Gisteren werd in Utrecht het boek ‘Oefenplaatsen. Tegendraadse theologen over kerk en ethiek’ gepresenteerd. In zowel het ND (Kerk oefenplaats voor christelijk leven) als het RD (Dr. Plaisier: Kerk geen club van vrome vrienden)verscheen een verslag van de presentatie en de toespraken die werden gehouden.
Het thema dat blijkbaar vooral de aandacht trok – de kerk als plek waar je karakter wordt gevormd – boeit me zeer! Momenteel ben ik een prekenserie over de vrucht van de Geest die ik een jaar geleden hield aan het uitwerken tot een boek met de titel: ‘Je bent een mooi mens. Hoe God je karakter vormt’. En ik ben in de loop van de jaren er steeds meer van overtuigd geraakt hoezeer karaktervorming een prominente plaats op de agenda van de lokale kerk zou moeten hebben. In dat verband noem ik even drie titels van boeken die hierover gaan:
- Tom Wright, After You Believe.Why Christian Character Matters
- Graham Tomlin, Geestelijk fit. Het Belang Van Christelijke Karaktervorming
- Dallas Willard, The Divine Conspiracy. Rediscovering Our Hidden Life In God (verschijnt deze week in Nederlandse vertaling: Gods geheime plan. De herontdekking van een leven met Jezus)
Als ik de verslagen goed heb gelezen, roept de thematiek van karaktervorming als belangrijke taak van de kerk c.q. de christelijke geloofsgemeenschap nogal wat scepsis op. Drie mannen spraken erover.
Er komt geen bal van terecht
Tim Vreugdenhil (GKV-predikant in Amstelveen en Amsterdam) ziet wel de noodzaak van karaktervorming, maar er komt gewoon geen bal van terecht. Mensen bepalen toch zelf wat ze doen. ‘De interne secularisatie is sterker dan de karaktervormende invloed van de kerk, merkt Vreugdenhil in zijn eigen gemeente.’
Bas van der Graaf (PKN-predikant in Amsterdam) ziet karaktervorming als een hoge eis die mensen buiten de kerk nog verder vervreemdt van die kerk. Bovendien: ‘In mijn kerk zijn we vaak met hele andere zaken dan karaktervorming bezig, met daklozenprojecten bijvoorbeeld.’
Daklozenprojecten
Dat zijn boeiende waarnemingen! Ze vragen ook wel om reactie. Tegen Tim Vreugdenhil zou ik willen zeggen: dat kon inderdaad wel eens waar zijn, dat de vormende kracht van de seculariatie veel sterker is dan de vormende kracht van het evangelie van Jezus. Maar is het dan niet juist dé uitdaging om wegen te zoeken waarlangs die karaktervormende kracht van het evangelie kan worden ervaren? En tegenBas van der Graaf zou ik willen zeggen: Wat fantastisch dat jullie met daklozenprojecten bezig zijn! Maar heb je al eens overwogen dat het daarmee bezig zijn heel sterk karaktervormend zou kunnen zijn? Maar dat je dat dan wel door middel van onderwijs en toerusting moet expliciteren?
Een club van vrome vrienden?
Op dat laatste hoop ik nog een keer in te gaan. Maar een volgende blogpost over dit thema zal eerst worden gewijd aan de buitengewoon vervreemdende gedachte van Arjen Plaisier (scriba van de PKN) dat een kerk die bezig is met karaktervorming op gevaarlijk spoor zit: je wordt zomaar ‘een club van vrome vrienden’!
p.s. 1 de titel van deze blogserie is een toespeling op een verwante serie: ‘Gezocht: duurzame spiritualiteit‘. Ik zal in de volgende blogposts proberen te laten zien dat een kerk die karakters wil vormen een kerk is die primair veel meer aandacht aan spiritualiteit moet geven
p.s. 2 de titel van deze blogserie is direct ontleend aan de lezing die dr. Herman Paul hield bij de presentatie van het genoemde boek. Die lezing is hier te vinden: Een wending naar de kerk. Citaat: ‘Wat betekent de imitatio Christi, de navolging van Christus, voor onze zelfbeelden, voor onze carrières, voor onze bezittingen, voor onze relaties? Dat dokter je niet in je eentje uit en leer je al evenmin uit een boek. Daarvoor heb je voorbeelden, aanmoediging, opscherping en misschien zelfs correctie nodig van een gemeenschap die jou niet alleen geloofswaarheden aanreikt, maar ook jouw karakter vormt.’
15/06/2012 op 10:28
Beste Jos,
Inderdaad een boeiend onderwerp: de relatie tussen karaktervorming en kerk. Ben er in gedachten ook mee bezig. Persoonlijk: wat merk ik nu eigenlijk van de levensveranderende kracht van de Geest in mijn karakter? Ik twitter elke dag iets over een bijbelstuk dat ik lees (@domineemarien) en ben nu bij 1 Korintiërs 13, een variant op de vrucht van de Geest. Als ik dan die liefde vergelijk met mijn karakter, dan schort er wat aan! Ik bid erom, maar soms word ik hier wel eens moedeloos van…
Ook zie ik het belang ervan op gemeenteniveau. Laatst hadden we een gesprekje als moderamen over de laatste gemeentevergadering. Hoe scherp kunnen mensen iets zeggen! En als je dan doorvraagt, schijnt dat al decennialang zo te zijn: gemeenteleden die (onbedoeld?) elkaar beschadigen met woorden. Wat kun je er aan doen? Als je een preek zou houden over het effect van je woorden…ben ik bang dat alleen de mensen met een open en reflectieve houding hier naar luisteren en juist niet de houwdegens…
Hoe dan ook: ga door met je nadenken en schrijven hierover! Het is Gods verlangen dat wij individueel en als gemeente in woord en daad op Hem lijken. En het is de Geest die ons veranderen wil naar het beeld van Gods Zoon.
