Onderstaande preek heb ik op zondag 21 februari 2021 gehouden in de Opstandingskerk in Zwolle.
We lazen Galaten 2:19-20 en Matteüs 5:3-10. Je kunt de preek ook terugluisteren:
Galaten 2:19-20
Want ik ben gestorven door de wet en leef niet langer voor de wet, maar voor God. Met Christus ben ik gekruisigd: ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft prijsgegeven.
Matteüs 5:3-10
‘Gezegend wie nederig van hart zijn,
want zij zullen het koninkrijk van de hemel binnengaan.
Gezegend mensen die treuren,
want zij zullen getroost worden.
Gezegend mensen die zachtmoedig zijn,
want zij zullen het land bezitten.
Gezegend mensen die hongeren en dorsten naar gerechtigheid,
want zij zullen verzadigd worden.
Gezegend mensen die barmhartig zijn,
want zij zullen barmhartigheid ondervinden.
Gezegend mensen die zuiver van hart zijn,
want zij zullen God zien.
Gezegend mensen die vrede stichten,
want zij zullen kinderen van God genoemd worden.
Gezegend mensen die vanwege de gerechtigheid vervolgd worden,
want zij zullen het koninkrijk van God binnengaan.’
Preek ‘Ikzelf leef niet meer…’
Lieve mensen, we willen vanmorgen luisteren naar die acht ‘gelukkigprijzingen’ van Jezus.
Ik heb ze uitgekozen om vandaag uit te preken, omdat het volgens mij één van de mooiste uitdrukkingsvormen is van wat Paulus later in Galaten zegt:
Ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij.
Dat vind ik altijd weer een geweldig mooie uitspraak. Je kijkt er Paulus echt in zijn hart. Hij heeft Jezus ontmoet, nadat hij Jezus vervolgd had en er is een geweldige omwenteling gekomen in zijn leven. Een heel groeiproces naar Christus toe en misschien is dit wel een van de hoogtepunten waarin Paulus dat formuleert.
Ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Want ik ben gestorven door de wet en leef niet langer voor de wet, maar voor God. Met Christus ben ik gekruisigd:
In de veertigdagentijd die begonnen is, dit is de zesde zondag voor Pasen, is dat een zin die mee kan gaan:
Met Christus ben ik gekruisigd:
Ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij.
Maar dan kunnen we de vraag stellen: Hoe ziet dat er dan uit? Want misschien vind je het ook een heel mooie uitspraak:
‘Ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij.’
Maar ik kan me ook voorstellen dat je zegt: Ja, op zich een mooie zin, maar ik snap dat niet zo goed. Hoe ziet dat er concreet uit? Wat gebeurt er dan in je leven?
Nou, ik denk dat de acht zaligprijzingen van Jezus op een prachtige manier duidelijk maken hoe dat het er dan uitziet.
Ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij.
Dus daarom wil ik bij die acht zaligprijzingen stilstaan en ze je meegeven in de veertigdagentijd; in de hoop dat je de weg voor je ziet, die ‘kruisvormige weg’.
Het is een achtvoudige weg. Acht zaligprijzingen en tegen de achtergrond van wat Paulus zegt noem ik het een kruisvormige weg om te gaan.
Dan is het belangrijk om te proeven wat het karakter is van die eerste zinnen van de Bergrede.
Bij die wereldberoemde toespraak van Jezus kan snel het misverstand op de loer liggen, dat je denkt dat je opnieuw geboden aangereikt krijgt: Ik moet nederig zijn, ik moet zachtmoedig zijn, ik moet treuren, ik moet verlangen naar gerechtigheid.
Maar het is een grote vergissing om te denken dat Jezus hier nieuwe geboden geeft, waar wij ons aan moeten houden, als we tenminste heilig willen leven.
Het zijn geen geboden. Het zijn ‘gelukkigprijzingen’. Dat is heel wat anders.
