wijnIn deze blogposts onderzoek ik het belang en de waarde van een drieslag van praktijken als kern van kerk-zijn. Enkele ‘kerken voor niet-kerkelijken’ hebben als drie kernwaarden ‘eten, lezen, leven’. Zie daarover de vorige blogpost. In de Plantagekerk in Zwolle experimenteren we komend seizoen ook met een drieslag (hier lees je er meer over: Verlangen naar het goede leven) die heel nauw verwant is met het ‘eten, lezen, leven’. Er wordt alleen een wat andere volgorde gekozen en bovendien wordt er een theologisch bron aangeboord die zo niet expliciet aanwezig is bij de ‘kerken voor niet-kerkelijken’.

De vorige blogpost eindigde ik met: “Is het raar als ik ‘lezen’ associeer met Woord, ‘delen’ met Doop en ‘eten’ met Avondmaal? En dan gaat het me niet om de concrete (liturgische en kerkordelijk bepaalde) gestalten en wangestalten daarvan zoals we die in de kerkelijke praktijk van welke traditie ook kunnen tegenkomen, maar om wat ik ook maar weer even het DNA ervan noem. Wat is de essentie, wat is de ziel van de Woord-praktijk, de Doop-praktijk en de Avondmaals-praktijk (maak je even los van associaties met klassieke kerkgebouwen, zwarte pakken, ambtsdragers, formulieren en andere ‘heilige’  gebruiken)?”

Eat, pray, love

Ik heb de indruk dat de waarden van eten, lezen, leven ook een echo zijn van een discussie die enkele jaren geleden werd gevoerd naar aanleiding van de titel van het boek ‘Eat, pray, love’. De gedachte was toe: is dát niet precies waar we als kerk, heel gewoon dichtbij het dagelijkse leven van mensen, mee bezig moeten zijn? Het gesprek werd destijds in alle hevigheid gevoerd, maar daarna is er niet veel meer over vernomen. Misschien had dat ook te maken met de factor ’toevalligheid’: er was daar opeens een bestseller met een aansprekende titel. En dat leidde tot creatieve gedachten en ideeën, maar dat was het dan ook.

Ik denk dat we een stap verder kunnen zetten als zo’n type drieslag niet meer opkomt uit een toevallig boektitel maar meer verworteld is in de christelijke traditie. En zo kom ik bij Woord en sacramenten

Woord en sacramenten

Want als je in beeld wilt krijgen wat de kernpraktijken zijn die christenen doen als ze samen komen (we hebben het dan over de liturgie als het hart van de geloofsgemeenschap), dan zijn daar het Woord en de sacramenten. Ik baseer me daarbij ook direct op de Heidelbergse Catechismus die in Zondag 25 over deze thematiek spreekt. Daar wordt deze vraag gesteld: ‘Waar komt het geloof vandaan?’ Het antwoordt luidt: ‘Van de Heilige Geest, die het geloof in ons hart werkt door de verkondiging van het heilig evangelie en het versterkt door het gebruik van de sacramenten.’ We raken hier ook aan de thematiek van de genademiddelen: dat zijn de middelen die God gebruikt c.q. die wij als mensen gebruiken om te leren geloven en leven, om te groeien in geloof en het goede leven.

Er zijn dan overigens wel meer genademiddelen te bedenken zoals: gebed, geloofsgesprek, ambt, onderricht. In deze blogpost heb ik daar meer over geschreven: ‘Pleidooi voor meer genademiddelen‘. Maar mu beperk ik me tot die kern van drie liturgische praktijken van Woordverkondiging, Doop en Avondmaal. In het vervolg beschrijf ik hoe ik dan de verbinding tussen deze drie en de drieslag ‘samen lezen, samen delen, samen eten’ zie. De volgorde waarin ik steeds het samen lezen, samen delen en samen eten ter sprake breng is dus ook gebasserd op de volgorde van de Catechismus: Woord, Doop, Avondmaal.

Woord: samen lezen

Woord betekent dat er goed nieuws klinkt. Dat er stem wordt gegeven aan het evangelie van Jezus Christus, het evangelie van het koninkrijk. Woord betekent dat we met Jezus Christus te maken hebben die sprekend zijn Vader door zijn Geest ons leven binnenkomt. In de liturgie krijgt dat een specifieke vorm: de verkondiging van het Woord in de prediking, meestal door een geroepen ambtsdrager. Maar dat hoort niet bij de kern van Woord. Woord betekent er komt een boodschap van de andere kant tot klinken.

‘Samen lezen’ is een veel dynamischer formulering waarin deze kern echter ook aanwezig is. Samen lezen betekent dat je teksten uitkiest waaraan je je laaft, teksten waarvan je de verwachting hebt dat ze inspireren, transformeren, prikkelen, confronteren. Dit samen lezen als praktijk heeft tegelijk als doel dat je samen groeit in deugden of kwaliteiten als: ontvankelijkheid, aandachtigheid en nieuwsgierigheid.

Doop: samen delen

Doop betekent dat je door het water heen gaat om te delen in sterven en opstanding van Jezus Christus. En ook: dat je deel uit gaat maken van een nieuwe gemeenschap, het gezin van de Vader. Doop betekent ondergedompeld worden in de drie-enige en van daaruit ook een leven leiden dat een weerspiegeling of een echo vormt van de Drie-enige God die een en al verbondenheid is. In de liturgie krijgt dat een specifieke vorm: er wordt een volwassene of een kind gedoopt, omdat die volwassene of de ouders van het kind de roepstem van Jezus hebben gehoord: volg mij, deel het leven met mij, en ga deel uit maken van een nieuwe gemeenschap!

