Wie is mijn naaste?

Er was eens een blonde Nederlandse man die in de late avonduren door een donker Haags steegje wandelde. Daar werd hij overvallen door een jeugdbende die hem zijn portemonnee en zijn BlackBerry afpakten. Ze trapten hem helemaal in elkaar en lieten hem daarna halfdood achter.

Toevallig kwam de minister van sociale zaken en werkgelegenheid langs, maar toen hij het slachtoffer zag liggen, liep hij met een boog om hem heen. Er kwam ook een soldaat van het Leger des Heils langs, maar bij het zien van het slachtoffer liep ook zij met een boog om hem heen.

Een Oost-Europeaan echter, op weg naar huis na een intensieve en lange werkdag, kreeg medelijden toen hij de halfdode blonde Nederlandse man zag liggen. Hij liep naar het slachtoffer toe, ging naast hem op de grond zitten, legde hem tegen zich aan en belde 112. Toen na zes minuten de ambulance arriveerde, reed hij in de wagen mee naar het ziekenhuis en ging pas weer weg toen hij zag dat het slachtoffer in goede handen was. De volgende morgen bracht hij een bezoekje en een bos bloemen en zei tegen het ziekenhuispersoneel: “Zolang deze man in het ziekenhuis ligt zal ik hem dagelijks bezoeken.”

Wie van deze drie is volgens jou de naaste geworden van het slachtoffer van de jeugdbende?

Lees: Lucas 10:25-37