Nu ik de laatste tijd veel aan het lezen ben rond doop, kinderdoop en geloofsdoop begint het me op te vallen dat er van kinderdopende zijde nogal eens eenzijdige, zo niet karikaturale schetsen worden gegeven van de visie van geloofsdopers. Ik begin even bij de actualiteit. Vandaag schrijft collega Adrian Verbree in het Nederlands Dagblad een ingezonden Niet een keuze, maar een dwaling waarin hij nog eens helder neerzet (hij deed dat uitgebreider in zijn boek ‘Over dopen’) waar het naar zijn inzicht in de kern fout gaat in het geloofsdoopstandpunt. Hij citeert onze collega Orlando Bottenbley om te illustreren ‘hoe groot en onoverbrugbaar de kloof is die hier gaapt tussen baptisten en gereformeerden’:
Het gebaar van het besnijden van een kind, het gebaar van het dopen van een kind, het gebaar van het opdragen van een kind is eigenlijk in alle drie de situaties dat de ouders tegen God zeggen: God, mag mijn kind er bij horen?
Ik ben het met Adrian Verbree hartelijk eens dat deze uitspraak (even in mijn eigen woorden) minder juist, minder gelukkig en in elk geval heel erg eenzijdig is. Tegelijk mag wel opgemerkt worden dat het gemiddelde kersverse gereformeerd-vrijgemaakte ouderpaar, diep gelukkig met hun pasgeborene, zich ook primair ongeveer in deze termen uitlaat: ‘We willen heel graag dat ons kindje wordt gedoopt, omdat het bij God mag horen’ (het wordt dan overigens niet als een vraag aan God geformuleerd, zoals in het genoemde citaat wel gebeurt).
Maar waar het me nu met name om gaat is dat ik hier een citaat van onze collega Bottenbley langs zie komen (door collega Verbree vergezeld van de opmerking: ‘het citaat is door hem zelf als correct weergegeven aangemerkt’) dat de indruk wekt dat hiermee wel zo’n beetje het belangrijkste is gezegd van geloofsdoopzijde. Verbree schrijft er in zijn boek ‘Over dopen’ uitgebreider over (blz. 112-115). Daar citeert hij een passage uit een toespraak die Bottenbley heeft gehouden (‘De tekst is letterlijk overgenomen van een opname en door de spreker als correct weergegeven bevonden’). Waarom op dat moment in het betoog van het boek een passage uit een ergens gehouden toespraak gebruikt wordt, ontgaat me enigszins. Er zijn toch van geloofsdoop-zijde ook heus wel stevige boeken geschreven waarin in alle rust en afgewogenheid dat standpunt wordt uiteengezet?
Een dergelijke keuze illustreert voor mij in elk geval waarmee ik deze blogpost begon: ‘dat er van kinderdopende zijde nogal eens eenzijdige, zo niet karikaturale schetsen worden gegeven van de visie van geloofsdopers’. Dat eenzijdige en karikaturale zit hem ook specifiek in de keuzes die worden gemaakt: Wat wordt wel en wat wordt niet geciteerd? Van welke bronnen wordt gebruik gemaakt?
Ik ben ook even op zoek gegaan naar een aantal citaten van collega Orlando Bottenbley. Nogmaals, ik ben het met collega Verbree eens dat de uitspraak over de kinderdoop ongelukkig is, zelfs ronduit onjuist is. Maar laten we ook deze uitspraken van Orlando Bottenbley eens op ons in werken; ze komen uit de weergave van een discussie naar aanleiding van het boek ‘Het badwater en de kinderen. Gedachten over de doop’ van collega Bert Loonstra: De doop; teken van reddende genade. Ze gaan niet alleen over de kinderdoop, maar ook over de doop in zijn algemeenheid.
Het waardevolle van de doop, vindt hij [Orlando Bottenbley], ligt met name in het zichtbaar worden van Gods reddende genade. „In het midden van de gemeente wordt Gods heil op een prachtige manier openbaar. De dopeling is daar ten volle bij betrokken. Hij mag getuigen van de genade van God, Die het initiatief heeft genomen om hem uit zijn dodelijke staat te redden.”
In de doop door onderdompeling gaat het niet om de mens die uitdrukking geeft aan zijn geloof, maar om de Geest van God, Die de wedergeboorte werkt.
De doop is een demonstratie van Gods reddende genade.
Deze citaten nuanceren op zijn minst het beeld dat aanhangers van de kinderdoop schijnbaar met enige graagte schilderen: bij geloofsdopers staat de mens centraal en gaat het in de doop om de daad van de mens, en niet om God en om zijn handelen.
