Preek zondag 5 november 2023: ‘Wie vrede zaait, zal vrede oogsten’ (Matteüs 13:1-23)

Lieve mensen,

We gaan zo luisteren naar wat rabbi Jezus tegen ons wil zeggen door de gelijkenis van het zaad.

1

Maar voordat we dat doen, wil ik eerst samen met jullie luisteren naar twee rabbijnen, nu we met z’n allen zo geschokt en in de war zijn over wat er aan het gebeuren is in Gaza en Israël, in die vreselijke oorlog. En er komt zo ook nog een imam langs.

Afgelopen maandag 30 oktober 2023 schreef rabbijn Lody van de Kamp een column waarin hij iets aanraakte wat mij al bezighield, namelijk dat wij hier in Nederland op alle mogelijke manieren partij schijnen te moeten kiezen en daarover onze mening te moeten ventileren.

Rabbijn van de Kamp schrijft: “Ook bij eerdere conflicten en oorlogen tussen Israël, zijn buurlanden en Palestina heb ik mij altijd afgevraagd wat diegenen die zich hier in Nederland zo uitspreken over het gelijk van de een dan wel van de ander, eigenlijk voorstaat. Is het de wens bij te dragen aan vrede? (…) Het conflict in Palestina en Israël wordt uitgebreid met de confrontaties in Nederland op straat, binnen de gemeenschappen en ook daarbuiten. (…) Er zijn veel zorgen, veel verdriet, er is behoefte aan steun en troost. Willen wij echt bijdragen aan de vrede? Willen wij die vredesduiven echt laten vliegen? (…) Kijk elkaar in Nederland dan in de ogen. En vraag elkaar wat ik voor jou en jij voor mij kunt betekenen. Wat raketten, bommen en tanks daarginds na 75 jaar nog steeds niet hebben klaargespeeld, kunnen onze naar elkaar uitgestoken handen hier in Nederland wel bereiken. (…) Kijk elkaar in de ogen. Hier waar dat kan. Als levend voorbeeld van de vredeswens.”

Afgelopen zondag 29 oktober reikte rabbijn Awraham Soetendorp Jongerenimam Shamier Madhar de hand. Een moment van goedheid. Een handdruk vol vrede. Een zaadje dat gezaaid wordt.

En in een kranteninterview gisteren zei rabbijn Awraham Soetendorp , nadat hij iets verteld had over een korte ontmoeting met Martin Luther King twee maanden voordat die werd vermoord in 1968: “Wij hebben mensen nodig die in staat zijn de droom van vrede en rechtvaardigheid zo sterk en groot te maken, dat iedereen daarin kan delen. Leiders die de gedeelde droom, die we vinden in de Koran, in de Bijbel, in het Nieuwe Testament, werkelijkheid te maken. (…) Verwoesten kan in korte tijd. Zes uur lang kon Hamas zijn gang gaan op 7 oktober. Als er een ontploffing is, ziet iedereen dat. De schok is groot. Maar een moment van goedheid kan zo onzichtbaar zijn. Toch zijn al die momenten samen een reservoir van hoop.” Soetendorp verlangt naar vrede.

2

Vrede. Vrede op aarde. Vredestichter zijn. Dat Christus onze vrede is – daar wil ik het de komende preken en weken graag over hebben. Ik wil die vrede – de shalom waar de bijbelse geschriften zo vol van zijn, de vrede die het kloppende hart is van het koninkrijk van God dat een vrederijk is – ik wil die vrede op onze agenda zetten als gemeente van de Plantagekerk, als gemeenschap van vrede. Want zijn wij niet op aarde om vrede te stichten? Was Jezus niet op aarde om vrede te stichten, om verzoening te brengen, om heil en redding uit te delen?

De boodschap van Jezus ging over het koninkrijk en over bekering. “Het koninkrijk van God is nabij. Kom tot inkeer.” Daar gingen de preken in september en oktober over. De laatste van de vijf preken ging over: “Gelukkig de vredestichters”. En van daaruit wil ik nu graag met jullie dat spoor verder volgen in november en december.

Vrede. Vrede op aarde. Vredestichter zijn. Dat Christus onze vrede is. Dat is de kern van het evangelie en tegelijk een van de diepste verlangens van alle mensen. Het evangelie is een woord van vrede.

3

En dan zijn we bij de gelijkenis van rabbi Jezus. Het woord vrede komt er niet in voor. Jezus heeft het over ‘het woord van het koninkrijk’. Dat is het zaad. Maar dat is best een wat abstracte uitdrukking. ‘Het woord van het koninkrijk’ – wat moeten we ons daarbij voorstellen?

Het gaat in elk geval om alles wat Jezus zegt. Elke uitspraak van Jezus is een ‘woord van het koninkrijk’, een woord waarmee Jezus ons uitnodigt en uitdaagt om onze ogen open te doen voor die nieuwe wereld die Hij al voor zich ziet, een rijk van vrede en gerechtigheid.

