In het Gereformeerd Kerkblad verschijnt regelmatig een portret van een pastor. Deze keer mocht ik deze rubriek invulling geven.
Even kennismaken: Jos Douma
Geboortejaar: 1968
Geboorteplaats: Zuidhorn (Groningen)
Studie: Theologie (Kampen, Broederweg)
Woonplaats: Haarlem
Gezinssituatie: getrouwd, vier zoons (18, 12, 10, 8 jaar)
Motto 1: Christus, in wie alle schatten van wijsheid en kennis verborgen liggen (Kolossenzen 2:3)
Motto 2: Je kunt beter achteraf om vergeving dan vooraf om toestemming vragen.
Toen ik klein was
wilde ik graag spelen en had ik eigenlijk nooit een idee over wat ik wilde worden.
Het moment dat ik besloot om dominee te worden, was
in één van de laatste nachten van 1986. Na het VWO (Greijdanus, Zwolle) had ik ervoor gekozen om in Enschede aan de HEAO de studierichting economisch-linguïstisch te gaan doen. Dat beviel niet. Na verloop van enkele maanden werd me eensklaps duidelijk dat ik ‘het zwarte pak moest gaan aantrekken’, zoals ik het toen naar een van mijn huisgenoten formuleerde. Ik wilde opeens predikant worden, en heb van die keuze nooit spijt gehad.
Op dit moment ben ik dominee van
de Fonteinkerk in Haarlem.
Wat mij erg aanspreekt in deze gemeente is
dat het een (middelgrote) stadsgemeente is waar veel in beweging is. Er is een groot en gezamenlijk verlangen om te zoeken naar een meer eigentijdse, gastvrije, inclusieve, missionaire, spirituele, transparante, pastorale, diaconale en openhartige manier van kerk zijn die aansluit bij de 21e eeuwse context van mensen met een niet te stillen verlangen naar God. ‘Mensen bij Jezus brengen’ – op die noemer brengen we dat allemaal.
Mijn droom voor de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt
Voor de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt op zich heb ik geen droom. Iemand vroeg me laatst na een lezing die ik gehouden had ietwat bezorgd: ‘Hoe zal het verder gaan met de vrijgemaakte kerken?’ Ik zei: ‘Vind je het antwoord op die vraag écht belangrijk?’ Het gaat erom dat er in Nederland kerken c.q. geloofsgemeenschappen zijn waar mensen zich rondom Jezus met elkaar verbinden omdat de Geest hen bij elkaar brengt. Mijn droom is dat het steeds minder belangrijk wordt achter welk naambordje kerken kerk zijn, maar dat er over kerkmuren (die voor het overgrote deel van de jongere generatie allang niet meer relevant zijn) heen steeds meer christenen zijn die als passie hebben om Christus te kennen en bekend te maken. De gezamenlijkheid daarin zal steeds meer vorm en inhoud gaan krijgen in kleine en middelgrote groepen die ook door de week met elkaar leven en samen zoeken naar het plan van de Heer. Verder droom ik ervan dat kerken en geloofsgemeenschappen in staat zullen zijn om hun spirituele, pastorale en diaconale kracht en bewogenheid te vertalen in daadwerkelijke presentie in de samenleving.
In de auto luister ik graag naar
Radio 1.
Het laatste boek dat ik (helemaal) gelezen heb, is
‘Naked Spirituality. A Life With God in Twelve Simple Words’ van Brian McLaren. Het boek zet in bij de gedachte dat heel veel oprechte christenen het gevoel hebben dat de klassieke vormen om je geloof te onderhouden vandaag niet meer werken. Hoe kan het wel? Momenteel ben ik aan het lezen in het nieuwste boek van Gerben Heitink: ‘Golfslag van de tijd. Europa’s niet te stillen verlangen naar God’.
Een nieuwsbericht wat mij de afgelopen week opviel in de media was
dat Geert Wilders gezegd heeft ‘Doe eens normaal man’. Het viel me op dat dat nieuws was. En het viel me opnieuw op hoe goed Wilders is in one-liners.
Als ik niet met werk voor de kerk bezig ben, dan
werk ik regelmatig aan een nieuw boek. Overigens zie ik het schrijven van boeken ook als werk voor de kerk, alleen dan niet alleen voor de éne kerk waar ik predikant van ben.
