[Verschenen in Dienst. Toerusting van werkers in de kerk, 4|2023, blz 4-8]

Wat is het evangelie? Als jij voor jezelf zou moeten verwoorden waar het evangelie over gaat, wat zou je dan zeggen? 

Twintiger

Ik sprak hier een tijd geleden over met een twintiger die het lastig vond dat ze in de preken die ik hield niet de haar vertrouwde geluiden over zonde en genade hoorde: het evangelie klonk niet! Ik vroeg haar: ‘Wat is volgens jou dan het evangelie? Wat is het goede nieuws?’ Haar antwoord: ‘Dat we zondig zijn, en dat Jezus ons verlost door het kruis.’ Toen zei ik: ‘Maar dat is toch geen góed nieuws? Je begint met slécht nieuws: we zijn zondig! En je begint ook nog eens bij jezelf, terwijl we het in de kerk zo belangrijk vinden dat alles bij God begint!’ En daar hadden we vervolgens een goed gesprek over.

Dat gesprek is alweer zeven jaar geleden. Maar ik herinner het me, omdat ik besef dat ik ook toen was ik al bezig met die vraag: Wat is nu toch het evangelie? Hoe kan ik het evangelie zo verwoorden dat het ook echt goed nieuws is? En hoe kan het evangelie zo klinken dat het ook vandaag als relevant kan worden ervaren? Ik was en ben op zoek naar nieuwe taal en naar een nieuw verhaal.

Nieuwe taal

Dat is ook precies wat Stefan Paas doet in zijn nieuwe boek ‘Vrede op aarde. Over heil en redding in deze tijd’. Hij zet in bij het woord heil, dat vandaag de dag nauwelijks meer resoneert bij christenen en hun tijdgenoten, en komt uit bij het woord vrede, dat toegankelijker is en gemakkelijker kan worden verbonden met ons dagelijks leven. 

Maar op de lange weg van de eerste naar de laatste bladzijde van zijn boek gebeurt intussen veel meer dan alleen dat er nieuwe taal wordt gevonden en gekozen. Stefan Paas wil ook een nieuw verhaal vertellen. Want we hebben in de westerse protestantse, gereformeerde, evangelische traditie van de laatste eeuwen een eenzijdig en individualistisch gekleurd verhaal verteld over de zondige mens met een ziel die redding nodig heeft, over het verzoenende bloed van Jezus aan het kruis en over de noodzaak van het geloof voor ons eeuwig behoud. 

Zonde en genade

Als ik dat zelf even samenvat: we hebben als evangelie een verhaal verteld over zonde-en-genade. In de taal van Stefan Paas: alle nadruk lag op ‘het piëtistische heilsdrama’ waarin de individuele ziel door het bloed van Jezus uit deze wereld moest worden gered door geloof. Maar aan dat verhaal kleven bezwaren: het is erg individualistisch, het kan weinig aandacht besteden aan thema’s als gerechtigheid in deze wereld en heelheid voor de schepping, het heeft de neiging om tot een ‘verkerkelijking van het heil’ te leiden, het creëert een vijandsbeeld van de slechte wereld. En het heeft de neiging om ons als christenen in dualistisch vaarwater te brengen: je hebt goede mensen en slechte mensen, je hebt mensen die gered zijn en mensen die niet gered zijn, er gaan mensen naar de hemel en er gaan mensen naar de hel.

Een ander verhaal 

Maar is dit het evangelie? Moeten we, als we tenminste bijbels willen blijven, op déze ene exclusieve manier verwoorden waarover het evangelie gaat? Stefan Paas neemt ons in zijn boek mee op een uitgebreide, diepgravende en vaak schurende zoektocht rond deze vraag. En zonder te zeggen dat zonde en genade en bloed en kruis en heil woorden zijn waar we vandaag niks meer mee kunnen, zegt Paas: we moeten een ander verhaal vertellen waarin andere taal tot klinken komt, als we tenminste niet vast willen blijven zitten in de gedachte dat het evangelie zoals het ons in de West-Europese (christelijke) cultuur is overgeleverd de enig juiste verhaallijn is.

Koninkrijk en bekering

Hoe dan wel? Ik deel nu graag hoe ik daar zelf mee bezig ben momenteel. Ik neem mijn uitgangspunt daarbij in deze centrale uitspraak van Jezus in Marcus 1:15: ‘De tijd is aangebroken, het koninkrijk van God is nabij: kom tot inkeer en geloof dit goede nieuws.’ Waar kunnen we beter terecht met onze vraag waar het evangelie over gaat dan bij Jezus zelf en bij zijn verkondiging zoals dat in deze uitspraak wordt samengevat? Het evangelie dat Jezus verkondigt luidt: ‘Het koninkrijk is nabij. Kom tot inkeer’. Als wij ook leerlingen en volgelingen van Jezus willen in hoe we het evangelie delen, dan moet het dus gaan over: het koninkrijk van God en over bekering.

Het koninkrijk van God: dat is Gods koningschap in deze wereld, dat is zijn helende en genezende en vergevende aanwezigheid, dat is de rivier van genade die door deze wereld stroomt, dat is het werk van de heilige Geest, dat is de nabijheid van Jezus. 

