Het gesprek naar aanleiding van het symposium waarover Monique Samuel in het Nederlands Dagblad schreef (lees de column), is verder gegaan. Kijk maar op de weblog van Paul Abspoel. Ook Monique Samuel wijdde er nog een blog aan op haar eigen weblog: Laat het maar gewoon over de toekomst gaan…

In deze tweede bijdrage van mijn kant wil ik graag mijn uitgangspunt nemen in de kunstuiting aan het einde van het symposium: het houten beeld van de gekruisigde Christus dat met een cirkelzaag in stukken werd gesneden. Het afgezaagde stuk dat ik meekreeg, zie je op de afbeelding. Het is een gedeelte van de rechterarm van Jezus.

Monique eindigt haar blogbericht met de volgende opmerking:

“En laat het nu maar vooral over de toekomst van de kerk gaan.”

Amen!

Hoe praten we over die toekomst? Ik zou de suggestie willen doen om het Avondmaal, die gemeenschappelijke maaltijd van die liefdevolle gemeenschap waar Christus in het midden is, als uitgangspunt te nemen. Hier vieren we wat de kern van christelijk geloven is. Hier wordt het brood gebroken, hier wordt de wijn gedronken, hier klinken de woorden: dit is mijn lichaam voor u. Hier voelen we dat hij alles nieuw maakt, maar wel op een manier die niet de mijne is.

Als we spreken over de toekomst van de kerk, dan zouden we dat moeten doen zittend rond een Avondmaalstafel, met de smaak van brood en wijn nog op onze tong, verstild, verlangend naar de bruiloft van het Lam, als alle tranen van onze ogen afgewist worden. Welke woorden klinken er dan?

“Twijfel en onbehagen gaan de kerk niet redden. Semi-spirituele verlichting ook niet. De kerk (…) kan slechts overleven als zij duidelijkheid en inspiratie biedt. Een heldere boodschap (het Evangelie), charismatische leiders en ambitie gecombineerd met realisme zijn allen onmisbaar. (…) Waar gaan we voor? Waar staan we voor? De toekomst van de kerk gaat niet over de kern van het Evangelie (die zou toch meer dan duidelijk moeten zijn) maar hoe we die kern brengen! Manieren van samenwerking en nieuwe vormen – daar had ik over willen brainstormen.”

Ik hoor (in deze woorden van Monique Samuel) de taal van het activisme, de taal van de duidelijkheid, de taal van van de relevante communicatie, de taal van nieuwe vormen. Die taal mag er zijn. Maar is het de taal van Jezus, bevrijdend en verlossend, een nieuwe taal? Is hier ook ruimte voor twijfel, voor zoeken, voor het even niet meer weten en dan toch maar een stukje brood eten en een slokje wijn drinken? Wordt de taal van de zekerheid niet gemakkelijk de taal van de zelfverzekerdheid waar de twijfelaar, de zoeker zich buitengesloten voelt? Waar is de verbrokenheid? Waar klinkt de taal van de onmacht waardoor we een beetje gaan begrijpen wat Jezus tegen Paulus zegt: ‘Je hebt niet meer dan mijn genade nodig’ en wat Paulus tegen ons zegt ‘Dus laat ik mij veel liever voorstaan op mijn zwakheid, zodat de kracht van Christus in mij zichtbaar wordt’?

Het gesprek over de toekomst van de kerk moet niet verzanden in een steekspel tussen sad old (wo)men en angry young (wo)men maar zal moeten beginnen (of liever: voortgezet worden, want het is al eeuwen gaande) aan de voeten van the Son of Man, die leeuw uit de stam Juda, dat lam dat eruit ziet als geslacht.

Liever geen cynisme. Liever geen pessimisme. Dat Monique Samuel daarover valt is volkomen terecht. Want het is waar: het besloten symposium kon gemakkelijk die nasmaak achterlaten. Dat is een gemiste kans. Want het gesprek over de toekomst van de kerk moet staan in het teken van geloof, hoop en liefde. Maar dan wel een geloof dat zich niet overschreeuwt tot een betonnen zekerheid, wel een hoop die bij tijd en wijle gepaard mag gaan met vertwijfeling, wel een liefde die altijd geduldig is.

De kerk is op haar best aan de tafel van de Heer. Het brood wordt er gebroken, en uitgedeeld. De wijn stroomt er, en we worden dronken van dankbaarheid. Het evangelie klinkt er:

Nu kijken we nog in een wazige spiegel,
maar straks staan we oog in oog.
Nu is mijn kennen nog beperkt,
maar straks zal ik volledig kennen,
zoals ik zelf gekend ben.

En vanuit de verte die toekomst heet klinken deze woorden van onze Heer:

Alles maak ik nieuw.