We zijn hier niet in de Sinaïwoestijn, op de berg van de tien geboden van het Oude Testament. We zijn hier in de Meer-van-Galilea-oase, op de Berg van de Zaligprijzingen van het Nieuwe Testament.
Jezus zegt hier echt iets nieuws! En hij begint dat te zeggen door het woord ‘gelukkig’ te gebruiken. ‘Gelukkig ben je. Gelukkig zijn mensen.’ Dus dat is wat Jezus op het oog heeft. Hij heeft ‘geluk’ op het oog.
Het mooie vind ik dat het psalmenboek met precies hetzelfde woord begint in Psalm 1:
‘Gelukkig de mens die zich verdiept in de wet van God, dag en nacht. Zijn leven zal tot bloei komen.’
Dat is precies de sfeer van de gelukkigprijzingen van Jezus. Gelukkig ben je. Je bent een boom geplant aan waterstromen. Je komt tot bloei en alles wat je doet lukt.
Het Griekse woord dat hier gebruikt wordt is makarios. Dat woord wordt hier vertaald met ‘gelukkig’. Maar het wordt ook wel vertaald met ‘zalig’ of ‘welzalig’. Maar je zou het ook nog op een andere manieren kunnen vertalen, namelijk met ‘gezegend’. Of met: ‘Je bent goed op weg als…’ Of: ‘Je leven komt tot bloei als…’
‘Je leven komt tot bloei als je nederig bent.’
‘Je leven komt tot bloei als je treurt.’
Ik pak vooral even dat woord ‘gezegend’ op. Want nogmaals, we ontvangen hier geen geboden waar we ons aan moeten houden. We ontvangen hier zegeningen. Acht zegeningen van Jezus zelf. En ik lees ze nog een keer voor, maar dan vanuit het woord ‘gezegend’.
‘Gezegend mensen die nederig van hart zijn,
want zij zullen het koninkrijk van de hemel binnengaan.
Gezegend mensen die treuren,
want zij zullen getroost worden.
Gezegend mensen die zachtmoedig zijn,
want zij zullen het land bezitten.
Gezegend mensen die hongeren en dorsten naar gerechtigheid,
want zij zullen verzadigd worden.
Gezegend mensen die barmhartig zijn,
want zij zullen barmhartigheid ondervinden.
Gezegend mensen die een zuiver hart hebben,
want zij zullen God zien.
Gezegend mensen die vrede stichten,
want zij zullen kinderen van God genoemd worden.
Gezegend mensen die vanwege de gerechtigheid vervolgd worden,
want zij zullen het koninkrijk van God binnengaan.’
Als je dát op je in laat werken, dan komt het beeld van Jezus daarin naar voren. Dit is Jezus! En dan verbind ik het weer met het woord van Paulus die zegt:
Ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij.
En hoe leeft Christus dan in jou? Zó, zoals Jezus het hier onder woorden brengt: Gezegend ben je als je nederig bent, als je zachtmoedig bent, als je verlangt naar gerechtigheid, als je zuiver van hart bent.
Het zijn geen geboden waar je je aan moet houden. Het zijn zegeningen waarvoor je je openstelt. Het zijn geen in steen gebeitelde eisen, maar door Jezus stemgegeven uitnodigingen om die achtvoudige weg van het koninkrijk te gaan.
Kijk, als je ze hoort als: je moet nederig zijn, je moet zuiver van hart zijn, je moet vrede stichten, dan kom je eigenlijk meteen op doodlopend spoor terecht. Want je voelt wel aan: dat gaat het niet worden.
Maar het zijn geen geboden. Het zijn zaligsprekingen, of zoals de katholieken het wel zeggen: het zijn ‘zaligheden’. En ze smaken ook lekker! Het zijn zaligheden die Jezus ons aanreikt en die een diep appèl op ons doen, op een verlangen naar een leven dat goed is en dat klopt met het koninkrijk van God.
