Wat is er aan de hand in de theologie? Naar aanleiding van de start van contemplatio.nl attendeerde iemand me erop dat de kort geleden opgerichte Vereniging voor Theologie tijdens haar eerste congres aan de slag gaat met het thema: Een contemplatieve wending in de theologie? Dat is wat mij betreft heel boeiend en heel leerzaam!

Mijn eigen fascinatie voor contemplatie heeft in de loop van de jaren vooral langs praktische weg vorm en inhoud gekregen. Ik was (en ben nog steeds) geboeid door de lectio divina als eigen manier van bijbellezen (ook wel genoemd: ‘contemplatief bijbellezen’). Die manier van bijbellezen ziet in de omgang met de Schrift per definitie een uitnodiging tot contemplatie.

Even een losse omschrijving van contemplatie: aandachtig aanwezig zijn in Gods aandachtige Aanwezigheid. Contemplatie wordt ook wel zo gedefinieerd: een lange, liefdevolle blik gericht op God. Contemplatie heeft altijd ook te maken met een diepe erkenning van de waarde van het Woord terwijl contemplatie zich toch ‘voorbij de woorden’ afspeelt.

In die zin is de combinatie van theologie met contemplatie een heel boeiende en uitdagende: theologie heeft de neiging zich te verliezen in een veelheid aan woorden terwijl contemplatie zich juist aan de woorden voorbij afspeelt.

In de toelichting op het gekozen thema van de Vereniging voor Theologie wordt onder meer dit gezegd:

Er is een toenemend bewustzijn dat theologisch spreken en denken mede door de moderniteit in allerlei opzichten intellectueel, abstract en cognitief is geworden. Onder invloed van twintigste-eeuwse ideologiekritiek, maar ook ontwikkelingen in de cultuur en de herontdekking van het geleefde geloof als bron van theologie kwam de cognitieve en intellectuele oriëntatie van de theologie steeds meer onder kritiek te staan. Inmiddels is er een oecumenisch breed spectrum van theologische ontwerpen ontstaan waarin contemplatie, gebed en rite een constitutieve plaats krijgen in de theologie. (…)

Voor de systematische theologie is de vraag bijvoorbeeld wat het voor haar betekent dat ze verbonden is met contemplatie. Wat verandert er daadwerkelijk systematisch-theologisch als je het geleefde geloof als een bron voor de theologie beschouwt? (…) Ook in de praktische theologie doet zich een ritual turn voor. Hoe verhoudt zich die tot die in andere velden van theologische reflectie? Biedt een ritual turn ook nieuwe kansen voor het interdisciplinaire gesprek tussen subdisciplines? (…)

Ik pak hier even twee zaken uit op.

  1. De cognitieve en intellectuele oriëntatie van de theologie komt steeds meer onder kritiek te staan. Dit is een belangrijk punt voor theologie en kerk zijn. Theologie, met name de academische beoefening ervan, is sterk in die cognitieve en intellectuele oriëntatie. En dat zie je ook veel terug in het (protestantese) kerkelijke leven waarin prediking, verkondiging en onderwijs nog altijd hoge ogen gooien en gezien worden als fundamenteel en belangrijk. Zonder dat laatste te ontkennen is duidelijk dat er veel meer aandacht moet gaan naar de andere twee elementen uit een drieslag die ik vooral heb geleerd van mensen als James Smith en Dorothy Bass en anderen: Overtuigingen (Beliefs), Verlangens (Desires) en Praktijken (Practices). Wat genoemd wordt een ‘Contemplatieve wending in de theologie’ zal dus ook vooral gaan over de mens als verlangend wezen die zijn of haar leven voltrekt in praktijken.
  2. Ook in de praktische theologie doet zich een ritual turn voor. Hier wordt gesproken over een ‘ritual turn’. Nu zijn er in de voorbije tijd nogal wat ’turns’ geweest (allemaal in het Engels): ‘critical turn’, ‘hermeneutical turn’, ‘linguistic turn’, ‘subjective turn’, ‘turn to experience’ en ‘ecclesial turn’. Nu lijkt het programma van het congres zich toch wat af te wenden van het contemplatieve moment omdat in de toelichting op het programma vooral vaak over de ‘ritual turn’ wordt gesproken. In de Engelse versie van de toelichting op het programma komt wel één keer de uitdrukking ‘contemplative turn’ voor. Ik ben nu vooral benieuwd eigenlijk hoe zich deze ’turns’ tot elkaar verhouden. In mijn beleving behelst een ‘ritual turn’ een veel bredere thematiek dan een ‘contemplative turn’. Ik zou contemplatie niet een ‘ritueel’willen noemen maar als de uitdrukkingen ‘ritual turn’ en ‘practical turn’ niet heel veel van elkaar verschillen, dan zou ik zeggen dat contemplatie een heel specifieke praktijk is met een heel eigen gezicht. Oftewel: zal het tijdens het congres echt gaan over contemplatie en een contemplatieve wending in theologie en kerk? Of zal de thematiek toch veel breder zijn?

Hoe dan ook: ik vind het fascinerend dat er gesproken wordt van een contemplatieve wending in de theologie. Precies ook omdat het initiatief van contemplatio.nl gaat over een (gewenste of zich al voltrekkende?) contemplatieve wending in het kerkelijke leven (oftewel: ‘contemplatieve vernieuwing van de kerk’).

Zelf probeer ik al langere tijd de contemplatieve dimensie van kerk zijn, theologie, spiritualiteit, homiletiek en ethiek woorden te geven (eerder sprak ik vaker over spirituele dimensie, daar is ook niks mis mee, maar het verbijzondert zich nu wel in de richting van het contemplatieve). Dat ging vaak ook gepaard met aandacht voor de lectio divina waarbinnen de contemplatie een belangrijke dimensie is. Ik schreef onder meer deze bijdragen in de voorbije jaren: