De kerk die karaktervorming hoog op haar agenda wil zetten kan (naast het in de vorige blogpost genoemde boek van Tom Wright, ‘After You Believe. Why Christian Character Matters’) niet heen om nog twee andere boeken. In deze blogpost vraag ik aandacht voor Graham Tomlins boek ‘Geestelijk fit. Het belang van christelijke karaktervorming‘ (Engelse titel: ‘Spiritual Fitness: Christian Character in a Consumer Culture’).

Het boek is een pleidooi om juist met het oog op de missionaire uitstraling van de kerk veel aandacht te besteden aan discipelschap, transformatie, karaktervorming, geestelijke groei. Hoe zou de kerk eruit zien ‘als ze zich zou organiseren rondom dit doel: mensen in staat stellen om te volgroeien in geestelijke en menselijke gezondheid’?

Als de kerk zich net zo zou toewijden aan de ontwikkeling van geestelijke gezondheid en kracht als fitnesscentra toegewijd zijn aan de ontwikkeling van fysiek welbevinden, zou ze dan de hoeksteen kunnen worden van een hechte samenleving? (blz. 10)

Heel het boek is een vurig, meeslepend en op de praktijk gericht pleidooi voor de kerk als de plek waar karakters worden gevormd.

Als plaatselijke kerken mensen gaan helpen om de kwaliteiten te ontwikkelen die de natuur van God weerspiegelen en om een goed leven te leiden, dan hebben ze niet alleen iets te bieden waarvan de consumptiemaatschappij weet dat ze dit nodig heeft om te overleven. Deze kerken zullen ook trouw zijn aan hun aard. Het zullen gemeenschappen zijn die gewijd zijn aan de aanbidding van Vader, Zoon en heilige Geest, een aanbidding  die in de eerste plaats bestaat uit levens die Gods wezen en heerlijkheid weerspiegelen. Als kerken bekend komen te staan als plekken waar je kunt leren liefhebben, vertrouwen, hopen, vergeven, waar je levenswijsheid kunt verkrijgen, dan zouden ze wel eens heel aantrekkelijk kunnen worden. (blz. 27)

Tomlin stelt ook het voor het hedendaagse westerse christendom nogal spannende thema aan de orde (dat in het vroege christendom zo’n cruciale rol speelde): dat christen zijn betekent dat we ‘deel krijgen aan de goddelijke natuur’ (2 Petrus 1:4).  Lees even mee (blz. 120, 126):

In de tweede eeuw schreef Irenaeus, een theoloog uit het Franse Lyon, dat ‘de heerlijkheid van God de levende mens is, en het leven van de mens het beeld van God.’ Niets op aarde laat de heerlijkheid van God meer zien dan een mens die helemaal levend is geworden zoals het altijd al de bedoeling is geweest, een mens die de heerlijkheid en de natuur van de Schepper weerspiegelt. In die mens vangen we zowaar een glimp op van God. God werd mens, zodat wij zijn heerlijkheid zouden vertonen. In de vroegchristelijke theologie stond het vormingsproces naar het beeld van God in Christus centraal.

De definitie van correct geloof was op zichzelf niet het doel van christelijke theologie in de klassieke christelijke traditie. Het doel was de cultivering van deugd en uitmuntendheid in levenskunst. Theologie was onlosmakelijk verbonden met het christelijk leven, zodat subtiele veranderingen in theologie leidden tot grote veranderingen in het leven. Het was belangrijk om goede theologie te hebben, want met verkeerde theologie zou je leven de verkeerde kant op gaan. Onderwijs in goede theologie was essentieel voor de christelijke vorming van het karakter.

Graham Tomlin wijst vijf hoofdelementen aan (die hij ook een aparte bespreking geeft in de context van het vroege christendom) die van groot belang zijn voor het een nieuwe vormgeving van de kerk:

1. Vorming
2. Onderwijs
3. Gemeenschap
4. Discipline
5. Inspiratie 

Lees het boek zelf om te ontdekken wat daar allemaal in mee komt. Tot slot (blz. 158):

Kerken die deze agenda serieus nemen, moeten de verwachting van het tastbare en ervaarbare werk van de Geest vasthouden. Aanbidding, gebedsdienst, pastoraat en prediking waarin van de Geest verwacht wordt dat Hij direct en merkbaar zal werken, creëren een besef van openheid voor Gods werk, dat onze capaciteiten te boven gaat. Christenen moeten er in de kerk regelmatig aan herinnerd worden dat deze geestelijke transformatie geen mensenwerk is, maar werk van God zelf. In dit werk doet God wat hij altijd doet: Hij neemt menselijke structuren, ordes, middelen en praktijken in dienst en bezielt ze met leven om Christus-gelijkend karakter, aantrekkelijke deugd en verrassende vreugde te doen ontstaan.

In de volgende blogpost aandacht voor een derde boek dat van ultiem belang is voor de kerk die karaktervorming hoog op haar agenda zet: ‘Gods geheime plan. De herontdekking van een leven met Jezus‘ van Dallas Willard.