Hartelijke groet,
Marien
15/06/2012 op 11:04
Vrucht van de Geest: Wel eens een overspannen perenboom gezien?
15/06/2012 op 11:10
Ik denk dat Plaisier vooral reageert op het denken van Hauerwas. Een zeer inspirerend theoloog, maar wanneer je enkele van zijn lijnen consequent doortrekt, kom je op plekken die ook bij mij vragen oproepen.
Bijvoorbeeld:
– de sterke nadruk op de kerk/gemeenschap, die gaat primeren boven het Woord
– een sterke exclusiviteit
Hauerwas is diepgaand beïnvloed door het methodisme en de RKK, maar ook door de anabaptisten. Dat maakt hem ook zo boeiend.
Ik vind de anabaptisten ook zeer inspirerend en hun theologie verrijkend. Maar kijk naar de kerken die ze voortbrengen:
– een zeer open en liberale kerk, waar iedere mening telt en iedere interpretatie van de Schrift even waardevol is (zie de Doopsgezinde kerk in Nederland)
– zeer exclusieve en wettische, wereldmijdende gemeenschappen zoals de Amish en de Mennonieten
Het missionaire aspect gaat verloren.
15/06/2012 op 14:00
Zou het ook andersom kunnen zijn? Dat karakter de kerk vormt? Of is er sprake van een wisselwerking?
Hoe het ook zij, het accent leggen op ‘zelfontwikkeling’ is wel in harmonie met de tijdgeest, alleen vraag ik me af of het ook strookt met wat de Bijbel ons vertelt.
Gaat het niet in de eerste plaats om het onderhouden van een relatie met God? En dat daar je karakter door gevormd wordt (zoals elke relatie dat doet….) is daar dan een voortvloeisel van.
16/06/2012 op 01:23
Jos noemt drie boeken die handelen over karaktervorming (in de kerk). Graag wil ik eraan toevoegen: vrijwel alle boeken van Larry Crabb en dan met name Inside Out (Van binnenuit).
Opgegroeid in een kerkgemeenschap waar christen-zijn toch vooral iets is van ‘dingen wel of niet doen’ deed dit boek me inzien dat geloven veel dieper zou moeten gaan: het geloof moet (en kan!) je ‘zijn’, je karakter, veranderen. En dat veranderen van je karakter is haast onmogelijk in je eentje. Niets in je leven is zo vol van blinde vlekken dan het zicht op (de zwakke plekken in) je karakter. De gemeenschap van de kerk zou bij uitstek de veilige plek moeten zijn waar je kunt werken aan die karaktervorming, van jezelf en van elkaar. Dat dat dan uiteindelijk effect heeft op wat je doet (bijv. deelnemen aan een daklozenproject) is evident: een door God veranderd karakter stelt andere prioriteiten in je leven dan daarvoor.
Het is opmerkelijk dat God als ‘vruchten van de Geest’ (Galaten 5) stuk voor stuk karaktereigenschappen opsomt. Het komt mij voor dat de focus van veel prediking daar niet ligt. Die ligt vooral bij het ‘niet zondigen’ en bij ‘goede dingen doen’. Zolang daarbij werkelijke verandering van het hart (karaktervorming) buiten beeld blijft, blijven zulke preken steken in moralisme en zullen ze de hoorder niet werkelijk kunnen raken.
16/06/2012 op 11:14
. “Weest heilig want Ik ben heilig”
Ik vraag me wel eens af wat er afgelopen decennium gebeurd is met deze en soortgelijke teksten en het onderwerp ‘levensheiliging’…
Zoals Rijk Griffioen met Larry Crabb terecht aangeeft is het iets ‘van binnen uit’ (geen uiterlijk vertoon; zie de Bergrede), een vrucht van de Geest, die bij uitstek groeit in een daartoe stimulerende omgeving (zie Crabb’s boek ‘Verbondenheid’ en Jos Douma’s ‘Leven in Verbondenheid’).
In hedendaags Nederlands heb je het dan in feite inderdaad over karaktervorming, gestimuleerd door de gemeenschap, groeiend vanuit Jezus als Verlosser en Heer van ons hart.
18/06/2012 op 13:15
In aanvulling op wat je schrijft over Bas de Graaf en diaconale projecten: bezig zijn met een kerstdiner in de kerk voor wie met kerst thuis zit zonder kerstdiner is iets dat m.i. inderdaad karaktervormend is. Het opent de ogen voor allerlei aspecten van de navolging van Christus: oog hebben voor de zwakke, nederigheid, liefde met inzet, gastvrijheid, gulheid.
En wat die club van vrome vrienden betreft: het is mij een raadsel hoe je kunt inzetten op groei in gelijkvormigheid aan Christus zonder karaktervorming.
18/06/2012 op 21:58
Bij karaktervorming denk ik aan de jaren vijftig: vroeg opstaan, koud douchen en ochtendgymnastiek. Ik was donderdag jl. bij dat minisymposium – feitelijk een boekpresentatie – op het PKN-hoofdkwartier. Vanuit de zaal werd er terecht op gewezen dat het Engelse ‘character’ soms niet vertaald moet worden met karakter, maar met persoon of identiteit. In ieder geval heeft ‘character’ andere connotaties dan het Nederlandse ‘karakter’. Het is de vraag of Stanley Hauerwas of Brian Brock wel hetzelfde bedoelen met deze begrippen; beiden staan toch eerder ‘een nieuwe mens’ voor, een andere ethische houding dan het moeizame ‘mens-met-een-ander-karakter’. In de psychologie is karakter ook nauwelijks een bruikbaar begrip.