Ik zou graag nog eens in discussie willen gaan met
niemand. Er wordt te veel gediscussieerd en gedebatteerd. Er zijn wel mensen die ik graag zou willen ontmoeten om er mee in gesprek te zijn. Algemener: laat de kerk zich niet toeleggen op het debat, maar op het gesprek, met wie dan ook.
Ik zou graag nog een dagje op stap willen gaan met
Jurjen Beumer omdat ik hem, binnen de oecumenische beweging, een inspirerende mens vindt (en ook nog stadsgenoot). Zijn diepgaande belangstelling voor diaconaat en spiritualiteit boeit me omdat hij die belangstelling én tot uitdrukking brengt in zijn publicaties én in de praktijk brengt als predikant-directeur van het Oecumenische Diaconaal Centrum aan de Groenmarkt in Haarlem.
Ik krijg de kriebels van
Deze vraag heb ik even op Twitter uitgezet. Volgens twitteraars krijg ik hier de kriebels van: ‘makkelijke antwoorden op moeilijke vragen’, ‘tradities of gewoonten die belangrijker zijn dan handelen vanuit liefde van God’, ‘lichamelijke inspanning, gezond eten, zweverig spiritualisme, regels-om-de-regels’, ‘wollen sjaals om je nek?’, ‘als je zou moeten stoppen met schrijven’, ‘kerken die niet met hun tijd mee willen gaan’, ‘mensen die hun verantwoordelijkheid niet nemen’, ‘mensen die regels en procedures stellen boven hart hebben voor mensen’.
Ik vergeet de tijd als ik bezig ben met
het halen van een deadline.
Ik maak mij zorgen over
het gegeven dat we ons vaak zorgen maken, en daar – helemaal als het over de kerk gaat – ook nog een zeker behagen in scheppen, terwijl onze Heer en leraar Jezus zegt: ‘Maak je niet bezorgd.’ Verder vermoed ik dat er in heel veel kerken en heel veel christenlevens nauwelijks nog sprake is van een gebedsleven, en dat dat een van de grootste oorzaken is van veel lauwheid in het geloofsleven en van veel kerkelijke malaise.
Het mooiste moment van mijn leven
de momenten waarop onze kinderen werden geboren.
Het aangrijpendste moment van mijn leven
alle momenten in de nabije gezinskring of in de kring van de gemeente waarin de dood een zwarte schaduw over het leven wierp.
Maak een keuze
• Petrus of Paulus: Johannes
• Orgel of combo: bandje
• Hollandse kost of wereldkeuken: groentesoep
• Strandvakantie of sportief de bergen in: campingvakantie
• Rutte of Cohen: Slob
14/10/2011 op 10:25
Ik ken de heer Douma niet. Toch lijkt hij mij een mooie voorganger met humor! Een goede combi in Gods koninkrijk!
Ik zal eens een boek van hem opzoeken.
Gods zegen!
Eline
14/10/2011 op 11:38
Eerw. heer Douma,
Hier heb ik eigenlijk wel wat op te zeggen:
“Voor de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt op zich heb ik geen droom. Iemand vroeg me laatst na een lezing die ik gehouden had ietwat bezorgd: ‘Hoe zal het verder gaan met de vrijgemaakte kerken?’ Ik zei: ‘Vind je het antwoord op die vraag écht belangrijk?’ ”
Vooropgesteld; naarmate ik meer de huidige dynamiek en de ontstaansgeschiedenis van de GKv leer kennen, kan ik me een dergelijke houding voorstellen. Als je meer dan een halve eeuw druk bent met gehakketak over theologische vraagstukken, dan wil de pastorale insteek, op z’n zachtst gezegd, daar nog wel eens onder lijden. Én belangrijk ís het. Ook in de katholieke wereld hebben we gemerkt dat de grootste schisma’s in feite niet primair berusten in doctrinaire vraagstukken. Zowel de insteek van de Oriëntaals-Orthodoxen m.b.t. de naturen in Christus, als die van de Oosters-Orthodoxen daar waar het om het Filioque, blijkt, na eens eerst rustig met elkaar te praten en te bidden, vooral een kwestie te zijn van elk één zijde van dezelfde medaille te benadrukken.