In het ‘samen delen’ gaat het om het in praktijk brengen van het deel uit maken van de gemeenschap waarvan Jezus het midden is. Jezus heeft zichzelf aan ons uitgedeeld en daarom gaan zijn volgeling ook delen en uitdelen. Primair is dit samen delen het delen van je hart en leven met je broers en zussen zoals dat vorm krijgt in geloofsgesprekken en pastorale ontmoetingen. Samen delen is ook dat je bezittingen (uit)deelt, samen dingen doet, op elkaar betrokken bent. Samen delen is in elk geval dat je met elkaar deelt (van hart tot hart in gesprek bent) over het leven in al zijn grandeur en misère, over het leven zoals het is, vol gebrokenheid en mislukking, vol aanvechting en gelukkig ook vreugde. Dit samen delen heeft tegelijk als doel dat je groeit in deugden zoals: verbondenheid, kwetsbaarheid, gastvrijheid en bewogenheid.

Avondmaal: samen eten

Avondmaal betekent dat je Jezus ontvangt als ware spijs en drank. Avondmaal betekent dat je met Jezus aan tafel zit en belijdt en beleeft dat je werkelijk niet zonder hem kunt. Avondmaal is het feest van vergeving, genezing en bevrijding. Het is: je leven buiten jezelf in Jezus Christus zoeken. Avondmaal is feest vieren, genieten, ontmoeten, eten en drinken terwijl je uitkijkt naar het feestmaal van de bruiloft van het lam. In de liturgie krijgt dat een specifieke vorm van brood breken en wijn inschenken, een tafel vol broers en zussen of een lange rij heiligen wachtend op een stukje brood en een slok uit een beker.

‘Samen eten’ heeft altijd een ondergrondse verbinding met die ene maaltijd van Jezus. Samen eten verbindt en geneest. Samen eten brengt communicatie op gang. Samen eten is genieten van voedsel en drank en elkaars aanwezigheid. Samen eten helpt om te verlangzamen, te ontspannen, te proeven. Samen eten is ook ervaren dat je afhankelijk bent, dat je een lichaam hebt. En wie voedsel zegt, zegt ook: duurzaamheid, rechtvaardigheid, want waar komt ons voedsel vandaan? Dit samen eten heeft tegelijk als doel dat je groeit in deugden zoals: gastvrijheid, afhankelijkheid en rechtvaardigheid.

Liturgie en leven

De gekozen drieslag ‘samen lezen, samen delen, samen eten’ heeft volgens mij de potentie om liturgie en leven met elkaar te verbinden. Zonder meer spreken over Woord, Doop en Avondmaal zou kunnen betekenen dat de directe associaties primair en misschien zelfs uitsluitend liturgisch zouden zijn: Woord, Doop en Avondmaal hebben immers hun plaats in de zondagse samenkomst van de gemeente.

De (werk)woorden lezen, delen en eten zijn veel dynamischer en alledaagser en helpen om deze drie praktijken ook heel snel terug te vinden in het dagelijkse leven. Wat zijn er veel momenten waarop we (samen) lezen, (samen) delen en/of (samen) eten. Het is de bedoeling van deze alledaagse drieslag dat er op een steeds meer bewuste manier een verband wordt gelegd tussen de alledaagse praktijken van lezen, delen en eten aan de ene kant en de zondagse praktijken van samen lezen (Gods Woord open doen en luisteren naar een preek), samen delen (de doop vieren als de inwijding in de geloofsgemeenschap waar we samen delen in het heil van Christus) en samen eten (de maaltijd van de Heer vieren om gevoed te worden met het eeuwige leven).

Dit zal na verloop van tijd leiden tot een andere kijk op en beleving van deze zondagse praktijken, die veel dichter bij het dagelijkse leven blijken te staan dan gedacht. En andersom: het alledaagse lezen, delen en eten en de ervaringen die we daarin opdoen zullen ongedachte verbindingen aangaan met de liturgische praktijken van Woord, Doop en Maaltijd.

Kerk voor mensen

De aanleiding voor dit verhaal wordt mee gevormd door het verschijnsel ‘kerk voor niet-kerkelijken’. Wat kunnen ‘kerken voor kerkelijken’ leren van hun praktijk? Ik vond een verbinding en heb daar wat verder over nagedacht nu. Ik beweer dus niet dat het bovenstaande verhaal het verhaal achter ‘eten, lezen, leven’ van de pop-upkerken is. Wel lijkt het me heel boeiend om van die kant een diepgaander (spiritueel-theologisch) verhaal te horen wat nu juist déze drie waarden zo wezenlijk maakt.

Maar uiteindelijk moeten we wellicht ook niet op zoeken naar een kerk voor niet-kerkelijken of voor kerkelijken, maar een kerk voor ménsen, mensen die allemaal uiteindelijk aangelegd zijn op de God die mensen leert hun leven te zoeken en vorm te geven in de drie kern-praktijken die we ook zo helder terugvinden in het leven van Jezus.

Er is nog veel meer over te zeggen en te denken. Maar nu niet meer. De vakantie komt eraan en daarmee ook een zomerstop op dit weblog. Na de zomerstop (van nu tot 6 augustus) pak ik de draad weer op met een deel 5 in deze serie.