Het is dan ook wezenlijk om even speciaal te kijken naar de tweede helft van deze acht uitspraken. Want telkens wordt gezegd: ‘Gezegend mensen die…, want zij…’
Wat gebeurt er nou in die tweede helft? Als je daar goed naar kijkt, dan zie je dat er in deze gelukkigprijzingen wordt gezegd: ‘want zij zullen het koninkrijk van God beërven’ / ‘want voor hen is het koninkrijk van de hemel.’ En bij de achtste gelukkigprijzing opnieuw: ‘want voor hen is het koninkrijk van de hemel.’
En daarmee zet Jezus meteen de toon. Want deze Bergrede gaat helemaal over het koninkrijk van God op aarde zoals in de hemel. Als je in het koninkrijk wilt leven, in de sfeer van de Geest van Jezus, dan is dit de weg die Jezus je wijst.
De eerste en de achtste gelukkigprijzing zeggen dus allebei: ‘want voor hen is het koninkrijk van de hemel’ en als je die zes daartussenin ook leest, dan ontdek je dat het eigenlijk alleen maar andere woorden zijn om hetzelfde te zeggen: Zó wordt Gods koninkrijk zichtbaar in jouw leven.
Laat ik het even in vraagvorm zeggen: Hoe wordt Gods koninkrijk zichtbaar in je leven? Als je getroost wordt. Getroost worden is een manier waarop het koninkrijk van God zichtbaar wordt in jouw leven. Je gaat het land bezitten, het Beloofde Land, alles wat Jezus aan ons wil geven. Dát is het koninkrijk van God.
En je wordt verzadigd. Als je hongert en dorst naar gerechtigheid, dan word je daar vol van. Dát is het koninkrijk van God.
En je ontvangt barmhartigheid. Dát is het koninkrijk van God.
Je ziet God zelfs: Gezegend mensen die zuiver van hart zijn, want zij zullen God zien. En dan ontdekken we ook dat het ‘God zien’ er niet over gaat dat je later naar de hemel gaat, maar dat is nu! Waar jij God ziet, dáár is het koninkrijk van God.
Andersom gezegd: Waar is het koninkrijk van God?
Waar je ogen opengaan voor de aanwezigheid van God in jouw leven.
En de zesde gelukkigprijzing: Je wordt kind van God genoemd. Dát is het koninkrijk van God. Als jij die naam hoort: Jij ben jij een kind van God. Jij bent een geliefde zoon van God. Jij bent een geliefde dochter van God. Dán gaat daarin het koninkrijk van God voor jou open. En Jezus wil niets liever dan dat.
En als we dan teruggaan naar die eerste helft van die acht uitspraken, dan zegt Jezus eigenlijk: Als jij die weg van nederigheid gaat, dan zal daarin het koninkrijk van God tevoorschijn komen. Als jij zuiver van hart bent, dan zal daarin het koninkrijk van God tevoorschijn komen. Als jij hongert en dorst naar gerechtigheid, dan komt daarin het koninkrijk van God tevoorschijn.
Acht zaligprijzingen zijn het dus. En opnieuw resoneert die uitspraak van Paulus:
‘Ikzelf leef niet meer’
(We voelen wel aan dat dit niet iets is waar we zelf voor zouden kiezen. Hier komen we niet op, om op zo’n manier te leven. Dat moet echt tegen ons gezegd worden door Jezus)
‘Ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij.’
In al die acht uitspraken herkennen we Christus. En we herkennen het dat hier een kruisvormige weg voor ons wordt uitgetekend. Jezus zegt, hij nodigt je uit: Ga deze weg, want ik leef in jou. En als ik in jou leef, dan is dit wat er gebeurt.
Ik wil tenslotte nog twee dingen zeggen.
Allereerst wil ik die acht zaligprijzingen of gelukkigprijzingen nog vertalen naar acht kernwoorden. Soms helpt het om een aantal kernwoorden te hebben waaromheen je je leven kunt inrichten. Het zijn acht kernwaarden van het koninkrijk van God. Als jij in het koninkrijk van God wilt leven, laten dit dan jouw kernwaarden zijn:
1 Nederigheid
‘Gelukkig wie nederig van hart zijn.’
