Op blogpost ‘Mensen bij Jezus brengen (7)‘ kwamen een paar mooie reacties binnen die helpen om de ‘klassiek-gereformeerde’ kenmerken van de ware kerk eigentijds en missionair te vertalen. En dat lijkt me waardevol. De taal van de Nederlandse Geloofsbelijdenis ‘werkt’ vandaag voor velen niet meer. Maar de gedachten die tot uitdrukking worden gebracht zijn het waard om hernomen te worden: niet herhalen maar hertalen dus.
Er is (in elk geval in de gereformeerd-vrijgemaakte traditie) een tijd geweest dat ‘kerkbesef’ heel belangrijk werd gevonden. Dat ging er dan vooral over dat de grenzen tussen de verschillende kerken/denominaties helder werden gemarkeerd en dat je je voegde (als je dat nog niet had gedaan) bij de ware kerk. Dan had je kerkbesef. Dan ‘zág’ je de kerk.
Enkele jaren geleden (in 2006) schreef Barend Kamphuis daar in De Reformatie een tweetal (vanuit gereformeerd-vrijgemaakt perspectief) mooie artikelen over (De kerk zien 1 en 2). Hij zei daarin onder meer:
Van een paar decennia geleden ken ik die uitdrukking nog goed: ‘de kerk zien’. Vooral in negatieve zin werd ze gebruikt. Hij of zij ziet de kerk niet, werd er dan gezegd. En we begrepen onmiddellijk wat ermee bedoeld werd. Iemand die de kerk niet zag, die geloofde niet dat de ware kerk duidelijk aanwijsbaar was, met een concreet adres. Zo iemand dacht dat er zoiets als een onzichtbare kerk was, boven of in alle kerkelijke verdeeldheid. Of nog erger: iemand die de kerk niet zag, dacht dat het alleen maar om het persoonlijk geloof ging, endat de kerk er helemaal niet toe deed. De laatste tijd hoor ik die uitdrukking haast nooit meer. Zou dat komen omdat bijna iedereen de kerk nu wel ziet? Dat is haast te mooi om waar te zijn. Ik denk eerder dat er een stuk verlegenheid in zit. We hebben zolang gedacht dat wíj in ieder geval wel de kerk zagen. Maar nu weten we het niet zo goed meer.
Ik denk dat het heel belangrijk is dat we de kerk weer leren ‘zien’ en dat we weer ‘kerkbesef’ krijgen, maar dan wel op een manier die aansluit bij onze tijd en bij de missionaire uitdaging die er ligt. Als we dan op zoek gaan naar het hernemen van de drie kenmerken van de ware kerk, dan komen we ongeveer hier uit (ik sluit me heel nauw aan bij Hans Burger):
De ware kerk (dat is: een kerk die mensen bij Jezus brengt) herken je aan deze kenmerken:
1. (zuivere verkondiging) mensen ervaren dat ze door een Bijbelse verkondiging bij Jezus worden gebracht en dat er geloof ontstaat en geloof opbloeit;
2. (zuivere sacramentsbediening) mensen ervaren dat de doop en de maaltijd van de Heer twee belangrijke middelen zijn om de persoonlijke en gezamenlijke relatie met Jezus te vieren;
3. (zuivere tucht) mensen ervaren dat ze worden bemoedigd en vermaand om bij Jezus te blijven en niet van hem te vervreemden.
29/03/2011 op 08:50
Ik begrijp dat jullie theologen vast willen houden aan de letter van de belijdenis, maar in deze drie punten raak ik het lijntje met de grote opdracht, het missionaire aspect van kerk zijn, toch weer kwijt. Zakken we toch weer terug in ons intern gericht zijn?
30/03/2011 op 13:15
De grote opdracht is om te gaan, en leerlingen te maken door te dopen en het te onderwijzen de woorden van Jezus te bewaren. (Mat. 28)
Leerlingen hebben onderwijs-inhoud nodig. Jezus’ woorden en daden moeten verkondigd. Verkondigen = preken (Gr. κηρυσσειν), en het gebeurt zowel naar buiten toe als naar “binnen” toe, dat is, voor hen die al leerling zijn.
Het markeerpunt van leerling worden is dopen. Trouwe doopbediening is dus helemaal niet zo intern. Het andere sacrament, avondmaal, is ingesteld voor Jezus om door zijn leerlingen trouw gevierd te worden.
Een leerling is iemand die Jezus’ woorden bewaart en onderhoudt. Wie dat niet wil wordt vermaand. Dat is ook opdracht van Jezus (bijv. in Mat. 18) en het heeft alles te maken met binnenkomen en binnen blijven.
Zo beschouwd zijn deze drie zaken helemaal niet zo “intern”. Als wij preken en dopen en vermanen verengen tot navelstaren dan is dat de fout in onze praktijk, niet in de principes verwoord.
Een ding wil ik toevoegen aan wat Jos (en Hans) schreven over de relatie tussen de NGB en mensen bij Jezus brengen: Het is evengoed belangrijk om mensen bij Jezus te houden. Preken, sacramenten en tucht dragen daar ook aan bij. Bij Jezus brengen en bij Jezus houden– beide zijn nodig. Laten we ze niet tegen elkaar uitspelen.
29/03/2011 op 23:56
Dag Jos,
Ik heb een ‘antwoord’ geschreven op jouw bijdrage hierboven: http://mirandarenkema.wordpress.com/2011/03/29/waaraan-herken-je-de-kerk/
groet!