Bijvoorbeeld Matteüs 5 vers 9: “Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.” Dat is zo’n ‘woord van het koninkrijk’. Een zaadje. Heel klein. Daar wordt het concreter, dat Jezus je aankijkt en tegen je zegt: “Word een vredestichter. Word iemand die in een conflict, in een ruzie, temidden van geweld en gescheld, het hoofd koel en het hart warm houdt en bij zichzelf zegt: ik wil leven in Gods koninkrijk, ik wil meedoen in de vredesbeweging van Jezus, ik wil hier en nu – ondanks mijn natuurlijke neiging om terug te slaan, te schelden, boos te worden, mijn eigen gelijk te halen – ik wil een vredestichter zijn.”

Een zaadje. Het wordt gezaaid in jouw leven. Ook nu. En eerder al. En deze gelijkenis van Jezus stelt nu aan jou de vraag: waar is dat zaadje geland? “Gelukkig de vredestichters.”

Op de weg? En is het allang weer weggeroofd door hem, die het kwaad zelf is en die alleen maar chaos en oorlog en onvrede en ontevredenheid wil? Heeft het geen enkel effect in je leven gehad?

Of is het op rotsachtige grond terechtgekomen? Je hoorde het, je was er zelfs blij mee, maar het heeft geen wortel geschoten. Het was van korte duur. Terecht gekomen in de ondiepte.

Of kwam het tussen de distels terecht? Je hoorde het, je nam het mee in je hart, maar de zorg om het dagelijks bestaan en de verleiding van de rijkdom en het nieuws in de journaals en de volle agenda en de druk om te presteren op je werk en alles wat je in je vrije tijd wilde doen en ook de tegenslagen en teleurstellingen die er waren – dat woord van het koninkrijk is allang weer verstikt. Het heeft geen vrucht gedragen.

4

En zo vertaal ik die gelijkenis van Jezus dan persoonlijk, gericht op jou als individu. Maar die akker waar gezaaid wordt, is niet alleen jouw individuele leven. Het is ook de gemeente – wij samen. We zitten hier niet alleen maar voor ons persoonlijke heil of welbevinden – we worden ook samen aangesproken als gemeente, als Plantagekerk, als lokale geloofsgemeenschap.

Landt dit woord van het koninkrijk over vrede stichten op de weg? Hij die het kwaad zelf is heeft het al weer weggeroofd? Landt het op rotsachtige grond? Is er geen diepte in onze gezamenlijkheid waar het kan landen en wortelschieten? Landt het tussen de distels van een gemeenteleven dat vooral gekleurd wordt door alles wat geregeld en gedaan moet worden om de kerk draaiende te houden? Of door allerlei discussies die we vinden dat we moeten voeren?

Ja, waar landt het woord van het koninkrijk? Die vraag stelt Jezus aan ieder van jullie persoonlijk, en ook aan ons samen als kerk.

5

Maar er is ook de goede grond! Kijk, Jezus wil ons aan het denken zetten. Hij wil ons tot inkeer brengen. En dan helpt zo’n gelijkenis, met die drie verschillende soorten grond waar het zaad terecht komt, om ook even te schrikken, als je in alle eerlijkheid moet vaststellen dat je het best wel herkent: dat het zaad dat gezaaid wordt op de weg komt, op rotsachtige grond, tussen de distels.

Heeft dat woord van het koninkrijk wel effect? Gebeurt er wel wat met dat woord? Komen er ook vruchten? Worden we daadwerkelijk vredestichters, mensen die aangeraakt door Jezus en geïnspireerd door zijn Geest een sterk verlangen hebben om vrede te brengen?

Die goede grond – ik kan me voorstellen dat je nu wel zou willen ontdekken hoe die goede grond eruit ziet. Hoe die grond goed wordt. Daar spreekt Jezus niet echt over in de gelijkenis. Het zit er meer impliciet in. Maar ik vind dat best een belangrijke vraag: die goede grond, waardoor is die dan goed geworden?

Nog concreter: wat deden landbouwers in de tijd van Jezus om te zorgen voor goede grond waarin ze gerust het zaad konden zaaien? Nou dit: de grond omploegen, onkruid weghalen, stenen verwijderen, bemesten, water geven en allemaal van dat soort dingen. Zodat de vierkante meters landbouwgrond die je tot je beschikking hebt, geschikt zijn om er zaad in te zaaien. Goede grond.

En als we dat vertalen naar onze menselijke werkelijkheid dan gaat het bijvoorbeeld over het ontwikkelen van een goede luisterhouding, over leren om ontvankelijk te zijn, over een binnenwereld waar steeds opnieuw ruimte wordt gemaakt voor het woord van het koninkrijk, over het koesteren en voeden van een verlangen om Gods stem in je leven te horen. Hoe ben jij daarmee bezig?

