1. Preek

Op zondag 10 september ging de preek over een gelijkenis van Jezus uit Matteüs 13:44: ‘De verborgen schat’. Hieronder kun je de preek terugkijken, terugluisteren of teruglezen.

Lees de preek

2. De Thora van Jezus

Het is interessant om even iets te zien van de plek van Matteüs 13 in het geheel van het Matteüs-evangelie. Dat evangelie is namelijk opgebouwd rond vijf grote toespraken van Jezus. Die toespraken worden samen ook wel ‘de Thora van Jezus’ genoemd.

Thora staat voor: de vijf boeken van Mozes (Genesis, Exodus, Leviticus, Numeri en Deuteronomium). Matteüs, die zijn evangelie schreef voor Joodse lezers, heeft zijn evangelie opgebouwd rond vijf grote toespraken van Jezus. Deze toespraken worden steeds ingeleid met een formulering dat Jezus gaat spreken, onderricht gaat geven, en afgerond met een afsluitende opmerking in de trant van: “Toen Jezus dit gezegd had.”

Met deze opbouw wil Matteüs zeggen: er is nu een nieuwe Thora (‘wet’), namelijk het onderwijs van Jezus. Alles wat nodig is om te leven in Gods koninkrijk vind je nu in deze vijf grote toespraken van Jezus.

MatteüsStartSlot
1
5-7
Bergrede
5:2: “Hij nam het woord en onderrichtte hen.”7:28: “Toen ​Jezus​ deze rede had uitgesproken, waren de mensen diep onder de indruk van zijn onderricht.”
2
10
Zendingsrede
10:5: “Deze twaalf zond ​Jezus​ uit, en hij gaf hun de volgende instructies.”11:1: “Toen ​Jezus​ uitgesproken was en de twaalf ​leerlingen​ zijn opdrachten had gegeven.”
3
13 Gelijkenissenrede13:3: “Hij sprak hen uitvoerig toe en vertelde ​gelijkenissen.”13:53: “Toen ​Jezus​ deze ​gelijkenissen​ had uitgesproken, verliet hij die plaats.”
4
18
Kerkrede
18:2: “Hij riep een ​kind​ bij zich, zette het in hun midden neer en zei.”19:1: “Nadat ​Jezus​ deze rede had uitgesproken.”
5
23-25
Toekomstrede
23:1: “Daarna richtte ​Jezus​ zich tot de menigte en tot zijn ​leerlingen​ en zei.”26:1: “Toen ​Jezus​ deze laatste rede had uitgesproken.”

Matteüs heeft zijn evangelie bedoeld als het basisonderwijs voor de jonge christelijke kerken. Hij moedigt de jonge christenen dus aan om in de leer te gaan bij Jezus en zijn woorden (en niet de wet van Mozes) bepalend te laten zijn voor hun leven.

Je zou het Matteüs-evangelie ook kunnen lezen als een ‘handboek voor discipelschap’. Of ook als ‘de thora voor de christelijke kerk’. Zo kunnen we het Matteüs-evangelie ook zien als dé plek om voor het eerst of opnieuw kennis te maken met wat het betekent om Jezus te volgen en in zijn koninkrijk te leven.

3. Matteüs 13

‘Al deze dingen sprak Jezus in gelijkenissen’. Matteüs 13 is hét gelijkenissenhoofdstuk in het Matteüsevangelie. Deze gelijkenissen over het koninkrijk van God worden er door Jezus verteld:

  • Gelijkenis van het zaad en de bodem
  • Gelijkenis van het onkruid tussen het tarwe
  • Gelijkenis van het mosterdzaadje
  • Gelijkenis van het zuurdesem
  • Gelijkenis van de schat in de akker
  • Gelijkenis van de kostbare parel
  • Gelijkenis van het sleepnet
  • Gelijkenis van de huisheer die schatten voortbrengt

Lees voor jezelf het hele hoofdstuk een of twee keer aandachtig door (of luister ernaar via bijvoorbeeld debijbel.nl waar ook een voorgelezen audioversie van de bijbel te horen is, als je ingelogd bent).

  • Wat spreekt je aan? Waar schuurt het?
  • Wat wil je vandaag vooral meenemen uit dit hoofdstuk?

4. De gelijkenis als koan

Jezus spreekt dus veel in gelijkenissen. Maar wat is nu precies het eigene, het specifieke van gelijkenissen. Hoe communiceren gelijkenissen?

Het is boeiend om in dit verband een vergelijking te maken met zogenaamde koans. Een koan is een paradoxale of raadselachtige uitspraak of vraag die wordt gebruikt in de Zen-traditie van het Boeddhisme om de geest te verstoren en het rationele denken te overstijgen. Het is een middel om de gebruikelijke verstandelijke denkpatronen te doorbreken en de leerling te leiden naar een directe ervaring van verlichting.

Een koan is vaak een ogenschijnlijk onlogische of absurde vraag, zoals “Wat is het geluid van één hand die klapt?” of “Toon me je ware gezicht voordat je ouders geboren waren.” Het doel van een koan is niet om een antwoord te vinden op de vraag, maar om de leerling in een staat van concentratie en bewustzijn te brengen, waarin het gebruikelijke denken stopt en een dieper begrip kan ontstaan.

Het beoefenen van een koan vereist geduld, openheid en een bereidheid om voorbij het conceptuele denken te gaan. Het is een uitnodiging om te ervaren wat er gebeurt wanneer we de beperkingen van ons normale denken loslaten en ons overgeven aan de directe ervaring van het moment.

  • Wat leer je van deze beschrijving van koans voor het lezen en interpreteren van de gelijkenissen van Jezus?

5. Lied: De schat in de akker

Christian verwoerd schreef een lied over de schat in de akker. Hieronder kun je het beluisteren. De tekst van het lied vind je hier.