hemelvaartMorgen is het hemelvaart.  Ik houd van hemelvaart tot pinksteren een serie van drie preken over het thema ‘De ontdekking van de hemel’. Ik merk dat voor veel mensen de hemel een vreemde werkelijkheid op afstand is. De hemel is ‘daarboven’. Het is de plek waar God woont en waar mensen die sterven (hopelijk) naartoe gaan.

Vanuit het Bijbelse spreken over het koninkrijk is het denk ik mogelijk om een wat nabijere visie op de hemel te ontwikkelen. Daarbij helpt mij het beeld van de vierde dimensie. Jezus is op de dag van zijn hemelvaart niet naar een andere locatie gegaan, maar hij is tot zijn terugkomst op aarde de voor ons niet direct toegankelijke vierde dimensie binnen gegaan. Die vierde ruimtelijke dimensie is een dimensie die wij met ons lichamelijke ogen niet kunnen zien. Het is Gods dimensie van de geschapen werkelijkheid. Jezus heeft deze vierde dimensie zichtbaar gemaakt in zijn leven op aarde. Het koninkrijk dat Jezus verkondigde en belichaamde wordt daarom ook koninkrijk van de hemel genoemd. Leven in het koninkrijk is leven vanuit het contact dat we door de Geest biddend kunnen maken met Gods dimensie van de geschapen werkelijkheid.

Zo komt de hemel dus een stuk dichterbij. N.T. Wright gebruikt voor het koninkrijk van God graag de uitdrukking: de hemel begint de aarde te overlappen. En dat is het precies. Dé manier om in contact te komen en te blijven met deze vierde dimensie, Gods dimensie van de geschapen werkelijkheid die als koninkrijk van God tastbaar wordt op aarde, is het gebed. Bidden is de taal van het koninkrijk. Bidden is steeds het contact zoeken en houden met Gods dimensie van de werkelijkheid. Bidden is Gods werk gaan ervaren.

Niet voor niets is het precies dat wat de apostelen doen nadat Jezus de hemel is binnengegaan: ‘Vurig en eensgezind wijdden ze zich aan het gebed’ (Handelingen 1:14).