Maar ook weer breder: hoe zijn wij daar als gemeente mee bezig, met onszelf steeds opnieuw klaarmaken om woorden van Jezus te ontvangen? Daar is rust voor nodig, ruimte, het water van de Geest, de adem van God. Leren om luisterend en ontvankelijk aanwezig te zijn op die momenten dat het woord van het koninkrijk wordt gezaaid.

6

En weet je: Jezus geeft ons aan het einde van zijn gelijkenis eigenlijk een driestappenplan. En voordat je afhaakt – ik weet dat er best veel mensen zijn die een hekel hebben aan stappenplannen: alsof het allemaal maakbaar is, alsof alles keurig volgens een vast patroon verloopt, alsof je groei en verandering kunt afdwingen als je maar de juiste dingen doet in de goede volgorde. ‘In zeven stappen naar een leven vol vrede!’

Als je zo iemand bent die een hekel heeft aan stappenplannen, dan toch het vriendelijke verzoek om nog even aangehaakt te blijven. Dit stappenplan zou je leven namelijk echt kunnen veranderen. Dit stappenplan komt van Jezus die een intens verlangen heeft dat jij zijn koninkrijk binnen gaat, een nieuwe wereld vol van de vrede van God. Een wereld waar dit waar is: ‘Wie vrede zaait, zal vrede oogsten’. Want let op: die zaaier uit de gelijkenis, dat is niet alleen Jezus. Dat ben ook jij.

Het driestappenplan klinkt zo: “Het zaad dat in goede grond is gezaaid, dat zijn zij die het woord (1) horen en (2) begrijpen. Zij zijn het die (3) vrucht dragen, deels honderdvoudig, deels zestigvoudig, deels dertigvoudig.”

1 Horen. Zorg dat er momenten in je leven zijn die dat mogelijk maken, momenten waarop je daarmee bezig bent: dat je woorden van Jezus hoort. Dat die woorden tot klinken komen. We leven in een wereld die tot de nok toe gevuld is met woorden die we kunnen horen. Maar hoeveel van die woorden zijn nu van Jezus? Hoeveel van die woorden gaan nu over het koninkrijk van God? Dus zorg dat je op plekken bent en dat je momenten hebt waar er wat van Jezus te horen valt. En hoe je het ook wendt of keert: dit wat we nu aan het doen zijn, is zo’n plek, zo’n moment. Hier oefenen we ons in horen, in (zoals Lucas het zegt in zijn weergave van deze gelijkenis) ‘met een goed en eerlijk hart luisteren’.

2 Begrijpen. Jezus stapt niet meteen over naar vruchtdragen. Er is een tussenstap. Begrijpen. Lucas gebruikt het woord ‘koesteren’. En Marcus het woord ‘aanvaarden’. Dat is dus een heel belangrijke tweede stap. Horen alleen leidt niet tot verandering. Het is nodig dat het gehoorde woord dieper landt: dat je het begrijpt, aanvaardt, koestert. Het moet tijd krijgen om te wortelen, in de stilte, in de vertraging. En het helpt dus niet als het allemaal snel-snel moet. En de gedachte ‘ik weet dit eigenlijk allemaal al wel’ gaat ook niet het verschil maken. Begrijpen, aanvaarden, koesteren – het gaat erom dat woord bij je binnenkomt, dat het je raakt, dat het verduurzaamt in je denken en je voelen en je leven.

3 Vruchtdragen. Dat betekent dat er iets nieuw gebeurt. Er treedt verandering op. Het zaad van het woord is er eerst, en als dat binnen is gekomen en door ons heen is gegaan komt het weer naar buiten in vruchten. En het mooie van woord vruchtdragen – en dan krijgen de anti-stappenplanners toch nog een beetje gelijk – dat we aanvoelen dat dat dit niet maakbaar is. Vruchten maak je niet. Vruchten zijn geen product van eigen activiteit. Vruchten komen tot bloei als de verrassende uitkomst van een proces we we wel een rol in spelen (door het horen en het koesteren) maar dat we niet beheersen en controleren. Daar is het geheim van het koninkrijk dat het geheim is van de Geest van Jezus die in ons werkt en door ons heen werkt.

7

Lieve mensen, “Gelukkig de vredestichters” – ik hoop en verlang ernaar dat we dit ‘woord van het koninkrijk’ de komende maanden door ons gehoord wordt, begrepen en gekoesterd wordt en dat dat vrucht zal dragen in iets nieuws wat we nu misschien nog niet direct zien. Dat kost ook tijd. Al die metaforen uit de natuur die Jezus gebruikt willen zeggen: het mag tijd kosten, heb een beetje geduld, durf te wachten en je op Gods tijd te laten verrassen.

