johannes 16:13-14). En de centrale vraag is nu: hoe verheerlijkt de Geest Jezus?

De Geest verheerlijkt Jezus door hem zichtbaar te maken. Want hij opent de ogen van ons hart voor de glorie van Christus (Efeziërs 1:17-18).

De Geest verheerlijkt Jezus door zijn woorden te spreken. De woorden van Jezus laat hij landen in ons hart en ons leven (Kolossenzen 3:16).

De Geest verheerlijkt Jezus door zijn aanwezigheid op aarde te zijn. In de Geest is hij met ons, alle dagen tot aan de voltooiing van deze wereld (Matteüs 28:20).

De Geest verheerlijkt Jezus door hem ervaarbaar te maken. Leven met Christus is genieten van het wandelen door de Geest en merken dat je leven daardoor opbloeit (Galaten 5:16).

De Geest verheerlijkt Jezus door ons te laten delen in de vrijheid van Christus. Want alleen Christus maakt werkelijk vrij (2 Korintiërs 3:17).

De Geest verheerlijkt Jezus door hem in ons hart te brengen. Door het geloof gaat Christus wonen in ons hart (Efeziërs 3:17).

De Geest verheerlijkt Jezus door ons te vormen naar zijn beeld. Want we mogen, als kinderen van God, door zijn vernieuwende werk steeds meer op de Zoon van God gaan lijken (Romeinen 8:30).

De Geest verheerlijkt Jezus door ons te laten streven wat boven is, waar Christus zit aan de rechterhand van Gods (Kolossenzen 3:1).

Reduceer de Geest dus nooit tot zoiets als een ANWB-bord, dat slechts de weg wijst. In de Geest hebben we met Jezus Christus zelf te maken.

Om te doen

Terwijl ik dit schrijf, zie ik de lichtinval van de zon die via het raam van mijn zolderkamer naar binnenkomt. Stel je dat nog eens wat verder voor en probeer de heilige Geest te zien als Christus’ lichtinval in jouw leven.

Om te leren

Moge de God van onze Heer Jezus Christus, de vader van alle luister, u een geest van inzicht schenken in wat geopenbaard is, opdat u hem zult kennen. Moge uw hart verlicht worden, zodat u zult zien waarop u hopen mag nu hij u geroepen heeft.

Efeziërs 1:17-18

Om te bidden

Heilige Geest, ook u bent al onze aanbidding waard. Dank u dat u Jezus Christus heel persoonlijk vertegenwoordigt hier op aarde. Dank u dat het uw lust en uw leven is om Jezus zichtbaar te maken voor ons en in ons. Dank u dat u net als Jezus een pleitbezorger en trooster bent. Geef dat ik mag groeien door uw Woord en werk in mij in het kennen en intens beminnen van Jezus, mijn Heer en mijn God. Amen.