Ik zie in veel bijdragen van kinderdopende zijde aan het gesprek over dit thema dat er heel weinig gepoogd wordt om in alle ruimhartigheid onder woorden te brengen wat nu precies kenmerkend is voor het geloofsdoopstandpunt. Het is mijns inziens onheus en onhoffelijk als met een enkel citaat gesuggereerd wordt dat het belangrijkste wel is gezegd.
In een volgende blogpost wil ik dit nog wat verder illustreren aan de hand van een boekje van dr. L. Floor, ‘Waarom dopen wij onze kinderen?’
24/11/2010 op 13:49
Ik deel je mening, dat bij Adrian de nuance zoek is. Sterker nog, ik denk, dat hij de werkelijkheid vertekent.
Adrian maakt gebruik van de stijlfiguur van het omgekeerde syllogisme. Er is een (1) baptist die een (1) onjuiste uitspraak doet over de doop, dus (onuitgesproken door Adrian, maar wel gesuggereerd) alle uitspraken van alle baptisten zijn onjuist. Ik begrijp niet goed, wat Adrian hier mee wil bereiken.
Bovendien, is in deze uitspraak van Bottenbley niets gezegd wat hij van de volwassendoop vindt. Terecht citeer jij hem daarover en – niet opmerkelijk – daarin komt Gods initiatief duidelijk naar voren. Doordat Adrian die zijde van Bottenbley achterwege laat, begrijp ik nog minder van wat Adrian wil bereiken. Maar erg constructief vind ik het allemaal niet.
Waarom het gesprek versimpelen? Waarom de werkelijkheid niet onder ogen zien, dat het tijdstip moment mensen dopen vrijwel niets zegt over de betekenis die zij daar aan hechten of hun theologie? Ik denk alleen al aan baptisten zoals John Piper – calvinisten in hart en nieren en toch een ander moment voor de doop.
24/11/2010 op 13:54
Beste ds.Jos Douma,
Bedankt voor het zorgvuldig omgaan met dit onderwerp. Heel fijn. Het raakt me. Van beide kanten wordt dat vaak niet gedaan. En dat is heel erg jammer. Zelf ben ik in de Vrijgemaakte kerk opgegroeid en ben 1,5 jaar geleden gedoopt door onderdompeling. En ben er ook oneindig blij mee. Niet omdat ik daar centraal stond, maar om de ongelofelijke genade van God onze Vader. Hij begon, midden in de puinhopen van mijn leven, iets nieuws. En Hij heeft mijn leven totaal veranderd. Alle eer aan Hem. Ik bid je de zegen van de Vader toe en ben blij met de dingen die je doet en zegt. Mijn gebed is ook dat er meer eenheid onder christenen zal komen. Zegen en Wijsheid van de Vader!
24/11/2010 op 13:57
Geachte ds. Douma,
Dank voor deze blog.
De reactie van ds. Verbree doet mij denken aan de reacties die hij krijgt op de vele columns in EO visie.
Vaak lachwekkende reacties die de column totaal niet begrepen hebben en je kromme tenen bezorgen.
De verwensingen aan het adres van Adrian zijn in die reacties vaak niet van de lucht….
Tot nu toe kon ik met Verbree daar hartelijk om lachen…
Nu niet meer….
24/11/2010 op 17:08
Waarom toch altijd weer refereren naar boekjes, als het antwoord zo duidelijk in de Bijbel staat.
Hier een bijbelse uitleg, zonder omsslachtige constructies, ten gunste van menselijke inzettingen.
http://home.hccnet.nl/j.l.geluk/verbond.html
24/11/2010 op 18:21
Beste Edward,
Ik snap je verzuchting, maar je verwijst nu zelf toch ook naar een boekje (in digitale vorm)?
Als het echt zo eenvoudig was, was er niet zoveel over geschreven werd er niet zo veel over gediscussieerd.
