Onlangs viel er een nieuw boek van Brian McLaren in mijn brievenbus: The Great Spiritual Migration. How the World’s Largest Religion Is Seeking a Better Way to Be Christian. Ik ben het aan het lezen en vind het een geweldig boeiend boek. Waarom?

Het zal niemand ontgaan zijn dat kerken in een veranderproces zitten, ook in Nederland. Transitie is het sleutelwoord. We laten oude vormen los (gewild of ongewild) en we zoeken naar nieuwe vormen die we kunnen omarmen (maar weten nog niet goed welke). Hoewel, is dat niet te onschuldig geformuleerd? Gaat het alleen om vormen die niet meer werken en vervangen moeten worden? Of moeten er ook in theologie en spiritualiteit nieuwe accenten worden gevonden en gezet? Oftewel: is het niet zo  dat niet alleen de klassieke kerkelijke vormen in beweging zijn, maar dat ook de klassieke kerkelijke inhouden (theologie, geloofsovertuigingen) een veranderingsproces ondergaan?

De kerk is in transitie. Dat staat in elk geval vast. Dat we moeten nadenken en in gesprek zijn over die transitie dus ook. Hoe we die transitie waarderen en of we al dan niet blij zijn met de richting van de transitie is een ander verhaal. Niet nadenken en in gesprek zijn over de transitie van de kerk is in elk geval geen optie.

School van liefde

En nu denk ik dat we op dat punt met het boek van Brian McLaren goud in handen hebben. Ik vind dat hij een geweldig mooi en meeslepend boek heeft geschreven, ook al heb ik op het moment dat ik deze blogpost schrijf nog niet alles gelezen. Wat me nu al ontzettend bezig houdt is dat hij wil gaan voor de kerk als ‘School of Love’: de kerk als school van liefde. Daarin hoor ik zelf ook een echo van het klooster als ‘School van gebed’. Ik geef even een vertaald citaat weer zodat jij ook de smaak te pakken kunt krijgen (blz. 53-54):

Wat ik geloof dat kan en moet gebeuren is dat tienduizenden kerkgemeenschappen wat ik noem ‘scholen’ of ‘studios’ van liefde zullen worden. Dat is de toekomst waar ik naar verlang en waaraan ik gepassioneerd ben toegewijd. Ik ben niet geïnteresseerd in de denominatie, de muzikale stijl of de liturgische smaak van kerkgemeenschappen. Het maakt me niet uit of ze wekelijk in een kathedraal, maandelijks in een bar, jaarlijks in een retraitecentrum of dagelijks online samenkomen. Het maakt me niet uit of ze groot of klein zijn, formeel of alledaags, hip of niet-hip. Het maakt me niet uit of de stijl van de eredienst traditioneel of eigentijds of wat dan ook maar is. Wat mij uitmaakt is dit: of ze de mensen leren een leven van liefde te leiden, vanuit het hart, voor God, voor alle mensen (geen uitzonderingen), en voor heel de schepping.

Jongeren vasthouden?

De kerk als ‘School van liefde’ dus. Voorbij alle uiteenlopende vormen waar veel van de kerkelijke discussies vandaag over gaan. ‘Hoe houden we de jongeren vast?’ Dat is bijvoorbeeld zo’n vraag die voorbij gaat aan wat veel belangrijker is: ‘Hoe leren we jongeren (en ouderen, en iedereen) wat het is om vanuit het hart een leven te leiden dat gericht is op God, op alle mensen (zonder uitzondering) en op de schepping?

Een andere vraag die veel gesteld wordt: ‘Hoe moet onze liturgie eruit zien?’ Alsof dat de belangrijkste vraag is waar we ons mee bezig kunnen houden. Liturgie is een uitvloeisel van iets anders, namelijk het verlangen om vanuit het hart een leven van liefde te leren leiden en daarin de Geest van Jezus te volgen.

Een migrerende messias

McLaren brengt zijn verhaal op de noemer: De Grote Spirituele Migratie. Het gaat om een kerk, meer nog om een christelijk geloof dat in beweging is omdat God een bewegende en bewogen God is. En omdat de Bijbel een verhaal vertelt van mensen die altijd ‘on the move’ zijn en van een God die beweegt. Migratie is het woord dat McLaren daarvoor ijkt: een migrerend volk, een migrerende God, een migrerende messias, een migrerende kerk, een migrerend christelijk geloof. En de ergste zonde? Vastgelopen fundamentalisme!

Kleine innerlijke fundamentalist

Zo, dat zijn vast wat hoofdlijnen van het verhaal dat Brian McLaren vertelt. Hij staat bekend als een progressieve theoloog. Je zult hem niet gemakkelijk kunnen betrappen op klassieke orthodoxie. Dat kan voor veel lezers een nadeel zijn. En her en der vind ik zelf ook wel dat het wat erg schuurt met geloofsovertuigingen, geloofsverlangens en geloofspraktijken die mij dierbaar zijn.

Maar niet getreurd: niemand is verplicht om het in alles eens te zijn met Brian McLaren. Wel denk ik dat ieder die zich bezig houdt met de vragen van de kerk in transitie verplicht is om dit boek te lezen. Om te ontdekken dat McLaren verwoordt wat jij ook al lang aanvoelde. Om te voelen dat er écht heel veel in beweging is. Om je te ergeren aan zijn gepassioneerde eenzijdigheid. Om je te schamen voor je ‘kleine innerlijke fundamentalist’. Om geraakt te woorden voor zijn liefde voor de liefde. Om meegenomen te worden in zijn verlangen om Jézus te volgen en niemand anders. Om je af te vragen of je echt wel zoveel van je (klassieke) geloofsovertuigingen wilt loslaten als McLaren voorstelt.

Serie

Je had het cijfer 1 in de titel van de blogpost waarschijnlijk al opgemerkt. Ik ga weer eens – het is al een behoorlijke tijd geleden dat ik dat deed – een heuse serie blogposts schrijven. Ik denk dat het er wel 12 worden. McLarens boek biedt er meer dan voldoende inspiratie voor. Het zal een spannende zoektocht zijn ook. Want de stem van McLaren is een profetische. Dat op zijn minst. En The Great Spiritual Migration is een profetisch boek. Voor de een een onheilsprofetie (want van het klassieke kerkelijke denken blijft weinig heel). Voor de ander een heilsprofetie (voorbij alle kerkelijke gedoe terug naar de kern: de liefde van Jezus).

Hoe dan ook, de vraag die centraal staat is belangrijk genoeg: Hoe ziet de kerk van de toekomst eruit?