In mijn boek ‘de ontmoeting. 12 uren met Jezus. Retraiteboek’ schreef ik ook over de kerk als spirituele geloofsgemeenschap (blz. 135-137):

Ik even samen met je dromen over een spirituele kerk waar je ervaart dat je er de rust en de ruimte vindt waar je naar op zoek bent, en waar je merkt dat elke ontmoeting en elke samenkomst je inspireert en ondersteunt in je leven met God. Maar ik wil je daarna ook oproepen om datgene wat je vindt in je retraitemomenten de kerk in te dragen.

Dromen van een spirituele kerk

Laten we dus eerst even dromen over een spirituele kerk. In de praktijk merk ik dat het in de kerk al snel vooral gaat over programma’s en processen, over hoe het gaat en hoe het beter zou kunnen, over vacatures en de vervulling daarvan, over de financiën en de kerkenraad, over de kritiek op de prediking en de liturgie. Tegelijk is het mijn ervaring dat er in heel veel lokale kerken ook een groot verlangen is om terug te gaan naar de kern, om weer zo kerk te zijn als het ooit is bedoeld: om God te eren, Jezus in het midden te laten zijn, elkaar lief te hebben en te dienen en impact te hebben op de samenleving waarbinnen de kerk haar eigen plek wil innemen. Maar de weg daar naartoe is nog niet gemakkelijk. Hier komt in beeld wat ik graag spirituele gemeenteopbouw noem. Dat is een manier van bezig zijn met de ontwikkeling van de gemeente waarbij het spirituele perspectief steeds centraal staat: hoe kunnen we alles doen in de Geest van Jezus, en hoe kunnen we elkaar helpen om ons door de Geest te laten leiden in het vormen van een geloofsgemeenschap waarin Jezus en zijn genade en zijn kracht daadwerkelijk centraal staan?

Daarbij gaat het uiteindelijk steeds om mensen. Steeds weer is er de verleiding in het bezig zijn met gemeenteopbouw om te zoeken naar nieuwe manieren en methoden. Maar ten diepste moet het steeds opnieuw om mensen gaan: mensen die groeien in hun toewijding aan Christus en die steeds meer beginnen te ervaren hoe de genade en de kracht van Jezus hun leven in een nieuw perspectief plaatsen.

De kerk als spirituele geloofsgemeenschap is daarom allereerst een kleiner of groter netwerk van mensen die zich met elkaar in Christus verbonden weten en die samen zoeken naar de betekenis en de impact van Gods koninkrijk op hun eigen levens. Deze geloofsgemeenschap wordt steeds opnieuw geïnspireerd door prediking en andere vormen van onderwijs waarin de krachtige genade van God in Christus wordt aangeboden en uitgedeeld, een prediking waarin de heilige Schriften open gaan en gelezen worden tot op hun actuele betekenis voor ons leven hier en nu. Daarbij gaat het om een prediking die uitnodigt om God te ontmoeten, om Jezus steeds beter te leren kennen en om zich te laten vervullen door de heilige Geest die levend maakt. Deze prediking heeft een plek binnen inspirerende samenkomsten van de gemeenschap waarin door middel van klassieke en eigentijdse muzikale vormen geoefend wordt in de aanbidding van de levende God en waarin ruimte is voor ieders inbreng.

De kerk als spirituele geloofsgemeenschap hecht ook veel waarde aan een spiritueel pastoraat waarin mensen samen op zoek gaan naar de vergevende, genezende en bevrijdende kracht van Gods genade. Dit spirituele pastoraat vindt vooral plaats in kleine groepen waarin mensen zich met elkaar verbinden om geloofsgesprekken te voeren en om hun leven open te stellen voor elkaar en zo ook voor het gelaat van God. Juist intieme geloofsverbondenheid is een weg waarlangs de Geest zijn herstellende werk wil doen en waarin Jezus opnieuw vlees en bloed wordt in mensenlevens. Naast het kleine groepen pastoraat en het meer professionele pastoraat dat plaats vindt rond ingrijpende gebeurtenissen en levenservaringen, is er binnen de kerk als spirituele geloofsgemeenschap ook veel ruimte voor geestelijke begeleiding en voor de beoefening van spirituele disciplines zoals gebed, meditatie, stilte en voorbede.

Een geloofsgemeenschap die zich richt op groei in een spiritueel leven zal hoe langer hoe meer het verlangen hebben om vanuit deze kern ook missionair en diaconaal present te zijn in de samenleving. Dat gebeurt allereerst door de individuele leden die zich geïnspireerd weten en toegerust zijn om op hun eigen plek in de maatschappij het koninkrijk van God zichtbaar en ervaar te maken. Maar het gebeurt ook doordat de kerkelijke gemeenschap als geheel een plek wordt met aantrekkingskracht. Want velen zijn op zoek naar plaatsen waar spiritueel wordt geleefd, waar liefdevolle aandacht en dienstbaarheid stromen en waar een leven dat echt zin heeft gevonden kan worden.