“Het leven van de volgeling komt daarin tot uiting, dat niets tussen Christus en hem treedt, niet de wet, niet de eigen vroomheid, maar ook niet de wereld. De volgeling ziet altijd slechts Christus. Hij ziet niet Christus én de wereld.

Hij komt helemaal niet tot dergelijke overwegingen, maar volgt in alles Christus alleen. Zo is zijn oog zuiver. Het rust geheel en al op het licht dat het van Christus ontvangt en heeft geen duisternis of dubbelzinnigheid in zich.

Zoals het oog zuiver, helder en rein moet zijn, opdat het lichaam in het licht blijft, zoals voet en hand nergens anders vandaan licht ontvangen dan van het oog, zoals de voet struikelt of de hand zich vergist, wanneer het oog dof is, zoals het gehele lichaam in de duisternis is, wanneer het oog het licht verliest, zo is de volgeling slechts zolang in het licht, als hij enkel en alleen op Christus ziet en niet verder op dit of dat; zo moet het hart van de discipel alleen op Christus gericht zijn.

Dietrich Bonhoeffer

[Van 1 april tot en met 20 mei elke dag een inspirerend citaat over de Bergrede]