Omdenken

Bekering: dat is de roeping die met dat koninkrijk meekomt om anders te gaan denken, anders te gaan voelen, anders te gaan ervaren, anders te gaan leven, dat is een veranderingsproces dat van binnen begint (inkeer) en dat leidt tot een andere levensstijl; waarin we vernieuwd omgaan met God, met onszelf, met onze naasten en met alle levende wezens en heel de schepping.

Ik maak alles nieuw

Ik zou graag willen dat we, als wij het evangelie vertellen, niet begínnen met te zeggen dat mensen zondig zijn. Laten we begínnen met te vertellen over Gods vernieuwende aanwezigheid in deze wereld, over God die vanuit de toekomst in het hier en nu zeg: ‘Ik maak alles nieuw’. 

En ja, als we dat horen, dan voelen we meteen aan: wat staat dat in schril contrast met wat we om ons heen zien (wat een gebrokenheid, wat een chaos, wat een haat), met wat we in menselijke relaties zien (wat een kapotheid, wat liefdeloosheid, wat een onverbondenheid) en met wat we in ons eigen hart zien (wat een egoïsme, wat een gewondheid, wat een leegte). Maar we lopen daar dan niet op stuk, maar met het visioen van Gods nieuwe wereld voor ogen zoals Jezus daarover spreekt, ervaren we de roeping om in te keren, om ons om te keren, om ons mee te laten nemen in een innerlijk transformatieproces dat leidt tot nieuwe keuzes, nieuwe deugden, nieuw praktijken waar de Geest van Jezus doorheen stroomt. Oftewel: we gaan meedoen in de koninkrijksbeweging van Jezus op aarde zoals in de hemel. Daarin ligt onze redding.

Redding en roeping, vrede en verbond

Terug naar Stefan Paas. Ook in zijn boek gaat het heel veel over het koninkrijk en over bekering. ‘Zoek eerst het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid’ is een oproep van Jezus die steeds op betekenisvolle wijze aanwezig is in zijn betoog in ‘Vrede op aarde’. Ook gaat het voortdurend over verandering en bekering, een nieuwe levenswijze en een nieuwe levensstijl die wordt gestempeld door gerechtigheid, naastenliefde en heelheid.

Zelf kiest Paas voor de woorden redding en roeping: wij worden gered in onze roeping en in het gehoor geven aan die roeping die van God komt en die klinkt als de stem van Jezus. En als het gaat om meedoen in Gods koninkrijksbeweging op aarde, spreekt Paas over verbond: God heeft een verbond met mensen, met de aarde, met alle levende wezens om in partnerschap ons te geven aan de droom van een betere wereld die vol is van de shalom waar het uiteindelijk om gaat en waar het uiteindelijk naartoe gaat en waarmee het allemaal ook is begonnen. Heel de bijbelse verhaallijn cirkelt rond dit ene woord: Vrede! Shalom!

Vredestichters

‘Gelukkig zijn immers de vredestichters’. Dat is de laatste zin van het boek van Stefan Paas. Hij schrijft: ‘Aan het eind van deze zoektocht is mijn antwoord: het Christendom is er om vrede te stichten. Dat doet het door liefdevolle relaties te leggen, te zoeken naar rechtvaardigheid in dienst van verzoening, in hoopvolle verwachting van Gods shalom. In die missie gaat het er niet om dat mensen ‘christenen’ worden; het gaat omdat zij priesters worden van God partnerschap met de schepping, bemiddelaars van het verbond.’

Mystiek en politiek

Het gaat dus om vrede. Het koninkrijk is een vrederijk. Bekering is toewending naar de vrede. Die vrede heeft een innerlijke én een uiterlijke kant. Je kunt ook zeggen: die vrede van God en mensen heeft een mystieke dimensie én een politieke dimensie.

Want zeker: de mens heeft een ziel! En die ziel moet gered worden, maar niet uit deze wereld, maar in deze wereld. Dat vraagt om inkeer, innerlijkheid, een bevindelijke gerichtheid op wat er speelt in het hart. Het vraagt om oefening in vrede, want vrede kun je leren bijvoorbeeld door de stilte te beoefenen, door mindfulness, door meditatie en contemplatie. Laat de kerk als ‘gemeenschap van vrede’ een oefenplek zijn voor die innerlijke vrede zodat er weer rust en ruimte komt in mensenlevens omdat er van binnen iets heilzaams gebeurt. Noem het mystiek: het geheim van de verborgen omgang met God, het mysterie van Gods intense en intieme aanwezigheid in onze harten.

En dan, in wisselwerking met die innerlijk vrede, is er onze politieke inzet die niet kan ontbreken als we daadwerkelijk willen gehoorzamen aan de roeping om eerst ‘Gods koninkrijk en zijn vrede’ te zoeken. Met politiek bedoel ik hier: op de maatschappij betrokken, en ook op de schepping. Het gaat over ons leven in deze wereld, op deze aarde, waar we door Jezus geroepen worden om vredestichters te zijn door recht te doen en onrecht aan de kaak te stellen, door het herstel van de schepping te zoeken in tijden van klimaatcrisis, en door naastenliefde te betonen aan alle levende wezens. 

Vredestichter zijn en de kerk als gemeenschap van vrede – ik vind het een inspirerende en overtuigende inzet om opnieuw te ontdekken waar het om gaat in christen-zijn en kerk-zijn.