Wees een vredestichter.

Hoor dat woord.

Begrijp het, koester het en aanvaard het. En laat zo Gods reddende kracht toe in je leven.

Jezus zelf belooft dat we dan vrucht zullen dragen. Veel vrucht. We zullen zelf zaaiers worden van vrede op ongedachte manieren en plekken. We zullen vrede oogsten.


Samenvatting

  1. Voordat we naar rabbi Jezus luisteren, luisteren we naar twee rabbijnen. Rabbijn Lody van de Kamp: “Ook bij eerdere conflicten en oorlogen tussen Israël, zijn buurlanden en Palestina heb ik mij altijd afgevraagd wat diegenen die zich hier in Nederland zo uitspreken over het gelijk van de een dan wel van de ander, eigenlijk voorstaat. Is het de wens bij te dragen aan vrede?” Rabbijn Awraham Soetendorp: “Wij hebben mensen nodig die in staat zijn de droom van vrede en rechtvaardigheid zo sterk en groot te maken, dat iedereen daarin kan delen. Leiders die de gedeelde droom, die we vinden in de Koran, in de Bijbel, in het Nieuwe Testament, werkelijkheid te maken.” 
  2. De boodschap van deze preek en de komende preken richt zich op het belang van vrede en het stichten van vrede, gebaseerd op wat Jezus leert over koninkrijk en bekering. Het evangelie benadrukt het verlangen naar vrede, waarbij Christus als onze vrede centraal staat.
  3. In de gelijkenis van Jezus benadrukt hij het belang van het ‘woord van het koninkrijk’, dat vergeleken wordt met een zaadje dat gezaaid wordt. Matteüs 5:9 is zo’n zaadje: “Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.” Waar landt dit zaadje? Is het weggeroofd door het kwaad en heeft het geen effect gehad? Is het op rotsachtige grond geland, was het van korte duur? Of kwam het tussen distels terecht, verstikt door dagelijkse zorgen, verleidingen, en tegenslagen, zonder vrucht voort te brengen? Het is belangrijk om ook de gemeente als geheel als grond te zien waar dit zaad wordt gezaaid. Waar landt het? Wat komt ervan terecht?
  4. Jezus’ gelijkenis loopt uit op de goede grond. Het illustreert het belang van het ‘voorbereiden van goede grond’ door innerlijke ontvankelijkheid, luisterbereidheid, en het koesteren van een verlangen om Gods stem te horen. Dit gaat ook over de gemeenschap, die rust, ruimte en geestelijke voeding nodig heeft om het woord van het koninkrijk te omarmen.
  5. In de gelijkenis biedt Jezus een ‘driestappenplan’ voor vruchtdragende groei: 1. horen, 2. begrijpen  en 3. vruchtdragen. Jezus inspireert tot het ontvangen van zijn koninkrijk en het zaaien van vrede, waarbij de vrucht niet maakbaar is maar voortvloeit uit het mysterie van de Geest.
  6. De oproep om vredestichters te zijn benadrukt het belang van het horen, begrijpen, en koesteren van het ‘woord van het koninkrijk’. Dit proces vraagt om geduld en wachten op Gods timing. Door dit te omarmen, belooft Jezus vruchtbaarheid en het zaaien van vrede op onverwachte manieren.

Gespreksvragen

  1. Op welke manieren kun je vrede bevorderen in een verdeelde samenleving, zoals voorgesteld door de twee genoemde rabbijnen?
  2. Kun je en wil je meedoen in het verlangen om als kerk meer een ‘gemeenschap van vrede’ te worden, waar dus thematieken rond vrede een belangrijke rol spelen?
  3. Herken je dat het zaad, het ‘woord van het koninkrijk’, op plekken komt waar het geen effect heeft? Hoe is dat in jouw leven? Hoe is dat in de gemeente als geheel?
  4. Hoe kun je goede grond cultiveren in je persoonlijke leven of binnen onze geloofsgemeenschap?
  5. Wat vind je van het idee dat luisteren alleen niet genoeg is voor verandering, en maar dat begrijpen, koesteren en aanvaarden ook essentieel zijn?
  6. Hoe kun je actief een vredestichter worden, geïnspireerd door de deze preek?
  7. Wat is de rol van geduld in de reis van je persoonlijke ontwikkeling rond het vredestichter zijn of worden?
  8. Welke obstakels kun je tegenkomen bij het worden van een “vredestichter” en hoe kun je deze aanpakken, zowel individueel als binnen een gemeenschap?

Stellingen

  1. Het cultiveren van goede grond vereist enerzijds stilte en ruimte en anderzijds actieve betrokkenheid bij praktijken van vrede!
  2. Het driestappenplan van Jezus is onmisbaar voor groei in vrede!