Leven met Jezus is geen succesverhaal, een verhaal van louter vreugde en overwinning. Want wie Jezus vindt, vindt een gekruisigde Heer om te volgen. Hij zegt het zelf ook: ‘Toen zei Jezus tegen zijn leerlingen: ‘Wie achter mij aan wil komen, moet zichzelf verloochenen, zijn kruis op zich nemen en mij volgen’ (Matteüs 16:24). 

Van een ding moet je goed doordrongen zijn: geloven in Jezus brengt je per definitie in de geestelijke strijd. Juist waar we de heilige Geest van Christus ervaren in ons leven, zullen boze geesten aan het werk gaan. Zo ging ook Jezus, voorafgaand aan zijn openbare optreden, de woestijn in om verzocht te worden door de duivel. En hij werd nog wel door de heilige Geest in die woestijn gebracht (Lucas 4:1-2)!

De verbondenheid met die Jezus betekent dus dat je zult delen in zijn lijden. Paulus spreekt daarover als hij schrijft: ‘Ik wil Christus kennen en de kracht van zijn opstanding ervaren, ik wil delen in zijn lijden en aan hem gelijk worden in zijn dood, in de hoop misschien ook zelf uit de dood op te staan’ (Filippenzen 3:10-11). In het leven van volgelingen van Jezus Christus liggen dood en opstanding, lijden en heerlijkheid volkomen in elkaar verstrengeld en altijd in elkaars verlengde. Wie door genade geroepen wordt om Jezus te kennen, zal ook het delen in zijn lijden werkelijkheid zien worden in zijn leven.

Want er is een geestelijke strijd gaande, een strijd die zich concentreert rond de naam van Jezus. De duivel zet alles op alles om ons te verleiden om uit de buurt van Jezus te blijven. Want waar hij gekend wordt, waar de naam van Jezus geroemd wordt, waar mensen zich radicaal toewijden aan Jezus alleen, daar wordt de satan steeds machtelozer. Vergis je er daarom niet in hoe heftig en venijnig de aanvallen van de duivel zullen zijn, als gelovigen door de Geest werkelijk Jezus Christus centraal gaan stellen in heel hun leven. Dan zullen we ons steeds meer moeten oefenen om stand te kunnen houden. Want: ‘Onze strijd is niet gericht tegen mensen maar tegen hemelse vorsten, de heersers en de machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen. Neem daarom de wapens van God op om weerstand te kunnen bieden op de dag van het kwaad, om goed voorbereid stand te kunnen houden’ (Efeziërs 6:12-13).

Hebben we voor deze geestelijke strijd wel voldoende oog? Waar zie je deze strijd in je eigen leven?

Het is in elk geval geweldig dat God ons voor die geestelijke strijd wil toerusten met een geestelijke wapenrusting. Want hij verlangt ernaar dat we weerstand bieden en dat we stand houden. In eigen kracht kan dat nooit. Daarom begint Paulus dit gedeelte ook zo: ‘Zoek uw kracht in de Heer, in de kracht van zijn macht’ (Efeziërs 6:10). In de geestelijke strijd rond Jezus vinden we juist in de naam van Jezus en in de kracht van zijn macht wat we nodig hebben om ons te verdedigen en om aan te vallen.

In die strijd speelt vooral het zwaard van de Geest een cruciale rol: ‘Draag als helm de verlossing en als zwaard de Geest, dat wil zeggen Gods woorden’ (Efeziërs 6:17) een cruciale rol. Het is veelzeggend dat het gaat om het zwaard van de Géést. Het is niet míjn zwaard. Het blijft in de hantering een wapen waarmee teruggeslagen kan worden, maar niet omdat ik het zo goed weet te hanteren, maar omdat het blijft in de hand van de Geest. En dat zwaard dient ook niet alleen om van me af slaan. Het is ook op mij gericht: ‘Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden’ (Hebreeën 4:12).

Ik geloof dat het belangrijkste slagveld waarop de geestelijke strijd wordt geleverd, het slagveld van onze gedachten is. De duivel weet als geen ander door te dringen tot ons denken. Het is niet voor niets dat Paulus ons waarschuwt: ‘Alleen vrees ik dat, zoals Eva door de slang op sluwe wijze bedrogen werd, uw gedachten worden weggelokt van de oprechte en zuivere toewijding aan Christus’ (2 Korintiërs 11:3). Paulus spreekt hier niet over onze harten of over onze daden, maar over onze gedachten. Want op uiterst scherpzinnige en venijnige manier zal de duivel proberen ons denken zo te beïnvloeden – ook met heel vrome en bijbels klinkende redeneringen – dat we losraken van de eenvoudige toewijding aan Christus.

De duivel als de onheilige geest bij uitstek wil maar één ding: ons weghouden bij Jezus. De Geest van Christus als de heilige Geest wil ook maar één ding: ons bij Jezus brengen en hem groot maken in ons leven.

Deze eenvoudige gedachte radicaal een plek geven in heel ons leven, zodat allereerst ons denken, en vervolgens ook ons ervaren en ons handelen zich vernieuwt – daar gaat het ten diepste om in de geestelijke strijd die gaande is. Laat daarom de duivel niet toe om in jouw denken zijn werk te doen. Laat je denken dag in dag uit vullen met goddelijke gedachten, met het Woord van God dus.

Om te doen

Als je kijkt naar het journaal, zie je vaak oorlogsbeelden. En we schrikken ervan. Besef, als je zulke beelden weer ziet, dat er nog een oorlog gaande is: de geestelijke strijd waarover de Bijbel spreekt. Echt: het is oorlog!

Om te leren

Ten slotte, zoek uw kracht in de Heer, in de kracht van zijn macht. Trek de wapenrusting van God aan om stand te kunnen houden tegen de listen van de duivel.

Efeziërs 6:10-11

Om te bidden

Trouwe en machtige God, in de naam van Jezus en in de kracht van de Geest bid ik of u mij krachtig wilt maken om de geestelijke strijd aan te gaan. Ik wil Jezus volgen en besef dat ik een gekruisigde Heer volg. Bewaar me ervoor dat ik de strijd uit mijn leven uit de weg ga en dat ik mijn kruis niet op me neem. Leer me vóór alles om mijn gedachten te vullen met uw waarheid en niet met de leugens van de tegenstander. Geef me liefde voor uw Woord als het zwaard van de Geest van Christus. Amen.