Toch wil ik de bewuste vraag wel even extrapoleren; als deze vraag echt niet belangrijk is, gaan dan niet de woorden op die een boze teleurgestelde prelaat niet zo lang geleden sprak over de oecumene, nl. dat: “Protestanten een actiegroep zijn die vergeten zijn zichzelf op te heffen”? Kortom; als u deze vraag niet belangrijk vind, dan kunt u zich vandaag nog laten inschrijven in de katholieke Kerk.
Vanuit het oog van de buitenstaander bekeken, zit de GKv nú in een situatie die enigzins te vergelijken is met haar ontstaan. Was het niet het verzet tegen Barth, die zo ongeveer de hele ecclesiologie in de metafysica plaatste dat meespeelde in de vorming van de GKv? Natuurlijk; op het eerste gezicht lijkt dat veilig, wánt onaantastbaar. Maar tegelijk ook betekenisloos. In de katholieke Kerk deed Schillebeeckx in feite hetzelfde met de Opstanding van Christus. Het komt een beetje neer op wat men in de volksmond wel eens hoort: “het heet niet voor niets ‘geloven’ en niet ‘bewijzen’.”
Toch is dat misschien wel één van de grootste misverstanden; wat het Christendom ánders maakt dan andere religies, is dat God de trancendentiegrens heeft doorbroken en überhaupt het fenomeen ‘bewijs’ (uiteraard in een gematigd-positivistische vorm) mogelijk heeft gemaakt:
http://www.columbia.edu/cu/augustine/a/science_origin.html
Dit fenomeen veronachtzamen zou het Christusverhaal niet alleen terugbrengen tot de zoveelste oncontroleerbare mythe, het zou, naar mijn inschatting een bom leggen onder de beschaving.
Men moet het ds. Klaas Schilder nageven; hij stelde een hele simpele vraag, één die men in een missionaire aanpak uiteindelijk ook niet kan verwaarlozen: “Where’s the beef?”. Of hoe hij het verwoordde: “Heeft die ware Kerk ook een postadres?”
In mijn optiek moet een missionaire aanpak, net als ons geloof óók een holistische aanpak zijn. Dat de rationele kant van de zaak misschien bij tijden te veel overheerst heeft, is m.i. zondermeer waar. Maar als ze nu van de wééromstuit verwaarloost zou worden, dan komt het probleem via een achterdeur weer terug.
Ik benoem dit omdat u antwoordde dat u het niet belangrijk vond; daar gaat m.i. een algemeenheid van uit. Als u gezegd had dat het ú niet interesseert, dan was het wat mij betreft iets anders geweest, ik zal een slager ook niet bekritiseren omdat hij niet geinteresseerd is in hoe men brood bakt.
Ik déél overigens uw droom die u daar verder beschrijft. Maar om die te realiseren moet men m.i. toch in het heden beginnen, in de situatie die er nú ligt. De GKv bestaat nu eenmaal, en ze is nú, in de alledaagse werkelijkheid, een verband dat mensen bijelkaar houdt, een soort ‘uitgebreide’ familie. Zelfs in het denkbeeldige geval dat de GKv mórgen onderhandelingen met Rome zou beginnen en men zou eruit komen, dan zal ze n.a.w. als verband blijven bestaan, of we dat nu ‘rite’, ‘persoonlijk ordinariaat van de H. Klaas Schilder’, of persoonlijke prelatuur noemen.
Ik denk dat men alleen overtuigend missionair kan zijn als men eerst een antwoord kan formuleren op de vraag: “Wie zijn wij? Wat willen wij? Waar staan wij voor?”. En dan de verleiding kunnen weerstaan om niet in zalvende maar inhoudelijk niet zoveel zeggende one-liners deze vragen te beantwoorden.
In Christo verbonden,
14/10/2011 op 21:56
Jouw droom is mijn droom! Laten we bidden dat dit werkelijkheid wordt….
In Christus verbonden vraag ik onze Vader of we binnen één groot Huisgezin voor Hem mogen leven en bid ik de Heilige Geest of Hij ons geeft dat we denken, doen, schrijven en spreken wat God wil! Annet.
Kyrie Eleison