2 Kwetsbaarheid
‘Gelukkig de treurenden.’
Want daarmee bedoelt Jezus: Kom maar tevoorschijn met wat er moeilijk is in je leven.
3 Zachtmoedigheid
‘Gelukkig mensen die zachtmoedig zijn.’
4 Integriteit
‘Gelukkig wie hongeren en dorsten naar gerechtigheid.
Het gaat hier niet allereerst om gerechtigheid in deze wereld te doen, maar om een gerechtigheid die diep vanbinnen zit. Een innerlijke goedheid. Het gaat over de integriteit.
5 Barmhartigheid
‘Gelukkig mensen die barmhartig zijn.’
Dat is vergevingsgezindheid.
6 Zuiverheid
‘Gelukkig mensen die zuiver van hart zijn.’
7 Vredelievendheid – ‘Gelukkig wie een vredestichter is.’
Gelukkig mensen die vrede brengen.’
8 Standvastigheid
‘Gelukkig mensen die vervolgd worden vanwege de gerechtigheid.’
Want standvastigheid wordt aangevochten. Het is een kruisvormige weg die we gaan en het is zo goed om dat te ontdekken of te herontdekken nu we weer samen op weg gaan naar Pasen.
Want als je ingaat op de uitnodiging van Jezus om deze weg te gaan, dan zul je merken dat het koninkrijk van God in jouw leven tevoorschijn komt.
En dan nu nog het laatste wat ik wil zeggen.
Een tijdje geleden heb ik een aantal mensen gevraagd: Als je die acht zaligprijzingen zo leest, welke spreekt jou dan op dit moment het meeste aan? Daar kwamen heel veel antwoorden op. Er sprongen er twee uit en die reik ik je even in het bijzonder aan:
- Gelukkig de treurenden
Dat helpt je om om te gaan met de kwetsbaarheid van je leven, van wat er echt moeilijk is in je leven, van tegenslag en ook frustratie. Bij Jezus mag dat er zijn. Gelukkig ben je als je treurt. Treur er maar over. Je hoeft het niet weg te duwen. Laat het er zijn in alle kwetsbaarheid. Ik denk dat heel veel mensen naar die weg van de kwetsbaarheid verlangen. Want dat is de weg waarop Jezus je gelukkig prijst.
- Gelukkig de vredestichters
We verlangen naar vrede in een samenleving die heel erg gepolariseerd is. Dat was tenminste de toelichting die erbij werd gegeven. We verlangen naar heelheid, we verlangen naar sjalom, we verlangen naar de vrede van Christus.
En het mooie is als, we zo meteen het avondmaal vieren, dat Jezus als die vredestichter naar ons toe komt. Als we het avondmaal vieren dan gebeurt er ook wat Paulus zegt:
‘Ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij.’
Het brood komt binnen en de wijn of het druivensap komt binnen, Christus komt in mij.
Christus leeft in mij. Hij is een vredestichter. Hij is voor ons de vredestichter die vrede heeft gemaakt met God, door het bloed aan het kruis.
Zo hoop ik dat wij allemaal op onze eigen plek in willen gaan op de uitnodiging van Jezus, om die achtvoudige weg te gaan en dan te ontdekken dat het koninkrijk van God tevoorschijn komt in jouw leven.
02/03/2021 op 11:00
Dank je wel.
Het is de weg gaan van de Liefde; de weg van Jezus; de weg van het Koninkrijk.
In de zaligsprekingen herkennen we de Vrucht van de Geest.
Het Werk van de Geest van Jezus in mij.
Ja, Jezus leeft in ons!
07/03/2021 op 14:45
Dank voor preek, past bij boek wat ik zojuist las: Jezus uitstralen.