Hartelijke groet,
Jos
25/11/2010 op 08:32
Zelf denk ik dat het echt zo eenvoudig is. De doop is ter vergeving van zonden. Zonden (geen fouten) kan je pas doen als je verantwoordelijk tegenover God bent. Een klein kind kan nog niet (bewust) zondigen en dus is dopen niet nodig voor dat kind. In ieder mensenleven komt een moment dat hij iets doet of niet doet waarvan hij WEET dat het anders zou moeten. Op dat moment is hij van God vervreemd en moet de beslissing nemen dat hij zich wil bekeren en gedoopt wil worden. Immers de doop is het begraven van het oude, zondige leven en opnieuw geboren worden als kind van Jezus Christus. Nergens in de Bijbel staat iets over het dopen van kinderen. Het is ontstaan doordat de bekeerde Joden toch iets eisten in plaats van besnijdenis. Toen is men kinderen gaan dopen… net als Sinterklaas de plaats van Chanoeka heeft overgenomen en Kerstmis een christelijk sausje heeft gekregen van het licht dat in de duisternis scheen terwijl het gewoon het Germaanse zonnewendefeest was. Christus KAN helemaal niet met Kerstmis geboren zijn, want rond die tijd zijn de herders niet met de schapen op de velden. Iedereen moet maar geloven wat hij/zij wil, maar verketter elkaar niet alsjeblieft. Het belangrijkste is toch dat we met zijn allen proberen op zo integer mogelijke wijze vorm te geven aan het feit dat we geloven in het offer van Jezus Christus en proberen Zijn volgelingen te zijn in woord en daad. Als je het gevoel hebt dat de doop van je pasgeborene daar onderdeel van uitmaakt, be my guest, maar ga niet beweren dat iedereen die er anders over denkt, geen goede gelovige is….
27/11/2010 op 13:53
@baasbraal
Van verketteren is volgens mij juist in de blogs van Ds Douma geen sprake. Zelden heb ik iemand uit de GKV zonder de leer van zijn kerk af te vallen zo genuanceerd en respectvol naar andersdenkenden over het onderwerp zien communiceren. Ik proef juist in uw reactie een ongenuanceerde veroordeling van kinderdopers. De vergeljjking met kerst en sinterklaas is tamelijk misplaatst en levert geen zinvolle bijdrage aan de discussie. Zo ontstaat nu juist het onbegrip en de verdeeldheid die ook u – neem ik aan – niet beoogt.
Overigens ben ik als volwassene gedoopt en lid van een gemeente die de kinderdoop als dwaalleer beschouwt. Tegelijkertijd voel ik een diepe verbondenheid in Christus met mijn buren van de GKV. De blogs van ds Douma helpen mij om onze verschillende opvattingen te begrijpen, zonder elkaar te hoeven bestrijden over welke opvatting nu de meest juiste is.
27/11/2010 op 18:22
@Harmen:
Sorry als ik wat ongenuanceerd overkwam….. Het is zeker niet mijn bedoeling mensen te kwetsen die uit volle overtuiging kinderdoop aanhangen. Mijn laatste opmerking was niet tegen Ds. Douma gericht. Ik heb in mijn leven nogal eens ondervonden dat mensen een bepaalde leer aanhangen en niet alleen er voor de 100% erachter staan, wat natuurlijk hun goed recht is, maar geen ruimte laten naar anderen toe om er anders over te denken, terwijl ze dan toch nog een goed christen kunnen zijn. Maar u heeft gelijk: het is niet eerlijk om je oud zeer los te laten op iemand die integer bepaalde zaken aan de orde stelt……..
28/04/2011 op 22:06
Amen.
Anderen negatief maken om er zelf beter van te worden, wordt je zelf juist alleen minder van. We kunnen op een hoop gebieden veel leren van de baptisten en evangelischen die de geloofsdoop leren, en dat kaart ds. Verbree ook wel aan; het jammere is alleen, dat het zo uitlichten van dat ene citaat van Bottenbley en daar zo’n ophef van maken, afdoet aan die eerdere opmerkingen over andersdenkenden. Verder vond ik ds. Verbree’s uitleg over de kinderdoop erg helder en begrijpelijk.
Bedankt ds. Douma voor deze publicatie – het is belangrijk dat dit soort dingen gezegd worden; vooral om de richting en de instelling van Christenen te onderstrepen: de ander in zijn waarde te laten en te behandelen als broeders en zusters, ipv partijen te vormen. Ik bedoel niet dat je het niet eens of oneens met elkaar mag zijn en dat iets wat onjuist is als het-valt-allemaal-wel-mee bestempeld moet worden, maar dat men moet stoppen te generaliseren.
07/12/2020 op 14:59
Omdat de kinderdoop berust op de zogenoemde vervangingstheologie (de Kerk ipv Israel) , is het mijn aanbeveling om het boek aan te schaffen van Jan Peppink, getiteld De kerkleer tegen het licht van de Bijbel. Veel andere dwalingen in de Dordtse leerregels en catechismus worden er in behandeld, We gaan dan zien, dat door geboorte werden de kinderen in Israel natuurlijke kinderen van Abraham en nu worden we kinderen van Abraham door het geloof, dus niet op grond van geboorte. Het is dus niet waar dat de doop in de plaats is gekomen van de besnijdenis, anders betekent het dat de kinderen staan op het erf van het oude verbond. De besnijdenis des harten is er voor in de plaats gekomen. En het teken de beker van het avondmaal, het Nieuwe Testament in Zijn bloed.