popupkerkamsterdamIn de vorige blogpost gaf ik aan nu wat dieper te willen duiken in het DNA van de kerken voor niet-kerkelijken zoals dat tot uitdrukkung komt in de gekozen waarden: eten, lezen, leven – iedereen is maker.

Dat kan ik het beste doen door eerst maar weer te geven wat de betreffende kerken (samenvattend noem ik ze maar even ‘popup-kerken’) zelf over deze waarden die prominent op de websites staan.

De Popup-kerk Amsterdam

De Amsterdamse Popup-kerk (waarmee het allemaal begon) heeft de kortste teksten:

  • Eten: Eten delen, oud als de wereld en uberhip. Bak een broodje of mix een sap en share.
  • Lezen: We keren de oude teksten van de kerk binnenstebuiten op zoek naar nieuw licht.
  • Leven: Als het niet over ons leven gaat, gaat het nergens over – over ons succes en falen.

Deze uberkorte teksten roepen vooral een sfeer, een gevoel op: openheid, samen delen, op zoek zijn, aandacht voor het échte leven.

De Werkelijkheid Woerden

popupkerkwoerdenDe teksten van Woerdense popup-kerk de Werkelijkheid zijn al wat langer:

  • Eten: In de verhalen over Jezus gaat het vaak over gezamenlijke maaltijden. Kennelijk waren maaltijden belangrijk voor Jezus. Want samen eten is meer dan voedsel naar binnen werken. Het betekent ruimte en rust, om samen het goede van de aarde te genieten, om samen iets te beleven.
  • Lezen: Het verhaal van de bijbel is de achtergrond van onze gesprekken. Hoe verbindt dat verhaal zich aan onze eigen biografie? Sluit het aan of staat het er juist lijnrecht tegenover?
  • Leven: De mooie en de minder mooie kanten. Kortom dat leven wat we wérkelijk leven.

Hier is er een extra waarde toegevoegd, die overigens evenzeer geldt in de Amsterdamse popup-kerk, maar die daar alleen niet direct op de voorkant van de website te vinden is (maar wel – met dank aan Rikko voor deze info – in het dogma van het kunstenaars-experiment StroomWest dat aan de basis stond van de popup-kerken uberhaupt):

  • Iedereen is maker: Alle deelnemers zijn gelijkwaardig en iedereen is in staat om De Werkelijkheid vorm te geven. Zo zien we de gemeenschap niet als een groep consumenten maar juist als próducenten waarbij iedereen de gelegenheid heeft om mee te doen.

Deze iets langere teksten zijn wat meer uitleggend en wat bijbelser georiënteerd. De waarde van het eten wordt bijvoorbeeld besproken vanuit bijbelse verhalen over maaltijden. Boeiend is in elk geval die extra waarde waarin (terecht wat mij betreft) afgestapt wordt van kerkgangers-als-consumenten om hen te identificeren als próducenten. Helemaal goed wat mij betreft, en passend bij de kleine aantallen mensen die samenkomen. Dan kán ook iedereen wat bijdragen. Vanuit het perspectief van bestaande kerken waar grotere aantallen mensen samenkomen, zou ik tussen consumenten en producenten nog de mogelijkheid van deelnemers plaatsen. Of misschien is het zinvol om naast de tweeslag consumenten-producenten ook over de tweeslag toeschouwers-deelnemers te spreken.

Even voor alle helderheid: ik ga hier geen kritiek leveren op deze verhalen. Het zijn wat mij betreft gewoon goede en legitieme verhalen die ik inspirerend vind. Mijn doel is alleen deze verhalen over de waarden ook echt in beeld te krijgen, om vervolgens de vraag te stellen: wat valt hier te leren voor ‘kerken voor kerkelijken’?

Want misschien is het goed om ons te realiseren dat veel zogenoemde ‘kerken voor kerkelijken’ ook heel veel mensen in zich bergen die dan wel in de kaartenbak staan, maar die zich net zo ‘niet-kerkelijk’ voelen als de ‘niet-kerkelijken’ die de doelgroep vormen van de popup-kerken. Denk alleen maar even aan de jongeren in de kerk (zo globaal van 12-18 jaar) die he-le-maal niets hebben met de kerk als instituut en die dus in die zin ook volkomen niet-kerkelijk zijn. En dan zijn er naast deze generatie nog heel veel kerkgangers in andere generaties die uberveel moeite hebben met de kerkelijkheid, waar ze zich ondanks zichzelf toch nog mee verbinden.

Oók daarom is het zo belangrijk om te leren van de ‘kerk voor niet-kerkelijken’.

De Bovenzaal Amersfoort

popupkerkamersfoortHieronder volgen nog de nog weer wat langere teksten van de Amersfoortse popup-kerk De Bovenzaal. Prima teksten alweer. En als je als lezer van deze blogposts mee wilt blijven denken, vind ik dat je ze ook echt even moet hebben gelezen:

  • Eten: Eten ontspant. Eten verbindt. Eten is vooral errug lekker. Oké, dat laatste kan soms ook tegenvallen. Maar we gaan voor kwaliteit. En aan kwantiteit is geen gebrek. Als iedereen maker van het eten is, leert de ervaring dat er genoeg is voor iedereen.
    In Bijbelverhalen en in het leven van Jezus komen veel gezamenlijke maaltijden voor. Kennelijk waren maaltijden belangrijk in het Oosten. Maar wij Westerlingen kennen die ervaring natuurlijk ook wel. Samen eten is echt meer dan voedsel naar binnen werken. Het staat voor ruimte en rust, voor gastvrijheid, gemakkelijke stiltes, goede gesprekken en gezelligheid. We genieten samen van het goede van de aarde en hebben het goed.
  • Lezen: Tijdens de samenkomsten laten we ons leiden en bevragen door oude teksten uit de bijbel. Zo erkennen we dat we als huidige generatie niet op onszelf staan, maar in een lange traditie (en ooit christelijk land) staan. We genieten van het lef om zowel het oude verhaal als ons eigen levensverhaal te onderzoeken. Hoe verbindt dat verhaal zich aan ons eigen leven? Sluit het aan of staat het er juist lijnrecht tegenover? Waar schuurt het? Waar raakt het ons? Kortom: wat kan de waarde van de tekst voor vandaag zijn?
    Na de ontmoetingen in De Bovenzaal leven we onze ontdekkingen uit in het leven van alledag. We checken op die manier of ‘de waarheid’ werkt.
  • Leven: We houden van het leven. We bespreken dat dus ook. Want als onze gesprekken niet over ons leven gaan, gaan ze nergens over. We gaan ervoor dat onze ontmoetingen iets met ons doen. We waken voor luchtfietserij en zweverig gezwets. We inspireren elkaar. We zien graag dat de ontmoetingen in de Bovenzaal een positieve invloed hebben op ons leven van alledag. Van dat leven bespreken we de mooie en de minder mooie kanten.
  • Iedereen is maker: Iedereen maakt de sfeer in de Bovenzaal. Daarom wordt bijvoorbeeld de maaltijd door iedereen voorbereid. Wie deze kerk voor niet-kerkelijken bezoekt, ziet zichzelf niet als een consument die een preek komt halen, of zich laat vermaken. Hij komt juist als producent om sfeer te máken. We geven zin aan onze ontmoetingen, we komen niet samen om onze zin te krijgen.
    Ieders mening en elke gedachte telt. Niemand heeft bij voorbaat gelijk. We zoeken met elkaar naar een waarheid die overeind blijft. Als we iedereen echt maker laten zijn, mag iedereen dus ook rare zinnen, stomme fouten en zelfs slechte grappen maken.
    We staan voor een sfeer van openheid en vertrouwen. Dit lijkt een open deur voor een kerk. De boeiende uitdaging is om met elkaar die deur ook echt open te laten staan.

In een volgende blogpost ga ik verder met de drieslag eten – lezen – leven. Wat is er de kracht van?